20240513 - Zadkine MBO - Introductie en motivatie - Sofie en EmRo

• Literatuur
• MBO
• Studiejaar 3

Daphne &
Emma-Rose

Dit is een voorbeeldles speciaal voor de mentor en niet bedoeld om te geven aan de klas.

Lees deze handleiding om het maximale uit je lessen te halen!

Dit is een titelslide.

Elke module begint met een titelslide.

Hierop vind je:

• Het module-inzicht
• Het lesinzicht
• Eventueel extra informatie

Wij willen... 

Jonge mensen aanzetten om slim zichzelf te zijn.

Vandaag

Vandaag ga je ervaren dat je slimmer 

en gemotiveerder kan gaan leren met behulp van experimenten.

Ontdekkingsreis

Hersenen 

Onthouden

Plannen

Wilskracht

Concentreren

Slim teksten leren

Creativiteit

Motivatie

Samenwerken

Ontdekkingsreis

Ontdekkingsreis

Leerscan 1

bit.ly/LS1Remind

Module inzicht: Nadenken over jouw motivatie kan je helpen om verder te komen.

Les inzicht: Motivatie van buitenaf helpt om op gang te komen, maar motivatie van binnenuit helpt om door te gaan.

Relevante pagina's uit het Slim jezelf zijn boek: p. 132 en 133

Na deze les...

Weet jij wat de voor- en nadelen zijn van intrinsieke en extrinsieke motivatie.

• Lees de slide voor.

Leerdoelen:

• De leerling kan het verschil tussen motivatie van binnenuit en buitenaf uitleggen.
• De leerling kan voor- en nadelen benoemen van motivatie van binnenuit en buitenaf. 
• De leerling weet hoe hij/zij kan ontdekken wat hem/haar van binnenuit motiveert.  
  

Extra informatie:

De check is er om de huidige aanpak van de leerlingen te ontdekken. Het kan een vraag, opdracht of test zijn en er zijn geen goede of foute antwoorden. Het is puur om te ontdekken welke strategieën of technieken de leerlingen nu gebruiken. 

Op pagina 9 van het slim jezelf zijn boek staat een voorbeeld van de check.

Ik weet wat mij motiveert

Ik weet hoe ik mezelf meer kan motiveren 

Ik weet hoe mijn omgeving mij meer kan motiveren 

Over de streep

Nee

Ja

Nee

Nee

Ja

Ja

• Laat de leerlingen de vraag beantwoorden.
• Vraag aan enkele leerlingen welk antwoorden zij hebben gegeven en waarom zij daar voor gekozen hebben.

Extra informatie:

Licht eventueel toe dat het helemaal oké is wanneer de leerlingen nog geen ‘ja’ op deze stellingen kunnen antwoorden. Vertel dat de oefening van vandaag een manier is om erachter te komen waar de leerlingen energie van krijgen en wat ze leuk vinden om te doen. 

Extra informatie:

Tijdens het ervaren krijgen leerlingen wetenschappelijke theorie en slimme leertips uitgelegd waar ze vervolgens mee aan de slag gaan. Het doel is dat ze ontdekken hoe de aangeboden kennis, technieken en/of strategieën voor hen werken. Hierin is het belangrijk dat de leerlingen zelf gaan ervaren. Alleen dan kunnen ze zelf kiezen wat ze willen met de opgedane ervaring.

• Speel het filmpje af.
• Zet eventueel rechtsonder de ondertiteling aan.

Extra informatie:

De twee soorten motivatie waar we op doelen zijn autonome (willen) en gecontroleerde (moeten) motivatie. Autonome en gecontroleerde motivatie zijn toevoegingen op de 'Self Determination Theory' van Ryan en Deci. Meer informatie over deze theorie vind je in het artikel "Self-Determination Theory and the Facilitation of Intrinsic Motivation, Social Development, and Well-Being" via deze link. Een overzicht van de verschillende soorten motivatie kun je vinden in het motivatiecontinuüm via deze link.

Noem een moment van vorige week waarbij jij extrinsieke motivatie ervaarde.

• Vraag door op één of twee antwoorden.

Extra informatie:

Uiteindelijk gaat een groot deel van de leerlingen naar school omdat het moet. Dat is dus extrinsieke motivatie. Hier kun je als leerling eigenaarschap over nemen door zelf na te denken over hoe en waarom je het, ondanks dat het moet, zou willen doen. Bijvoorbeeld door doelen te stellen of het op je eigen manier te doen waardoor het leuker wordt.

Voordelen van extrinsieke motivatie

• Het is makkelijk toe te passen.

• Het zorgt voor directe motivatie.
• Het helpt om gemotiveerd te raken voor 

     activiteiten waar je geen plezier uit haalt 

     of die niet (direct) belangrijk voor je zijn.

• Lees de informatie op de slide voor. 

Extra informatie

Leerlingen worden vaak extrinsiek gemotiveerd. Extrinsieke motivatie kan helpen bij het behalen van doelen en kan ook op de korte termijn waardevol zijn. Uit onderzoek blijkt dat het makkelijk is om extrinsieke motivatie te vinden (door simpelweg een beloning of straf te bedenken). Daarnaast helpt extrinsieke motivatie vooral bij het voor elkaar krijgen van taken die je echt niet leuk vindt of niet (direct) belangrijk voor je zijn. Zonder extrinsieke motivatie, zou je een stuk minder gedaan krijgen.

Nadelen van extrinsieke motivatie

• Je bent afhankelijk van beloningen en straffen.  
• Je bent eerder geneigd om dingen te doen die niet bij je passen. 
• Je beleeft minder plezier.
• Het vermindert je intrinsieke motivatie.
• Het neemt af in de loop van de tijd.

• Lees de informatie op de slide voor. 

Extra informatie

Extrinsieke motivatie kent een aantal nadelen ten opzichte van intrinsieke motivatie. Je bent afhankelijk van externe factoren; op het moment dat deze er niet zijn, valt je motivatie weg. Daarnaast kan extrinsieke motivatie ervoor zorgen dat je dingen doet die eigenlijk niet goed bij je passen. Verder beleef je ook minder plezier wanneer je extrinsiek gemotiveerd bent.  

Noem een moment van vorige week waarbij jij intrinsieke motivatie ervaarde.

• Laat de leerlingen de vraag beantwoorden.
• Vraag door op één of twee antwoorden.

Voordelen van intrinsieke motivatie

 

• Je voelt je gelukkiger en trots.
• Het houdt je motivatie langer aan. 
• Je concentratie en creativiteit worden gestimuleerd.
• Je leert sneller en beter. 

• Lees de informatie op de slide voor. 

Extra informatie

Intrinsieke motivatie kent een aantal belangrijke voordelen ten opzichte van extrinsieke motivatie. Uit onderzoek is gebleken dat intrinsieke motivatie samenhangt met het algemeen welzijn van het individu. Wanneer iemand meer doelen najaagt vanuit intrinsieke motivatie is het algemeen welzijn hoger. Daarnaast blijkt ook dat intrinsieke motivatie langer aanhoudt dan extrinsieke motivatie. Dit wordt ook wel verklaart door "hedonistische adaptatie". Je raakt gewend aan de beloningen, waardoor ze minder waarde voor je krijgen en je je minder gemotiveerd voelt. Ook is gebleken dat dingen doen vanuit intrinsieke motivatie, creativiteit stimuleert en leerlingen in staat stelt om effectiever dingen te leren.  

Een nadeel

Intrinsieke motivatie is niet direct aanwezig. 

Je moet jezelf eerst wat beter leren kennen. Dat gaan we doen in deze motivatie lessen.

• Lees de informatie op de slide voor. 

Extra informatie

Intrinsieke motivatie kent echter ook nadelen. Dit zijn er weliswaar minder dan bij extrinsieke motivatie. Het grootste nadeel van intrinsieke motivatie is dat deze niet direct aanwezig is en je eerst antwoord moet hebben op vragen als: Wat vind ik leuk? Waar ben ik goed in? Wat vind ik belangrijk? Wat zijn mijn dromen? Deze vragen zullen we dan ook gaan behandelen in deze module. 

Jouw motivatie 

Daarom gaan we in deze module kijken hoe we meer intrinsieke motivatie kunnen krijgen.

Extrinsieke motivatie helpt je op gang, intrinsieke motivatie laat je doorgaan!

 

 

• Lees de slide voor.

Talentenoefening

Kies telkens de zin die het beste bij jou past.

Tip: Denk niet te lang na, bij twijfel kies je de optie waar je het eerst aan dacht.  

• Deel werkblad 8.3 uit (of gebruik p. 141 uit het Slim jezelf zijn boek) en zorg ervoor dat iedereen pen en papier heeft.
• De leerlingen kunnen per stelling op hun werkblad aangeven welke het best bij hen past.

Extra informatie

John Clifton is iemand die veel onderzoek heeft gedaan naar talenten. Hij merkte op dat wanneer mensen slim gebruik maakten van de dingen waar ze goed in zijn, ze meer vooruit kwamen dan mensen die dat niet deden. Om mensen meer inzicht te geven ontwikkelde hij een test om je talenten te ontdekken die in deze les deels wordt gebruikt.

• Laat de leerlingen de opdracht maken.

Optellen maar!

Tel nu hoeveel je van elk symbool hebt.

Elk symbool staat voor een bepaald

talent: 

 ∆ = relatie;

☐ = denken;

○ = beïnvloeden; 

✰ = doen.

• Laat de leerlingen de opdracht maken.

Wat herken jij?

1. Lees op het werkblad over jouw talenten.

2. Onderstreep zinnen die je herkent. Heb je meerdere talenten met de hoogste score? Kies degene die het 

best bij jou past.

• Laat de leerlingen de opdracht maken op de 2e pagina van werkblad 8.3 (of p. 142 van het slim jezelf zijn boek).

Welk talent heb jij?

∆ Relatie

☐ Denken

○ Beïnvloeden

✰ Doen

• Laat de leerlingen de vraag beantwoorden.

Talenten

Wanneer je doet waar je goed in bent,

zal je hier ook meer motivatie voor hebben. 

Je talenten kan je ook inzetten voor dingen waar 

je minder goed in bent. Je kan bijvoorbeeld je 'relatie' talent inzetten voor school, door samen huiswerk te gaan maken.   

• Lees de slide voor.

Extra informatie

Door dingen te doen waar je goed in bent, ervaar je meer het gevoel van competentie wat volgens de zelfdeterminatietheorie van Deci en Ryan bijdraagt aan een kwalitatief goede motivatie. Daarom is het belangrijk om erachter te komen hoe je ook in lastige situaties gebruik kunt maken van je talenten, zodat je ook hier meer gemotiveerd voor kan raken.

Hoe zou jij je talenten meer kunnen inzetten op school?

• Vraag aan enkele leerlingen om (indien nodig) hun antwoord toe te lichten.

Extra informatie:

Wanneer je bijvoorbeeld 'denken' als talent hebt, kan jij bij een groepsopdracht bijvoorbeeld eerst een goed plan van aanpak maken voor de groep voordat jullie aan de slag gaan. Zo weet iedereen wat hij/zij moet doen en werken jullie een stuk effectiever!

Je talent 'relatie' zou je bijvoorbeeld goed kunnen gebruiken als je met iemand aan het samenwerken bent of merkt dat je bij een bepaald vak wat hulp nodig hebt. Het zal voor jou geen moeite kosten om deze hulp te vragen of de samenwerking goed te laten verlopen!

Wat vind ik belangrijk?

Welke dingen zijn jouw tijd en aandacht waard?

-> Dit weet je eigenlijk al!  

Kernwoorden

 

Kernwoorden beschrijven de kern van een keuze of situatie 

• Zorg dat de leerlingen hun boek of werkblad 8.4 voor zich hebben.
• Lees de extra informatie en deel het voorbeeld met de leerlingen.

Extra informatie

Door na te denken welke kernwoorden bij je passen, heb je meer inzicht in wat jij belangrijk vindt. Dit inzicht kun je gebruiken bij het maken van keuzes.

Het voorbeeld van aan je schoolwerk zitten, terwijl het lekker weer was, vereist discipline en doorzettingsvermogen. Als dat is wat jou trots maakt dan vind je dat waarschijnlijk belangrijk. In dit geval zou 'discipline'  een kernwoord kunnen zijn. 

Wanneer je 'vrijheid' bijvoorbeeld belangrijk vindt, is het handig om niet je hele week vol te plannen, maar ook vrije tijd over te houden.

Welke kernwoorden passen bij jou?

• Stap 1: Waar ben jij trots op?

•  Stap 2: Kernwoorden selecteren

• Stap 3: Kernwoorden kiezen

• Stap 4: En nu?

Stap 1: Kernwoorden selecteren

Lees de kernwoorden goed door en kruis aan welke woorden jij belangrijk vindt in jouw leven (in ieder geval 5!)

Dit kunnen eigenschappen zijn die je al hebt en waar je blij mee bent of eigenschappen die je graag zou willen hebben.

• Lees de slide voor.
• Start de timer.
  
• Laat de leerlingen stap 1 maken.

.

Extra informatie

Een goede oefening om meer inzicht te krijgen in wat jij leuk vindt is de bucketlist. Een bucketlist maken met dingen die je tof vindt om te doen kan voor veel energie en voorpret zorgen. Belangrijk is om hierbij aan te geven dat er geen goed of fout is en alles kan. Zo kan je bijvoorbeeld de Mount Everest willen beklimmen, maar je kan het net zo goed onwijs gaaf vinden om eens een keer een mooi zandkasteel op het strand te maken of tien seconden op je handen te kunnen staan.

Stap 2: Kernwoorden kiezen

Bekijk de aangekruiste woorden en maak nu een top drie

voor jezelf.

• Lees de slide voor.
• Start de timer.
  
• Laat de leerlingen stap 2 maken.

Stap 3: Hoe nu verder?

Maak de vragen bij stap 3 in je boek of op het werkblad. 

Zo denk je na over hoe je meer tijd aan deze kernwoorden zou kunnen besteden.

• Lees de slide voor.
• Start de timer.
  
• Laat de leerlingen stap 3 maken.
• Vraag aan enkele leerlingen om hun antwoorden te delen en deze toe te lichten. Wanneer een leerling nog geen concreet antwoord geeft, kunt u hier verder op door vragen. (bv. Wat zou je deze week kunnen doen?)

Extra informatie

Bij deze stap koppelen de leerlingen een onderdeel van hun autonome motivatie, namelijk een waarde die zij belangrijk vinden, aan het echte leven. De ideeën en keuzes die hieruit volgen helpen om vanuit autonome motivatie aan de slag te gaan!

Brief aan Jezelf

Futureme.org

Vragen die je zou kunnen beantwoorden:

1. Welke doelen hoop je gehaald te hebben?

2. Wat hoop je dat je tegen die tijd hebt geleerd?

3. Hoe wil je gegroeid zijn als persoon?

4. Wat hoop je te gaan doen op het gebied van studie of werk? 

-> Neem hiervoor echt even rustig de tijd!

• Zorg dat de leerlingen hun boek of werkblad 8.4 voor zich hebben.
• Lees de extra informatie en deel het voorbeeld met de leerlingen.

Extra informatie

Door na te denken welke kernwoorden bij je passen, heb je meer inzicht in wat jij belangrijk vindt. Dit inzicht kun je gebruiken bij het maken van keuzes.

Het voorbeeld van aan je schoolwerk zitten, terwijl het lekker weer was, vereist discipline en doorzettingsvermogen. Als dat is wat jou trots maakt dan vind je dat waarschijnlijk belangrijk. In dit geval zou 'discipline'  een kernwoord kunnen zijn. 

Wanneer je 'vrijheid' bijvoorbeeld belangrijk vindt, is het handig om niet je hele week vol te plannen, maar ook vrije tijd over te houden.

Extra informatie

Mijn experiment is de laatste stap van het proces. Bij de check is de huidige aanpak duidelijk geworden. Bij het ervaren zijn ze aan de slag gegaan met een andere manier van leren. Nu is het tijd voor de leerlingen om te bedenken wat ze hiervan mee willen nemen om uit te proberen, verder mee te oefenen of een nieuwe, waardevolle gewoonte van te maken. Het helpt om dit plannetje zo concreet mogelijk te maken. Dat zorgt ervoor dat het makkelijker wordt om het experiment ook daadwerkelijk uit te voeren. De invulpagina in het slim jezelf zijn boek aan het eind van elke module (bijv pagina 160 voor de module motivatie) geeft hiervoor handvatten.  Op pagina 16 van het slim jezelf zijn boek staat een voorbeeld van een experiment.