3.9 spelling

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

3.9 spelling

Zwakke werkwoorden in de verleden tijd

Leerdoelen van 3.9

1.  Ik kan de pv vt van zwakke werkwoorden in het enkelvoud juist spellen.
   
2.  Ik kan de pv vt van zwakke werkwoorden in het meervoud juist spellen.
   

Sterk of zwak?

DENKEN

1. Sterk werkwoord
2. Zwak werkwoord

tennissen

1. Sterk werkwoord
2. Zwak werkwoord

Schrijf 3 zwakke werkwoord op

Filmpje Talent

Kijk even mee.

Persoonsvorm verleden tijd zwakke werkwoorden

Persoonsvorm verleden tijd zwakke werkwoorden

Voorbeelden

hele ww= Fietsen

Stam      = Fiets

-> Fietste(n

hele ww= Geloven

stam      = Gelov

-> Geloofde(n)

Verhuizen
Noteer de stam
Noteer de vt van 'ik'

Verven
Noteer de stam
Noteer de vt van 'hij'

Lozen
Noteer de stam
Noteer de vt van 'jij'

Zeven
Noteer de stam
Noteer de vt bij 'het meisje'

Alle tijden in een stroomschema:

Welk woord is hier de persoonsvorm?
De hond wordt door de buurman uitgelaten.

kleven (vt)
De stickers […] aan het raam.

Faxen (vt)
De meeste bedrijven [...] niet meer met hun klanten.

Sterk of zwak?

BIJTEN

1. sterk
2. zwak

Sterk of zwak?
verhuizen

1. sterk
2. zwak

Wij verhui....... (vt) vroeger met regelmaat.

Snap je het verschil tussen zwakke en sterke werkwoorden?

😒🙁😐🙂😃