2 vmbo-bk toets thema 6 Ecologie en duurzaamheid BVJ MAX 22/23 LB
thema 6 Ecologie en duurzaamheid
1 / 36
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2
This lesson contains 36 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
thema 6 Ecologie en duurzaamheid
Slide 1 - Slide
ja/nee vragen
Slide 2 - Slide
1. Is windenergie een duurzame energiebron?
A
ja
B
nee
Slide 3 - Quiz
2. Is een pissebed een afvaleter?
A
ja
B
nee
Slide 4 - Quiz
3. Is ecologie de studie van relaties tussen organismen en hun milieu?
A
ja
B
nee
Slide 5 - Quiz
4. Worden voedingsstoffen in de natuur steeds weer opnieuw gebruikt?
A
ja
B
nee
Slide 6 - Quiz
Slide 7 - Slide
Kijk naar de afbeelding op de vorige bladzijde.
5. Is de egel uit afbeelding 1 een consument?
A
ja
B
nee
Slide 8 - Quiz
6. Is concurrentie een voorbeeld van samenwerking?
A
ja
B
nee
Slide 9 - Quiz
Staat in het werkplan van een beschrijvend onderzoek wat je met het onderzoek wilt bereiken?
A
ja
B
nee
Slide 10 - Quiz
Zijn bacteriën en schimmels reducenten?
A
ja
B
nee
Slide 11 - Quiz
9. Komen er voedingsstoffen vrij wanneer de resten van dode dieren afgebroken worden?
A
ja
B
nee
Slide 12 - Quiz
10. Is bij een voedselrelatie de ene soort het voedsel voor een andere soort?
A
ja
B
nee
Slide 13 - Quiz
meerkeuzevragen
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Kijk naar de afbeelding op de vorige bladzijde.
11. Welk dier hoort in schakel 3 thuis?
A
een garnaal
B
een kaaimankrokodil
C
een waterkever
Slide 16 - Quiz
Kijk opnieuw naar afbeelding 2. Kikkervisjes eten alleen organismen uit schakel 1.
12. Tot welke groep behoren de kikkervisjes?
A
tot de alleseters
B
tot de planteneters
C
tot de vleeseters
Slide 17 - Quiz
Slide 18 - Slide
Kijk naar afbeelding 3 op de vorige bladzijde.
13. Welk organisme in afbeelding 3 is een producent?
A
de paardenbloem
B
de wezel
C
het konijn
Slide 19 - Quiz
Slide 20 - Slide
Kijk naar afbeelding 4 en lees de tekst op de vorige bladzijde.
14. Wat was de oorzaak van het verdwijnen van de otter uit Nederland?
A
de bevolkingstoename
B
het opraken van voedingsstoffen
C
milieuvervuiling
Slide 21 - Quiz
Hieronder staan 2 uitspraken over de gevolgen van de bevolkingstoename en de andere manier van leven. 1. Door de bevolkingstoename is er minder ruimte voor dieren. 2. Door de veranderde manier van leven komen er meer afvalstoffen vrij.
15. Welke uitspraak of welke uitspraken zijn juist?
A
alleen uitspraak 1
B
alleen uitspraak 2
C
beide uitspraken
Slide 22 - Quiz
Slide 23 - Slide
Kijk naar afbeelding 5 op de vorige bladzijde.
Christel heeft een tas met allerlei afval bij zich. In de tas zitten onder andere een leeg frisdrankblikje, een oude fietsbel en een verlepte bos rozen.
16. Welk afval mag in de bak uit de afbeelding?
A
een leeg frisdrankblikje
B
een oude fietsbel
C
een verlepte bos rozen
Slide 24 - Quiz
Huishoudelijk afval wordt ingedeeld in 5 groepen: 1. groente-, fruit- en tuinafval 2. glas 3. plastic 4. metaal 5. papier
17. Welke van deze groepen afval is, of zijn biologisch afbreekbaar?
A
alleen 1
B
alleen 1 en 5
C
alleen 1, 3 en 5
Slide 25 - Quiz
Een lintworm leeft in het darmkanaal van andere dieren. Een van de koeien van een boer heeft zo'n lintworm. De lintworm leeft van het voedsel dat deze koe eet. Er zijn daardoor minder voedingsstoffen beschikbaar voor de koe. Daarom moet de koe meer eten dan anders.
18. Waar is de samenleving tussen de lintworm en de koe een voorbeeld van?
A
concurrentie
B
parasitisme
C
samenwerking
Slide 26 - Quiz
meerkeuzevragen
Slide 27 - Slide
Slide 28 - Slide
In afbeelding 6 op de vorige bladzijde zie je organismen die in een voedselketen passen.
Algen zijn kleine waterplantjes. Algen worden gegeten door muggenlarven. De forel eet de libellenlarven. Sleep de organismen die hieronder staan naar de juiste plaats in de voedselketen.
algen
forel
libellenlarve
muggenlarve
Slide 29 - Drag question
21. Hoe noem je het materiaal dat je gebruikt bij een bodemonderzoek?
Slide 30 - Open question
22. Waaruit zijn fossiele brandstoffen ontstaan?
Slide 31 - Open question
De mens is van het milieu afhankelijk, onder andere doordat het milieu grondstoffen en zuurstof levert.
23. Noem nog 3 andere manieren waarop de mens afhankelijk is van het milieu.
Slide 32 - Open question
Slide 33 - Slide
Lees de tekst op de vorige bladzijde. Emily-Jane gebruikt tassen van katoen in plaats van plastic tasjes?
24. Wat is het voordeel daarvan voor het milieu?
Slide 34 - Open question
Melk koop je meestal in kartonnen pakken. Emily-Jane wil haar melk liever in glazen flessen verkopen, omdat dit milieuvriendelijker is.
25. Leg uit dat glazen flessen milieuvriendelijker zijn dan kartonnen pakken.