H4 Politiek in theorie § 4.1 Staatsvorming

• Maatschappijwetenschappen
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

H4 Politiek in theorie § 4.1 Staatsvorming

Formatief

Formatief

Samenwerking

Conflict

In groepjes kc leren

Direct beginnen! 

Staatsvorming

Rationalisering

Democratisering

Zorg dat je ze kent.

Zorg dat je ook tips vraagt en veel oefent.

Vrijdag controle

Streep weg wat je al kent.

Wat geleerd? Hoe geleerd?

Leerdoelen Paragraaf 4.1: Staatsvorming

Ik kan de definitie van het kernconcept ‘staatsvorming’ geven, herkennen in en toepassen op een (zelfgekozen) bron.

Ik kan de definitie van het kernconcept ‘rationalisering’ geven, herkennen in en toepassen op een (zelfgekozen) bron.

Ik kan een omschrijving geven van ‘politieke macht’ en dit herkennen in en toepassen op een (zelfgekozen) bron.

Ik kan een omschrijving geven van ‘machtsevenwicht’, ‘machtsoverwicht’, ‘machtsvacuüm’ en ‘machtsongelijkheid’ en dit herkennen in en toepassen op een (zelfgekozen) bron.

Ik kan een omschrijving geven van ‘interne soevereiniteit’ en ‘externe soevereiniteit’ en kan deze onderscheiden, herkennen in en toepassen op een (zelfgekozen) bron.

Ik kan het proces van staatsvorming in Nederland en Europa omschrijven.

Staatsvorming: Hoe is er zo iets als "de overheid" ontstaan en waar haalt die overheid haar macht vandaan?

Maken tekstverkenner

en opdracht 1

Lees p. 63 t/m 67 

Je ziet hier 2 timers. Een om de leesplek in je boek op te zoeken en de andere om het te lezen. Het afbakenen van de tijd om het te lezen, is bedoeld om je te helpen focus te houden bij de les.

Lees p. 65 t/m 67 

Je ziet hier 2 timers. Een om de leesplek in je boek op te zoeken en de andere om het te lezen. Het afbakenen van de tijd om het te lezen, is bedoeld om je te helpen focus te houden bij de les.

Maken § 4.1 Staatsvorming

E: 3,4,5

S: 1,2

T: Tekstverkenners § 4.1

Ex:-

Leerdoelen Paragraaf 4.1: Staatsvorming

Ik kan de definitie van het kernconcept ‘staatsvorming’ geven, herkennen in en toepassen op een (zelfgekozen) bron.

Ik kan de definitie van het kernconcept ‘rationalisering’ geven, herkennen in en toepassen op een (zelfgekozen) bron.

Ik kan een omschrijving geven van ‘politieke macht’ en dit herkennen in en toepassen op een (zelfgekozen) bron.

Ik kan een omschrijving geven van ‘machtsevenwicht’, ‘machtsoverwicht’, ‘machtsvacuüm’ en ‘machtsongelijkheid’ en dit herkennen in en toepassen op een (zelfgekozen) bron.

Ik kan een omschrijving geven van ‘interne soevereiniteit’ en ‘externe soevereiniteit’ en kan deze onderscheiden, herkennen in en toepassen op een (zelfgekozen) bron.

Ik kan het proces van staatsvorming in Nederland en Europa omschrijven.

Uitleg Rationalisering

Welkom, uitleg rationalisering

Covid19--> vaccin-->tekorten-->vaccinatieplanning

Het proces van rationalisering bestaat uit twee delen:

Ik ken de definitie van rationalisering uit mijn hoofd.

1. Nee, want het is geen kernconcept.
2. Ja, want het is een kernconcept.
3. Nee, maar ik ga dat wel doen.
4. Nee en dat ga ik ook niet doen.

Micro, meso en macroniveau

Rationalisering zien we op:

1. mesoniveau
2. microniveau
3. macroniveau
4. Alle drie zijn juist

Covid19 en vaccinatie is een voorbeeld van rationalisering op:

1. microniveau
2. mesoniveau
3. macroniveau
4. termijngerichtheid

Het capaciteitsvergrotingsplan is een voorbeeld van rationalisering

1. Nee
2. Ja
3. Nee en ik kan uitleggen waarom
4. Ja en ik kan uitleggen waarom

Mijn uitleg bij de vorige vraag....

https:

Maken § 4.1 Staatsvorming

E: 3,4,5

S: 1,2

T: Tekstverkenners § 4.1

Ex:-

Leerdoelen Paragraaf 4.1: Staatsvorming

Ik kan de definitie van het kernconcept ‘staatsvorming’ geven, herkennen in en toepassen op een (zelfgekozen) bron.

Ik kan de definitie van het kernconcept ‘rationalisering’ geven, herkennen in en toepassen op een (zelfgekozen) bron.

Ik kan een omschrijving geven van ‘politieke macht’ en dit herkennen in en toepassen op een (zelfgekozen) bron.

Ik kan een omschrijving geven van ‘machtsevenwicht’, ‘machtsoverwicht’, ‘machtsvacuüm’ en ‘machtsongelijkheid’ en dit herkennen in en toepassen op een (zelfgekozen) bron.

Ik kan een omschrijving geven van ‘interne soevereiniteit’ en ‘externe soevereiniteit’ en kan deze onderscheiden, herkennen in en toepassen op een (zelfgekozen) bron.

Ik kan het proces van staatsvorming in Nederland en Europa omschrijven.