H5.3 - Soorten bewegingen (les 2)

Dag allemaal! Pak je boek, pen en rekenmachine
timer
4:00
1 / 19
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Dag allemaal! Pak je boek, pen en rekenmachine
timer
4:00

Slide 1 - Slide

5.3 Soorten bewegingen

Slide 2 - Slide

Lesdoelen voor vandaag
-De leerling heeft de kennis van de vorige les opgehaald.
-De leerling kent drie soorten bewegingen en voorbeelden daarvan.
-De leerling heeft het huiswerk afgemaakt en de test jezelf afgemaakt.

Slide 3 - Slide

Welke soorten bewegingen zijn er?

Slide 4 - Slide

drie soorten bewegingen kennen

1. Constante snelheid 
2. Versnelde beweging
3. Vertraagde beweging

Slide 5 - Slide

Beweging met constante snelheid
Beweging waarbij je in dezelfde tijd steeds dezelfde afstand aflegt.

Slide 6 - Slide

De versnelde beweging
Beweging waarbij je in dezelfde tijd een steeds grotere afstand aflegt.

Slide 7 - Slide

De vertraagde beweging
Beweging waarbij je in dezelfde tijd een steeds kleinere afstand aflegt.

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Sleep de woorden naar de juiste afbeelding
Versnelde beweging
Beweging met constante snelheid
Vertraagde beweging

Slide 10 - Drag question

Een marathonloper legt iedere seconde een even grote afstand af.
Wat voor beweging is dit?
A
Een beweging met constante snelheid
B
Een versnelde beweging
C
Een vertraagde beweging

Slide 11 - Quiz

Een wielrenner fietst over de weg. De beweging begint bij 0 seconden.
1 seconde later is hij bij 1 s .
Hoeveel meter legt de fietser af in 1 seconde?

Slide 12 - Open question

De tekenaar heeft een auto getekend die start en dan wegrijdt. Hij heeft ook de auto iedere 0,2 seconden daarna getekend.
Hoelang duurt deze beweging?
A
0,2 seconde
B
0,4 seconde
C
0,8 seconde
D
1,4 seconde

Slide 13 - Quiz

De auto maakt een
VERSNELDE/VERTRAAGDE
beweging.
A
Versnelde
B
Vertraagde

Slide 14 - Quiz


De afstand die de auto iedere 0,2 seconden aflegt wordt steeds GROTER/KLEINER.
A
Kleiner
B
Groter

Slide 15 - Quiz

Een auto rijdt weg bij een verkeerslicht.
Wat voor beweging is dit?
A
Een beweging met constante snelheid
B
Een versnelde beweging
C
Een vertraagde beweging

Slide 16 - Quiz

Je moet op de fiets afremmen, omdat de spoorwegbomen dichtgaan.
Wat voor beweging is dit?
A
Een beweging met constante snelheid
B
Een versnelde beweging
C
Een vertraagde beweging

Slide 17 - Quiz

Een trein rijdt met steeds dezelfde snelheid over een recht stuk spoor.
Welke soort beweging is dit?
A
Een beweging met constante snelheid
B
Een versnelde beweging
C
Een vertraagde beweging

Slide 18 - Quiz

Ga aan de slag
Wat? Ga aan de slag met H5.3 - opdracht 1 t/m 11 af. Ga daarna 5.4 lezen en aan de slag met de opdrachten
Hoe? Je mag fluisterend overleggen
Hoe lang? Ongeveer 20 minuten de tijd,
Klaar? Ga voor een ander vak bezig 

Slide 19 - Slide