Les 4

• Aardrijkskunde
• MBO
• Studiejaar 1

Les 4

Ledematen

De ledematen zijn door middel van spieren verbonden met de borstkas

De voorpoot:

• Schouderblad
• Opperarmbeen
• Spaakbeen
• Ellepijp
• Handwortel (voorknie/pols)
• Middenhandsbeentjes
• Vingerkootjes

Let op: dieren hebben géén sleutelbeen

Hond

22 = 

23 = 

24 = 

25 = 

26 = 

27 = 

28 = 

22 = schouderblad

23 = opperarmbeen

24 = spaakbeen

25 = ellepijp

26 = handwortel

27 = middenhandsbeentjes

28 = vingerkootjes

Paard

1 = 

2 =

3 =

4 =

5 =

6/7 =

8 =

9 = 

10 = 

11 = 

12 =

34 = 

1 = hoefbeen

2 = kroonbeen

3 = kootbeen

4 = pijpbeen

5 = griffelbeen

6/7 = polsgewricht

8 = onderarm

9 = elleboog

10 = borstbeen

11 = opperarmbeen

12 = schouderblad

34 = straalbeen

Rund

1 =

2 =

3 =

4 =

5 =

6 =

7 =

8 = 

9 = 

13 =

1 = klauwbeen

2 = kroonbeen

3 = kootbeen

4 = pijpbeen

5 = pols

6 = onderarm

7 = opperarmbeen

8 = borstbeen

9 = schoudergewricht

13 = schouderblad

Ledematen

De achterpoot:

• dijbeen
• scheenbeen
• kuitbeen
• knie
• hak (enkel/sprong)
• middenvoetsbeentjes
• teenkootjes

Hond

14 = 

15 =

16 =

17 =

18 =

19 =

20 =

21 =

14 = bekken

15 = dijbeen

16 = knieschijf

17 = scheenbeen

18 = kuitbeen

19 = hak

20 = middenvoetsbeentjes

21 = teenkootjes

Paard

21 =

22 =

23 =

24 =

25 =

26 =

27 =

28 =

29 =

30 =

31 =

21 = dijbeen

22 = kuitbeen

23 = scheenbeen

24 = sprong

25 = kootbeen

26 = kroonbeen

27 = straalbeen

28 = hoefbeen

29 = pijpbeen

30 = griffelbeen

31 = knieschijf

Rund

21 =

22 =

23 =

24 =

25 =

26 =

27 =

28 =

21 = heupgewricht

22 = dijbeen

23 = kniegewricht

24 = onderbeen

25 = hielbeen

26 = hak

27 = pijpbeen

28 = kootbeen

Rondje door de school