3.2 Bacterien en schimmels

Planning
  • Herhaling
  • Uitleg BS 2 van thema 3
  • Aan het werk
  • Afsluiting 
1 / 21
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo lwoo, bLeerjaar 3

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Planning
  • Herhaling
  • Uitleg BS 2 van thema 3
  • Aan het werk
  • Afsluiting 

Slide 1 - Slide

Welke kenmerken heeft een dierlijke cel?
A
Celkern
B
Celwand
C
Meercellig of eencellig
D
Celmembraan

Slide 2 - Quiz

Welke kenmerken heeft een schimmel cel?
A
Celkern
B
Eencellig
C
Bladgroenkorrel
D
Celwand

Slide 3 - Quiz

Welke kenmerken heeft een bacterie cel?
A
Celkern
B
Cytoplasma
C
Celwand
D
Bladgroenkorrel

Slide 4 - Quiz

Welke kenmerken heeft een plantaardige cel?
A
Celkern
B
Meercellig
C
Celwand
D
Bladgroenkorrel

Slide 5 - Quiz

Welke twee kernmerken van cellen hebben alle organismen?
A
Celwand
B
Celmembraan
C
Celkern
D
Cytoplasma

Slide 6 - Quiz

Ordening verdeel je in
A
4 rijken
B
4 soorten
C
4 afdelingen
D
4 rassen

Slide 7 - Quiz

Wat is geen rijk bij het ordenen?
A
Bacterien
B
Dieren
C
Mensen
D
Schimmels

Slide 8 - Quiz

Ordenen
Ordenen betekent
A
Het indelen van diersoorten in groepen
B
Het indelen van organismen in groepen

Slide 9 - Quiz

Bacteriën
- Bacteriën: zijn ééncellige organismen.

- Bacteriën hebben een celwand.

Wat hebben bacteriën niet?

Slide 10 - Slide

Bacteriën

Slide 11 - Slide

Tijdstip                Aantal                                 Schematisch
0 minuten         2x0 = 1 bacterie
20 minuten       2x2 = 2 bacteriën
40 minuten      2x2x2 = 4 bacteriën
60 minuten     2x2x2x2 = 8 bacteriën

Slide 12 - Slide

Soorten bacterie 
Nuttige bacteriën:
- opruimen van dode organismen.
- speciale bacteriën voor voedingsmiddelen.
- bacteriën in de dikke darm helpen bij vertering en aanmaken vitamines
Schadelijke bacteriën:
- bacteriën waar je ziek van kunt worden.
- voedingsmiddelen die bederven
- Koud --> bacteriën
niet snel voortplanten 

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Video

Schimmel
Celkenmerken
Schimmels hebben een celkern
Ze hebben ook een celwand
Ze hebben geen bladgroenkorrels

Schimmels groeien vaak op vochtige plekken.

Ze bestaan uit lange, dunne draden die je schimmeldraden noemt.  

Slide 15 - Slide

Schimmel

Slide 16 - Slide

Voortplanting schimmels


  • sporen = cel waar nieuwe schimmel uit komt
  • aan uiteinde schimmeldraad
  • of onder de paddenstoel

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

Schadelijke schimmels
- bederven voedsel
- veroorzaken infectie
Nuttige schimmels
- zijn voeding
- helpen bij afbreken dode resten
- antibiotica productie

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Video

Aan het werk
Aan je werkstuk werken !
Heb je hem af? Dan ga je aan het werk met opdr. 1 t/m 13 (blz.180 t/m 193)
Opdr. 10 en 11 mag je overslaan!

Deze les moet je iig opdr. 1 t/m 8 af hebben!!

Slide 21 - Slide