3M, Afsluitende vragen hoofdstuk 2

Vandaag

- Huiswerk nakijken (indien gemaakt)
- Klassikaal bespreken van belangrijke rekenopdrachten
- Maken van 2 korte rekenopdrachten
- Test jezelf maken
- Afsluitende quiz
1 / 16
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Vandaag

- Huiswerk nakijken (indien gemaakt)
- Klassikaal bespreken van belangrijke rekenopdrachten
- Maken van 2 korte rekenopdrachten
- Test jezelf maken
- Afsluitende quiz

Slide 1 - Slide

Klaar met nakijken? Begin aan de Test Jezelf!

Slide 2 - Slide

2 Korte rekenopdrachten
Pak een pen en een rekenmachine

Slide 3 - Slide

Wat ga je nu doen tot ~11:05:
1. Huiswerk nog niet nagekeken? Doe dit eerst.
2. Maak de Test Jezelf.
3. Klaar met de Test Jezelf? Kijk hem na met uitwerkingen die je bij mij kan halen. 
4. Helemaal klaar met Stap 1 t/m 3? Lees Paragraaf 2.6


Slide 4 - Slide


1. Zure oplossingen hebben een lage pH
2. Basische oplossingen hebben een hoge pH
A
Alleen 1 is juist
B
Beide zijn juist
C
Alleen 2 is juist
D
Beide zijn onjuist

Slide 5 - Quiz

Zet de begrippen op de juiste plek van het zeepmolecuul
Hydrofoob
Hydrofiel

Slide 6 - Drag question


De pH-schaal loopt van
A
0 tot en met 7
B
1 tot en met 14
C
7 tot en met 14
D
0 tot en met 14

Slide 7 - Quiz


Vet haal je weg met
A
Een zure stof
B
Met een zure en een basische stof
C
Een basische stof
D
Niet met zure of basische stoffen

Slide 8 - Quiz


Hoe ontstaat kalkzeep?
A
Synthetische zeep + leidingwater
B
Natuurlijke zeep + leidingwater

Slide 9 - Quiz

Sleep de termen naar de juiste plaats op de pH schaal
Neutraal
Zuur
Basisch

Slide 10 - Drag question


Een indicator gebruik je om
A
te testen of een stof zuur is
B
te testen of een stof zuur of basisch is
C
te testen of een stof basisch is
D
niet om te testen of een stof zuur of basisch is

Slide 11 - Quiz

Zeep verwijdert vuil en vetvlekken. Bij het wassen hechten zeepdeeltjes aan vuildeeltjes.
Welke tekening is juist?
A
Tekening 1
B
Tekening 2
C
Tekening 3
D
Tekening 4

Slide 12 - Quiz


Detergent is een ander woord voor
A
natuurlijke zeep
B
kalkzeep
C
groene zeep
D
synthetische zeep

Slide 13 - Quiz

Met titreren
1. neutraliseer je een zure of basische oplossing
2. bepaal je de concentratie van een zure oplossing of een basische oplossing
A
Alleen 1 is juist
B
Beide zijn juist
C
Alleen 2 is juist
D
Beide zijn onjuist

Slide 14 - Quiz

Bij een titratie wordt natronloog gebruikt om de concentratie azijnzuur in 10 mL keukenazijn te bepalen. Na toevoeging van 17,00 mL slaat de kleur van de indicator om en is de oplossing geneutraliseerd.

Gegeven: 12,00 mL natronloog reageert met 0,8 mg azijnzuur.

Vraag: Hoeveel mg azijnzuur bevat deze 10 mL keukenazijn?
A
0,56 mg
B
13,60 mg
C
15,00 mg
D
1,13 mg

Slide 15 - Quiz

Twee laatste dingen...
Maak de Test Jezelf af voor donderdag. Antwoorden komen op Magister later deze week.

Neem een pen en rekenmachine mee voor de toets!

Slide 16 - Slide