T1C week 50

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Nederlands

11 december

Programma

- Leesmoment

- Huiswerk bespreken: wat hebben we gedaan?

- Opdracht herhaling zinsdelen

- Opdrachten meewerkend voorwerp + bijwoordelijke bepaling

Leesmoment

We lezen tot 11:30 uur.

Opdracht (5 minuten)

Bespreek met de mensen in je groepje wat we vorige week gedaan hebben.

Onderwerpen:

- redekundig ontleden (zinsdelen):

- taalkundig ontleden (woordsoorten):

Wat snap je al wel en nog niet goed?

Opdracht (10 minuten)

Maak opdracht 9 van grammatica blok 4.

Hoe pak je dit aan?

1. Op de luchthaven zullen de beveiligers alle mobiele telefoons strenger controleren.

2. Vallen volgende week de uren Nederlands uit?

3. Dinsdagmiddag moeten de leerlingen hun werkboeken inleveren.

4. De receptioniste heeft het antwoordapparaat gistermiddag ingeschakeld.

5. Gaan jullie de burgemeester interviewen?

6. Mijn moeder luistert de hele dag naar haar favoriete Nederlandstalige zanger.

Uitleg meewerkend voorwerp

De vraag:
aan wie + gezegde + onderwerp + lijdend voorwerp

Mijn moeder geeft morgen het pakket aan de buurman.

Stappenplan: pv, zinsdelen, onderwerp, lijdend voorwerp, meewerkend voorwerp.

Opdracht (15 minuten)

Maak opdracht 12 van grammatica blok 4.

Voorbeeld

1) Uw jas kunt u aan mij geven.

2) Uw jas kunt u aan de kapstop hangen.

Welke zin heeft een meewerkend voorwerp?

Welke zin niet en hoe heet het zinsdeel dan?

Uitleg bijwoordelijke bepaling

Plaats of tijd (waar, hoe laat, wanneer, )

Mijn moeder geeft morgen het pakket aan de buurman.

Stappenplan: pv, zinsdelen, onderwerp, lijdend voorwerp, meewerkend voorwerp, bijwoordelijke bepaling.

Opdracht (15 minuten)

Maak opdracht 17 en 18 van grammatica blok 4.

Huiswerk (5 minuten)

Schrijf het huiswerk op:

opdracht 9, 12 17 en 18 van grammatica blok 4.