What is LessonUp
Search
Channels
AI tools
Beta
Log in
Register
‹
Return to search
Oefenen met woordsoorten
1 / 32
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
This lesson contains
32 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Ter informatie
- Morgen kloosterbezoek: NIET naar mijn lokaal > lokaal 330!!!!
- Voor fictie: pitch instabericht (midden/eind juni onder de lessen)
- SO woordsoorten - LessonUp ter voorkennis
- Toetsweektoets lezen + een kleine schrijfopdracht
Slide 3 - Slide
Pak je leesboek
Lezen
Slide 4 - Slide
oefenen met woordsoorten
(b/o) lidwoord, zelfstandig naamwoord, (stof)bijvoeglijk naamwoord, zelfstandig werkwoord , hulpwerkwoord, koppelwerkwoord, persoonlijk & bezittelijk voornaamwoord, voorzetsels.
Slide 5 - Slide
Kies de juiste woordsoort.
Je moet nooit
frisdrank
drinken bij de computer.
A
Zelfstandig naamwoord (zn)
B
Voorzetsel (vz)
C
Bijvoeglijk naamwoord (bn)
Slide 6 - Quiz
Kies de juiste woordsoort.
Ik heb een
mo
oie
trui gekocht.
A
Zelfstandig naamwoord (zn)
B
Voorzetsel (vz)
C
Bijvoeglijk naamwoord (bn)
D
Bijwoord (bw)
Slide 7 - Quiz
Hoeveel lidwoorden tel je?
De man met het kleine hoedje kocht een taartje bij de bakker.
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 8 - Quiz
Kies de juiste woordsoort.
Gisteravond heb ik een film
gekeken
.
A
Zelfstandig werkwoord (zww)
B
Hulpwerkwoord (hww)
C
koppelwerkwoord (kww)
Slide 9 - Quiz
Kies de juiste woordsoort.
Morgen
wil
hij 10 kilometer fietsen.
A
Zelfstandig werkwoord (zww)
B
Hulpwerkwoord (hww)
C
koppelwerkwoord (kww)
Slide 10 - Quiz
Kies de juiste woordsoort.
Mijn kater
wordt
volgende week geopereerd.
A
Zelfstandig werkwoord (zww)
B
Hulpwerkwoord (hww)
Slide 11 - Quiz
Kies de juiste woordsoort.
Alle leerlingen
lezen
10 minuten in
hun boeken.
A
Zelfstandig werkwoord (zww)
B
Hulpwerkwoord (hww)
Slide 12 - Quiz
Kies de juiste woordsoort.
Deze artiest
kan
heel goed zingen.
A
Zelfstandig werkwoord (zww)
B
Hulpwerkwoord (hww)
C
koppelwerkwoord (kww)
Slide 13 - Quiz
Noteer de bezittelijke voornaamwoorden.
Het was zijn idee om onze moeder te verrassen met een foto van haar overleden zus.
Slide 14 - Open question
Noteer de persoonlijke voornaamwoorden.
Ik ga komend weekend met hem naar
de nieuwste film van Captain America.
Slide 15 - Open question
Kies de juiste woordsoort.
Gelukkig mag ik straks weer naar
huis
.
A
Zelfstandig werkwoord (zww)
B
Zelfstandig naamwoord (zn)
C
Bijvoeglijk naamwoord (bn)
D
Voorzetsel (vz)
Slide 16 - Quiz
Hoeveel bijvoeglijk naamwoorden (bn) staan er in onderstaande zin?
Ons nieuwe huis is mooi en groot.
Slide 17 - Open question
Hoeveel zelfstandig naamwoorden (zn) staan er in onderstaande zin?
Jip en Janneke hebben een hond die Takkie heet.
Slide 18 - Open question
Kies de juiste woordsoort.
Ik
heb
veel nagedacht.
A
Zelfstandig werkwoord (zww)
B
Hulpwerkwoord (hww)
C
koppelwerkwoord (kww)
Slide 19 - Quiz
Kies de juiste woordsoort.
De les Nederlands valt vandaag uit, want de leraar is
ziek
.
A
Bijvoeglijk naamwoord
B
Hulpwerkwoord (hww)
C
Zelfstandig werkwoord (zww)
D
Zelfstandig naamwoord
Slide 20 - Quiz
Hoeveel voorzetsels staan er in onderstaande zin?
Na de gymles op school kleden de leerlingen zich altijd snel om.
Slide 21 - Open question
Kies de juiste woordsoort.
Archeologen
hebben
een bijzondere vondst gedaan
in het Italiaanse Pompeï
A
Zelfstandig werkwoord (zww)
B
Hulpwerkwoord (hww)
C
Zelfstandig naamwoord
D
Bijvoeglijk naamwoord
Slide 22 - Quiz
Kies de juiste woordsoort.
Volgens mij word jij beïnvloed door
jouw
vrienden
A
Pers. voornaamwoord
B
Bez. voornaamwoord
Slide 23 - Quiz
Kies de juiste woordsoort.
Archeologen hebben
een bijzondere vondst gedaan
in het
Italiaanse
Pompeï
A
Zelfstandig werkwoord (zww)
B
Hulpwerkwoord (hww)
C
Zelfstandig naamwoord
D
Bijvoeglijk naamwoord
Slide 24 - Quiz
Kies de juiste woordsoort.
Volgens
mij
word jij beïnvloed door jouw vrienden
A
Pers. voornaamwoord
B
Bez. voornaamwoord
Slide 25 - Quiz
Kies de juiste woordsoort.
Volgens mij word
jij
beïnvloed door jouw vrienden
A
Pers. voornaamwoord
B
Bez. voornaamwoord
Slide 26 - Quiz
Ter informatie
- Morgen kloosterbezoek: NIET naar mijn lokaal > lokaal 330!!!!
- Voor fictie: pitch instabericht (midden/eind juni onder de lessen)
- SO woordsoorten - LessonUp ter voorkennis
- Toetsweektoets lezen + een kleine schrijfopdracht
Slide 27 - Slide
Slide 28 - Slide
Slide 29 - Slide
Pak je leesboek
Lezen
Slide 30 - Slide
oefenen met woordsoorten
(b/o) lidwoord, zelfstandig naamwoord, (stof)bijvoeglijk naamwoord, zelfstandig werkwoord , hulpwerkwoord, koppelwerkwoord, persoonlijk & bezittelijk voornaamwoord, voorzetsels.
Slide 31 - Slide
Aan de slag
Oefenen met woordsoorten op het werkblad
Klaar?
https://www.cambiumned.nl/woordsoorten/
Slide 32 - Slide
More lessons like this
(1) Herhaling woordsoorten brugklas
October 2024
- Lesson with
21 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Woordsoorten klas 2
December 2024
- Lesson with
41 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
(1) Herhaling woordsoorten brugklas
May 2024
- Lesson with
26 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
H5.8 Woordsoorten
September 2024
- Lesson with
20 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Oefenen woordsoorten brugklas
March 2024
- Lesson with
22 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
(1) Herhaling woordsoorten brugklas
August 2023
- Lesson with
22 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
(1) Herhaling woordsoorten brugklas
June 2024
- Lesson with
22 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
(1) Herhaling woordsoorten brugklas
January 2024
- Lesson with
21 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1