This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Fictie hoofdstuk 4
Doel van de les:
Aan het eind van deze les ken je de volgende begrippen: poëzie/ strofe/ rijmschema/ gepaard rijm/ gekruist rijm/ omarmend rijm\
En aan het eind van de les checken we nog een paar begrippen!
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Rijm in gedichten
Een dichter kan op verschillende manieren woorden in een gedicht laten rijmen. Rijmende woorden die in dezelfde regel staan, noem je binnenrijm. Rijmende woorden aan het eind van regels noem je eindrijm.
Als eindrijm een bepaald patroon heeft, noem je dat een rijmschema.
Slide 4 - Slide
Rijmschema
•Gepaard rijm:telkens twee regels rijmen op elkaar (a-a-b-b).
• Gekruist rijm: de regels rijmen om en om op elkaar (a-b-a-b).
• Omarmend rijm: regel 1 en 4 rijmen op elkaar, daartussen rijmen regel 2 en 3 op elkaar (a-b-b-a).
Slide 5 - Slide
Lees het gedicht en bedenk welk rijmschema het heeft.