Ergonomisch werken

ergonomisch werken en transfertechnieken
1 / 19
next
Slide 1: Slide
VerzorgendeMBOStudiejaar 4

This lesson contains 19 slides, with text slides and 8 videos.

Items in this lesson

ergonomisch werken en transfertechnieken

Slide 1 - Slide

Doel van de les..
- Je weet wat ergonomisch werken is
- Weet je het verschil tussen fysieke belasting en belastbaarheid
- Ken je hulpmiddelen om overbelasting te voorkomen

Slide 2 - Slide

Ergonomisch werken

Ergonomisch werken wil zeggen dat je zorgt dat je geen lichamelijke en geestelijke klachten oploopt door je werk.
  • Lichaamshouding
  • Hulpmiddelen --> tillift, glijzijl, draaischijf 
  • Materialen in hoogte verstelbaar --> bureaustoel

Slide 3 - Slide

Het belang van ergonomisch werken
Het belang van het ergonomisch werken, is dat het ervoor kan zorgen dat je, je werk zo lang mogelijk kan doen zonder klachten. Door de juiste houding te hanteren, door op je houding te letten zorg je er voor dat je zolang mogelijk kan werken zonder hevige lichamelijke klachten.

Slide 4 - Slide

Tillen
Om klachten te voorkomen zijn er richtlijnen en normen opgesteld;

  • Als je met twee handen kan werken, mag je per hand maximaal 15 kilo duwen of trekken.
  • Niet meer dan 15 kilo in een gunstige houding en niet meer dan 5 kilo in een ongunstige houding.
  • Om je rug niet te veel te belasten mag je maximaal 23 kilo tillen.

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Glijzeil




  • Gebruik je bij verplaatsing op het bed
  • Glijzeil is makkelijk onder een cliënt weg te halen, zonder dat de cliënt van houding hoeft te veranderen.

Slide 7 - Slide

Passieve tillift
Actieve tillift

Slide 8 - Slide

Passieve tillift
  • De cliënt neemt bij een passieve tillift niet actief deel aan de transfer.
  • De cliënt wordt geheel ondersteund door een 'hangmat'.

Slide 9 - Slide

Actieve tillift
Een actieve tillift gebruik je alleen als  de cliënt met hulp kan staan.

De cliënt kan met deze lift van zit tot staan gebracht worden en omgekeerd.

Slide 10 - Slide

Actieve tillift
Om een cliënt met een actieve tillift te kunnen tillen moet de cliënt;
  • op minimaal één been kunnen staan;
  • een redelijke goede rompbalans hebben;
  • zich goed kunnen vasthouden;
  • de situatie begrijpen.

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Slide 13 - Video

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Slide 16 - Video

Slide 17 - Video

Slide 18 - Video

Slide 19 - Video