HH H2 HAVOVWO2

Aardrijkskunde
Hoofdstuk 2 Steden

1 / 17
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Aardrijkskunde
Hoofdstuk 2 Steden

Slide 1 - Slide

1900
1960
2000
Urbanisatie
Agglomeraties
Suburbanisatie
Ontstaan stadsgewest
Re-urbanisatie

Slide 2 - Drag question

Wie verlaten niet de stad rond 1960?
A
Mensen met hoge inkomens.
B
Gezinnen met kinderen.
C
Mensen met lagere inkomens.
D
Bedrijven.

Slide 3 - Quiz

Welk begrip hoort erbij?
'Steden dichtbij elkaar die samenwerken.'
A
Stedelijk gebied.
B
Stadsregio.
C
Leefbaarheid.
D
Urbanisatie.

Slide 4 - Quiz

Door re-urbanisatie...
A
Stijgt het voorzieningen niveau in dorpen.
B
Daalt het voorzieningen niveau in dorpen.
C
Vertrekken mensen uit de stad.
D
Daalt het voorzieningen niveau in de stad.

Slide 5 - Quiz

Hoe heet het grootste stedelijke gebied in Nederland?
A
Het Groene Hart.
B
De Randstad.
C
Agglomeratie.
D
Stadsregio Arnhem-Nijmegen.

Slide 6 - Quiz

Renovatie is:
A
Het opknappen van huizen.
B
Het vervangen van slechte gebouwen.
C
Hier wonen veel arme mensen.
D
Je onveilig en onprettig voelen in de wijk.

Slide 7 - Quiz

Het doel van de compacte stad is:

Slide 8 - Open question

Heeft Nederland een primate city?
A
Nee, Nederland kent geen grote steden.
B
Ja, Nederland heeft een stad met meer dan 10 miljoen inwoners.
C
Nee, de grootste Nederlandse stad is niet zoveel x groter.
D
Ja, de Randstad samen is veel groter dan de volgende stad.

Slide 9 - Quiz

Wat is segregatie?

Slide 10 - Open question

Groei van de Nederlandse stad
1
2
3
4
Suburbanisatie: ontstaan stadsgewesten.
Urbanisatie: de stad groeit. 
De dorpen om de stad heen worden onderdeel van de stad: agglomeratie.
Steden zijn goed verbonden met elkaar: stedelijke netwerken. 

Slide 11 - Drag question

Wat kan een nadeel zijn van sanering en renovering in een wijk?

Slide 12 - Open question

Rijk land
Arm land
Hoog verstedelijkingstempo
Laag verstedelijkingstempo
Laag verstedelijkingsgraad
Hoog verstedelijkingsgraad

Slide 13 - Drag question

Wat zijn de oorzaken van urbanisatie?

Slide 14 - Open question

Groei van de stad
Urbanisatie vindt op verschillende manieren plaats:
1. Mensen trekken van het platteland/ het dorp naar de stad. Met name jonge mensen zijn op zoek naar een betere toekomst in de stad. Er komen meer mensen bij, dan er vertrekken (=vestigingsoverschot).

2. De, dus vooral jonge, mensen in de stad stichten een gezin 
(= natuurlijke groei).


Slide 15 - Slide

Absolute ligging
Relatieve ligging
Er is een grote rivier. 
Het ligt in het midden van het land. 
Door het grote vliegveld is deze plaats goed verbonden met de rest van de wereld.
Het is hier vruchtbaar.

Slide 16 - Drag question

Leren voor de repetitie
Volgende les toets;
  • Oefentoets maken online. 
  • Begrippen leren; schrijven, lezen, quizlet. 
  • Elkaar overhoren.
  • Mindmap maken. 
  • Samenvatting maken en lezen.
  • etc.

Slide 17 - Slide