Fictie, blok 2

Fictie, blok 2
1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 20 min

Items in this lesson

Fictie, blok 2

Slide 1 - Slide

Wat gaan jullie vandaag doen? 
  • Jullie krijgen uitleg (fictie, blok 2).
  • Jullie gaan aan de slag met de opdrachten van fictie. 
  • Klaar?  Lezen in boek. 

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
Na deze les:
  • kunnen jullie meerdere verhaalsoorten noemen;
  • kunnen jullie een leeservaring beschrijven;
  • kunnen jullie vier manieren noemen waarop schrijvers hun verhalen mooier maken.


Slide 3 - Slide

Verhaalsoorten
Leesboeken en verhalen zijn onder te verdelen in verhaalsoorten. Je weet welke verhaalsoort bij een boek hoort door te kijken naar het onderwerp dat belangrijk is in het verhaal.
Fantasy --> Dat is een verhaalsoort waarin verzonnen wezens voorkomen, zoals trollen, tovenaars en draken --> Harry Potter. 
Soms belanden de verhaalfiguren in een andere wereld. 
 Sciencefictionverhalen --> Spelen zich af in de ruimte of in een andere tijd, meestal in de toekomst.
Thriller --> Is een spannend verhaal waarin de nadruk ligt op gevaarlijke situaties.
Detective -->  Is een verhaal waarin de hoofdpersoon een misdrijf door speurwerk oplost en de dader vindt.

Slide 4 - Slide

In de bibliotheek geven pictogrammen vaak de belangrijke verhaalsoorten aan. Welk verhaalsoort hoort bij dit plaatje?
A
Fantasy
B
Sciencefiction
C
Thriller
D
Detective

Slide 5 - Quiz

In de bibliotheek geven pictogrammen vaak de belangrijke verhaalsoorten aan. Welk verhaalsoort hoort bij dit plaatje?
A
Fantasy
B
Sciencefiction
C
Thriller
D
Detective

Slide 6 - Quiz

In de bibliotheek geven pictogrammen vaak de belangrijke verhaalsoorten aan. Welk verhaalsoort hoort bij dit plaatje?
A
Fantasy
B
Sciencefiction
C
Thriller
D
Detective

Slide 7 - Quiz

Storm. De diepe wereld – Don Lawrence & Saul Dunn
De astronaut Storm komt met zijn ruimteschip op de planeet Jupiter terecht in een orkaan, die hem voorwaarts gooit in de tijd. Zonder dat hij daar erg in heeft, keert hij terug naar de aarde. Daar ontdekt Storm dat de flora en fauna door menselijk ingrijpen enorm zijn veranderd. De mensen die Storm ontmoet, zien er niet alleen barbaars uit, zo gedragen ze zich ook. Storm moet zich staande zien te houden in een vijandige wereld. Daarbij kan hij de hulp van Roodhaar, een vrouw met wie hij tijdens een gevangenschap vriendschap sluit, goed gebruiken.
A
Fantasy
B
Sciencefiction
C
Thriller
D
Detective

Slide 8 - Quiz

Leeservaring beschrijven
Als je een verhaal leest dan doet dat iets met je. Je vindt het verhaal bijvoorbeeld spannend. Misschien kun je goed meeleven met de hoofdpersoon, of juist niet. Leg je uit wat je vindt van een verhaal, dan beschrijf je jouw leeservaring. Daarbij gebruik je beoordelingswoorden.
Je leeservaring is heel persoonlijk. Je moet je ervaring kunnen uitleggen. Dat doe je door argumenten te geven bij de beoordelingswoorden die je kiest.

Slide 9 - Slide

Leeservaring beschrijven (2)
Er zijn beoordelingswoorden die iets zeggen over wat het verhaal met je doet:
spannend --> saai  begrijpelijk --> onbegrijpelijk    laat me meeleven --> zegt me niets
apart --> gewoon     griezelig --> niet griezelig      duidelijk --> verwarrend
humoristisch --> zonder humor    maakt me verdrietig --> maakt me vrolijk  ontroerend -->  raakt me niet

Slide 10 - Slide

Leeservaring beschrijven (3)
Er zijn ook beoordelingswoorden die iets zeggen over hoe realistisch je het verhaal vindt:
realistisch --> onrealistisch
geloofwaardig -->  ongeloofwaardig
kan echt gebeuren -->  kan nooit echt gebeuren
bekend -->  onbekend
leerzaam --> niet leerzaam


Slide 11 - Slide

Bijzonder taalgebruik 
Een bijzondere tekstsoort is het gedicht. Gedichten hebben deze kenmerken:
  • Een gedicht is verdeeld in versregels, die niet de hele bladzijde vullen.
  • De regels staan in groepjes bij elkaar --> Een groepje regels noem je een strofe.
  • In een gedicht komt soms rijm voor.
Bijvoorbeeld:
Diep van kleur is de geur van
wilde tijm met binnenrijm.
Het klinkt en blinkt als zon en
maan die aan de hemel staan.



Slide 12 - Slide

Bijzonder taalgebruik (2)
Dichters maken hun teksten mooier door dingen op een bijzondere manier te zeggen.
Er zijn heel veel verschillende vormen van bijzonder taalgebruik, zoals:
Herhaling --> de woorden worden herhaald of hetzelfde wordt vaker gezegd, maar telkens nét iets anders.
Opsomming --> Er worden een aantal dingen op een rij gezet of na elkaar opgenoemd.
Tegenstelling --> Dingen worden tegenover elkaar gezet, waardoor de verschillen extra opvallen.
Overdrijving –> Iets wordt erger of groter gemaakt dan het in werkelijkheid is.

Slide 13 - Slide

Aan de slag! 
  • Je gaat aan de slag met de opdrachten van fictie (blok 2).
  • Ben je klaar? Dan ga je lezen in je boek. 

Slide 14 - Slide