Euro rekenen 1,- 2,- 0,50 cent

Euro rekenen 1,- 2,- 0,50 cent
Lesdoel: 
Bedragen samenstellen met 1,- 2,- en 0,50 cent
1 / 32
next
Slide 1: Slide
RekenenVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 3

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Euro rekenen 1,- 2,- 0,50 cent
Lesdoel: 
Bedragen samenstellen met 1,- 2,- en 0,50 cent

Slide 1 - Slide

Is dit 1 euro? (voorkennis)

A
Ja
B
Nee
C
Weet ik niet

Slide 2 - Quiz

Is dit 2 euro?

A
Ja
B
Nee
C
Weet ik niet

Slide 3 - Quiz

Is dit 0,50 cent?

A
Ja
B
Nee
C
Weet ik niet

Slide 4 - Quiz

Klopt het dat 2 muntjes van 0,50 samen 1 euro vormen?
A
Ja
B
Nee

Slide 5 - Quiz

Klopt het dat 2 muntjes van 1,- samen 2 euro vormen?
A
Ja
B
Nee

Slide 6 - Quiz

Wat kun je kopen voor 1,-
A
Een fiets
B
Een pak melk
C
Een huis

Slide 7 - Quiz

Wat kun je kopen voor 2,- euro?
A
Een vliegreis
B
Een ticket voor de dierentuin
C
Een zakchips

Slide 8 - Quiz

Kun je een appel kopen voor 2,-?
A
Ja
B
Nee

Slide 9 - Quiz

Wat kun je nog meer kopen voor 2,- ?

Slide 10 - Mind map

Welk bedrag ligt hier?
A
3,-
B
6,-
C
5,-
D
4,-,-

Slide 11 - Quiz

Welk bedrag ligt hier?

A
4 euro
B
2 euro
C
3 euro
D
5 euro

Slide 12 - Quiz

Welk bedrag ligt hier?

A
2 euro
B
5 euro
C
3 euro
D
4 euro

Slide 13 - Quiz

Welk bedrag ligt hier?

A
2 euro
B
3 euro
C
4 euro
D
6 euro

Slide 14 - Quiz

Welk bedrag ligt hier?

A
1,50
B
2,-
C
2,50
D
3,-

Slide 15 - Quiz

Welk bedrag ligt hier?

A
1,50
B
2,50
C
3,50

Slide 16 - Quiz

Welk bedrag ligt hier?
A
0,50 cent
B
1,50
C
2,-
D
1,-

Slide 17 - Quiz

Welk bedrag ligt hier?
A
8,-
B
7,-
C
7,50
D
8,50

Slide 18 - Quiz

Welk bedrag ligt hier?
A
6,-
B
7,-
C
5,-
D
8,-

Slide 19 - Quiz

Welk bedrag ligt hier?
A
4,-
B
5,50
C
3,50
D
6

Slide 20 - Quiz

Welk bedrag ligt hier?
A
6,-
B
10,-
C
8,-

Slide 21 - Quiz

Welk bedrag ligt hier?

A
3,-
B
2,50
C
4,-
D
2,-

Slide 22 - Quiz

Deze bal kost 4 euro
Hoeveel muntjes van 1,- heb je nodig?
A
3
B
1
C
2
D
4

Slide 23 - Quiz

Deze fles kost 6 euro. Hoeveel muntjes van 2 heb je nodig?
A
1
B
3
C
2
D
4

Slide 24 - Quiz

Deze pop kost 10 euro. Hoeveel muntjes van 2 heb je nodig?
A
3
B
5
C
4
D
6

Slide 25 - Quiz

Ligt hier 11,-?
A
Ja
B
Nee

Slide 26 - Quiz

Ligt hier 5,-?
A
Ja
B
Nee

Slide 27 - Quiz

Ligt hier 12,-?
A
Ja
B
Nee

Slide 28 - Quiz

ligt hier 3 euro?
A
Ja
B
Nee

Slide 29 - Quiz

Ligt hier 6,50?
A
Ja
B
Nee

Slide 30 - Quiz

Ligt hier 5 euro?
A
Ja
B
Nee

Slide 31 - Quiz

Wat vonden jullie van deze les?
Lesdoel: Bedragen samenstellen met 1,- 2,- en 0,50 cent.
😒🙁😐🙂😃

Slide 32 - Poll