H5.2 les 2 CO2 emissie en Reactie energie berekenen

4VWO
H5 Reacties in beweging
H5.2 CO2 emissie en reactiewarmte berekenen
Nodig:
boek (blz 70)
Binas 
laptop
1 / 37
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 37 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

4VWO
H5 Reacties in beweging
H5.2 CO2 emissie en reactiewarmte berekenen
Nodig:
boek (blz 70)
Binas 
laptop

Slide 1 - Slide

Deze les

  • afronden H5.1 en H5.2
  • wat weet je nog van de vorige les?

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
  • je kunt de CO2 emissie van brandstoffen vergelijken
  • je kunt de reactiewarmte van een reactie berekenen met behulp van de vormingswarmte 


Slide 3 - Slide

H5.1 specifieke CO2-emissie
= hoeveelheid CO2 die vrijkomt per MJ geleverde energie:


hoe meer energie de brandstof geeft en hoe minder CO2 daarbij vrijkomt, hoe duurzamer de brandstof

Slide 4 - Slide

voorbeeld
methaan
octaan
.

.

.

reacievergelijking:
hoeveel mol CO2 komt vrij bij verbranding van 1 mol?
reactiewarmte:
hoeveel energie komt vrij bij verbranding van 1 mol? (T56)
specifieke CO2-emissie:
massa CO2: reken aantal mol om in gram
Vergelijk op basis van de specifieke CO2-emissie (g MJ-1) welke brandstof het meest duurzaam is:

Slide 5 - Slide

voorbeeld
methaan
octaan
.

zie voorbeeldopdracht2 blz.70
.

.

reacievergelijking:
hoeveel mol CO2 komt vrij bij verbranding van 1 mol?
reactiewarmte:
hoeveel energie komt vrij bij verbranding van 1 mol? (T56)
specifieke CO2-emissie:
massa CO2: reken aantal mol om in gram
Vergelijk op basis van de specifieke CO2-emissie (g MJ-1) welke brandstof het meest duurzaam is:
CH4 + 2 O2 -> CO2 + 2 H2O
1 mol                 1 mol
1 mol CO2 = 44,010 g
8,90 * 105 J = 0,890 MJ
44,010 g / 0,890 MJ = 49 g CO2 per MJ

Slide 6 - Slide

wat weet je nog van de vorige les?
pak je laptop en meld je aan

Slide 7 - Slide

Bij oplossen van natriumhydroxide in water stijgt de temperatuur van de oplossing.
A
exotherm
B
endotherm

Slide 8 - Quiz

natriumhydroxide en zoutzuur van 18 °C worden samengevoegd. Na de reactie is de temperatuur 23 °C
A
deze reactie is exotherm, want de stoffen worden warmer
B
deze reactie is endotherm, want de stoffen worden warmer
C
deze reactie is exotherm, want de omgeving wordt warmer
D
deze reactie is endotherm, want de omgeving wordt warmer

Slide 9 - Quiz

herhaling

Slide 10 - Slide

herhaling

Slide 11 - Slide

sleep de woorden naar de juiste plek
niet alle woorden worden gebruikt
beginstoffen
reactieproducten
Eact
geactiveerde toestand
dE < 0
dE > 0
niet-ontleedbare stoffen

Slide 12 - Drag question

Energiediagrammen
herhaling

Slide 13 - Slide

Hoe bereken je het verschil in energie tussen beginstoffen en reactieproducten (=dE)?

Slide 14 - Slide

Eerlijk vergelijken
Om de hoeveelheid chemische energie van verschillende stoffen eerlijk met elkaar te kunnen vergelijken, moeten we een "aftelpunt" of "nulpunt" afspreken.

Slide 15 - Slide

Bijvoorbeeld:
Om te kunnen vergelijken hoe hoog de Mount Everest is ten opzichte van de Alpen, moeten we afspreken wat het nulniveau is. Voor hoogtemetingen is dat: zeeniveau

Slide 16 - Slide

noteer & leer
Om te kunnen vergelijken hoeveel energie verschillende stoffen hebben, moeten we afspreken wat het nulniveau is:
De chemische energie van Niet Ontleedbare Stoffen is 0 J per mol

Slide 17 - Slide

vormingsenergie
= de energie die vrijkomt bij (of nodig is voor) de vorming van een stof uit de niet-ontleedbare stoffen 
Deze waarden kun je vinden in Binas tabel 57

noteer & leer >>

Slide 18 - Slide

Binas 57A Vormingswarmten

Slide 19 - Slide

Binas 57B Vormingswarmten

Slide 20 - Slide

Wat is de vormingswarmte van waterdamp?
A
0 J per mol
B
-2,42 x10^5 J per mol
C
-2,86 x 10^5 J per mol
D
-1,88 x 10^5 J per mol

Slide 21 - Quiz

Wat is de vormingswarmte van waterstof?
A
0 J per mol
B
-2,42 x10^5 J per mol
C
-2,86 x 10^5 J per mol
D
-1,88 x 10^5 J per mol

Slide 22 - Quiz

uitleg:
Hoe bereken je de reactiewarmte (dE)  met behulp van de vormingswarmte?

wil je de uitleg later nog een keer horen? bekijk dan de filmpjes in de gedeelde les

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Video

Slide 25 - Video

dE = Ereactie  -  Ebegin 

Slide 26 - Slide

voorbeeld: bereken de reactiewarmte voor de verbranding van 1 mol methaan. Water komt vrij als water (l).
1. reactievergelijking:

2. Ev beginstoffen optellen
     Ev reactieproducten optellen

3. dE = Eeind - Ebegin
gebruik haakjes!!
4. controleer: J per 1 mol?

Slide 27 - Slide


Bereken de reactiewarmte voor de verbranding van 1 mol methaan. Het antwoord kunnen we in dit geval checken in Binas tabel 56

Slide 28 - Slide

Bij de berekening van de reactiewarmte voor de verbranding van 1 mol methaan, hebben we gebruikt: 

Een andere manier om dit te zien:
ΔE=EeindEbegin

Slide 29 - Slide

blz 75 figuur 1 & 2
ZET TUSSEN HAAKJES!!!
NIET leren, NIET gebruiken

(want je gaat het verwarren met de energiediagrammen die je moet tekenen op toetsen!!)

Slide 30 - Slide

stappenplan
1. noteer de kloppende reactievergelijking
2. noteer onder elke stof de vormingswarmte uit Binas 57 en houd rekening met het aantal mol  (bijv 3 H2O = 3x vormings-warmte H2O)
4. Tel de energie van de beginstoffen op (Ebegin) en van de reactieproducten op (Eeind)
5. Bereken dE :  dE =  (Eeind)  - (Ebegin)     Gebruik haakjes!
6. Controleer of je dE nog moet omrekenen naar J per 1 mol

Slide 31 - Slide

Bereken Ebegin en Eeind. Hoe groot is dE?

Slide 32 - Slide

uitwerking

Slide 33 - Slide

En....klopte jouw antwoord? TIP: Let op de tekens, gebruik haakjes!

Slide 34 - Slide

keuze moment
begin alvast met het eigen werk 
(H5.1 opgave 6 en H5.2 opgave 2, 3 en 5)
OF
doe nog een keer uitlegfilmpje

Slide 35 - Slide

voorbeeld 2: Bereken de reactiewarmte van de vorming van distikstoftetra-oxide uit stikstofdioxide. Geef je antwoord in J per mol stikstofdioxide.

1. reactievergelijking:
  

2. Ev beginstoffen optellen
Ev reactieproducten optellen

3. dE = Eeind - Ebegin
gebruik haakjes!!
4. controleer: J per 1 mol?

Slide 36 - Slide

eigen werk
CO2-emissie leren berekenen
reactie-energie leren berekenen met vormingswarmte

oefen dit met H5.1 opgave 6 en H5.2 opgave 1, 3, 4abc

Slide 37 - Slide