GES H6 - P3 Leerlingen

• Geschiedenis
• Middelbare school
• mavo, havo
• Leerjaar 1

Leerdoelen:

• Je kunt uitleggen hoe de Franse Revolutie eindigde.

• Je kunt uitleggen welke ideeën van de revolutie Napoleon over Europa verspreidde.

• Je kunt uitleggen dat de nieuwe ideeën over vrijheid en gelijkheid pas na enige tijd zorgden voor afschaffing van de slavernij in de koloniën.

Het einde van de revolutie (1)

• Europese koningen zijn bang door de grote veranderingen in Frankrijk.

• Waarom zijn zij bang?

• Zij waren bang dat hun onderdanen ook vrijheid en gelijkheid.

Het einde van de revolutie (2)

• Frankrijk was bang dat andere landen de revolutie wilden stoppen en bereidt zich voor op oorlog.

• In 1792 valt Frankrijk het land Oostenrijk aan. Vervolgens raken ze in oorlog met zowel alle grote Europese machten.

• Deze oorlog om de revolutie ¨te beschermen¨ gaat jarenlang door...

Het einde van de revolutie (3)

• Door deze oorlogen was het in Frankrijk onrustig. Het volk was ontevreden:

• De voedselprijzen stegen en de belastingen werden steeds verhoogd. 

• Er waren veel opstanden, die door het leger worden neergeslagen. Het leger werd hierdoor steeds belangrijker. 

Het einde van de revolutie (4)

• In 1799 pleegde een jonge generaal, Napoleon Bonaparte, een staatsgreep. 

• Dat is een plotselinge overname van de macht, vaak met hulp van het leger.

• Hij maakt Frankrijk een dictatuur. De revolutie nadert zijn eind...

Napoleons Frankrijk

• Napoleon maakte van Frankrijk een dictatuur. Dat betekent dat hij alleen de macht had. 

• Burgers hadden dus geen invloed meer op het bestuur. 

• Napoleon maakte zelf nieuwe wetten, besliste als enige over oorlog en benoemde zelf de rechters.

Napoleons Frankrijk (2)

• Toch hield Napoleon vast aan een aantal belangrijke ideeën van de Franse Revolutie. 

• Ten eerste bleef er gelijkheid: er kwam geen nieuwe standenmaatschappij.

• Ten tweede maakt hij één wetboek voor heel Frankrijk. Nu gelden voor iedereen in het land dezelfde wetten.

Napoleons Frankrijk (3)

• Ook voerde Napoleon de burgerlijke stand in.

• Dat is een lijst waarin het bestuur vastlegt wanneer alle burgers zijn geboren, zijn getrouwd en zijn overleden. 

• Zo wist Napoleon precies tot hoeveel mensen hij beschikking had voor oorlogen of belastingen.

Napoleons Frankrijk (4)

• Veel Fransen waren blij met het bestuur van Napoleon. Hij zorgde voor orde en rust in Frankrijk. 

• Napoleon hield niet op met oorlog voeren. Hij veroverde met zijn goed getrainde leger bijna heel Europa. 

• Overal waar Napoleon de macht kreeg, voerde hij zijn wetboeken, de burgerlijke stand en de dienstplicht in.

Gelijkheid, maar wel slavernij?

• Ondertussen geen gelijkheid en vrijheid voor de mensen die in de Franse koloniën als slaven moesten werken. 

• Dat leidde tot onrust. In 1791 slavenopstand op Haitï: zij wisten de Fransen te verdrijven en stichtten hun eigen, onafhankelijke land. 

• Op de Nederlandse plantages in Curaçao mislukte een slavenopstand onder leiding van Tula.

Slavernij afschaffen?

• De ideeën over vrijheid en gelijkheid veranderden ook de ideeën van Europeanen over slavernij.

• Sommigen vonden slavernij in strijd met de grondrechten die elk mens had. Anderen vonden vooral dat slavenhandel en slavernij wreed en onmenselijk waren. 

• Tijdens de Revolutie werd de slavernij in de Franse koloniën een tijdje afgeschaft.

Het einde van de Slavernij

• Toch duurde het nog lang voordat alle Europese landen slavernij verboden. Er was weinig haast met het afschaffen ervan. 

• In 1807 verbood de Britse regering als eerste de handel in slaven. In 1833 schafte zij ook de slavernij af.

• In 1863 verbood de Nederlandse regering als een van de laatsten slavernij.