Voorbeeldles woordenschat

Woordenschat

Vandaag vijf (nieuwe) woorden bij het thema Ruzie.

Schrijf het woord op en ook de betekenis.

eenvoudig

•  iets wat makkelijk te begrijpen is;
• iets wat makkelijk te leren of te doen is.
• Zin: Deze toets was echt eenvoudig om te maken!

oplossen

• een antwoord vinden;
• werkwoord: ik los op, hij lost op, wij lossen op;
• zelfstandig naamwoord: de oplossing
• Zin: Er is een probleem met mijn laptop. Ik los het op en dan werkt het weer goed.

de roddel

• een verhaal over iemand die er niet bij is;
• het is vaak negatief (een niet leuk verhaal);
• Zin: Mijn vriend heeft een roddel over mij verteld. En dat vind ik niet leuk, want het verhaal is niet waar.

uitschelden

• vervelende woorden naar iemand roepen;
• als je ruzie hebt, zeg je dit soms tegen een ander persoon;
• werkwoord: ik scheld uit, hij scheldt uit, wij schelden uit;
• Zin: Ik scheld mijn broertje uit voor sukkel.

uitlachen

• lachen om iemand;
• de ander krijgt een vervelend (niet leuk) gevoel;
• werkwoord: ik lach uit, hij lacht uit, wij lachen uit;
• Ik val van mijn fiets. Mijn broertje lacht mij uit. Dan vind ik niet leuk.

Ik heb wel eens iemand uitgelachen.

Ja

Nee

In welke zin zie je de betekenis van het woord:
uitschelden

1. Ik zeg dat mijn broertje lief is.
2. Ik zeg dat mijn broertje aardig is.
3. Ik zeg dat mijn broertje leuk is.
4. Ik zeg dat mijn broertje dom is.

Maak een zin met het woord:
eenvoudig

Waar wordt het woord
oplossen
goed gebruikt?

1. Mijn moeder heeft een probleem. Ik heb het opgelost en nu is er nog steeds een probleem.
2. Mijn moeder heeft een probleem. Ik heb het opgelost en nu is er nog een groter probleem.
3. Mijn moeder heeft een probleem. Ik heb het opgelost en nu is er nog steeds een klein probleem.
4. Mijn moeder heeft een probleem. Ik heb het opgelost en nu is er geen probleem meer.

Waar zie je een foto van:
de roddel (roddelen)

1. 
2. 
3. 
4. 

Opdracht: welk woord hoort in de zin?

Welk woord hoort in de zin? Schrijf alleen het woord op, niet de hele zin!

Als er ruzie is, moet de docent het vaak..............

Deze rekensom is echt.......... Ik weet snel het antwoord.

Ik heb vandaag een ........... gehoord. Ik weet niet of dit verhaal echt zo is.

Mijn vriendin ........... mij ............ als ik op de grond val.

Wil je stoppen met ................? Die woorden doen ook pijn.

Zinnen maken

Het rad draait een naam. Zie je jouw naam? Dan maak je een zin met 1 van de woorden.

De woorden: verantwoordelijk, streng, stom, beseffen/het besef, 

het gedrag