Thema 14 hst 3 opzet en schuld

Hoofdstuk 3
Opzet en schuld
1 / 12
next
Slide 1: Slide
BeveiligingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 12 slides, with interactive quiz and text slides.

Items in this lesson

Hoofdstuk 3
Opzet en schuld

Slide 1 - Slide

Opbouw les
  • Terugblik inhoud en opbouw Wetboek van Strafrecht
  • Bespreken huiswerk
  • Theorie opzet en schuld
  • Afronding

Slide 2 - Slide

Wetboek van Strafrecht

Slide 3 - Mind map

Bespreken huiswerk
       
       Opdracht It's Learning bespreken

Slide 4 - Slide

Opzet & schuld
Bij sommige misdrijven staat ‘opzettelijk’ of ‘aan wiens schuld te wijten is’ voor. Er wordt dan ook gesproken over opzetmisdrijven en over schuldmisdrijven.
Voorbeeld:
Hij die opzettelijk brandsticht
Hij aan wiens schuld te wijten is dat brand ontstaat

Slide 5 - Slide

Schuld
Iedereen die een strafbaar feit pleegt, maakt zich schuldig aan dat strafbare feit. Er is dan sprake van schuld.
Schuld in ruime zin:
Schuld betekent dat een persoon iets veroorzaakt heeft wat hem verweten kan worden. Er zit alleen verschil in de mate van verwijtbaarheid. Soms doen mensen iets opzettelijk, soms gaat iets uit onvoorzichtigheid.
Schuld in ruime zin wordt verdeeld in: Opzet en schuld en enge zin

Slide 6 - Slide

Opzet
Opzet is het willens en wetens iets doen en/of nalaten. Als iemand willens en wetens iets doet moet de dader rekening houden met de gevolgen en dit heeft geaccepteerd. Voorbeelden?
  • Iemand opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toebrengen
  • Iemand opzettelijk van het leven beroven
  • Er zijn ook opzetmisdrijven waarin het woord opzettelijk niet voorkomt, maar door middel van de tekst kun je vanuit gaan dat dit het wel was. Zoals: ‘mishandeling wordt gestraft’.

 

Slide 7 - Slide

Schuld in enge zin
Onder schuld in enge zin wordt verwijtbare schuld verstaan. Verwijtbare schuld (ernstig verwijtbaar gedrag) kan ontstaan bij:
Grove nalatigheid
Grove onvoorzichtigheid
Grove onachtzaamheid
Gebrek aan voorzorg
Of er schuld in enge zin aanwezig is, moet de rechter beoordelen.


Slide 8 - Slide

Schuld in enge zin
De wet maakt onderscheid tussen opzetmisdrijven en schuldmisdrijven. In eerste instantie wordt er gekeken of er opzet in het spel is. Als dat niet zo is, wordt er gekeken naar schuld in enge zin.
Opzet of schuld in enge zin?
Iemand ziekenhuis in slaan en man overlijdt onbedoeld
  • Opzet: de zware mishandeling, zwaarder gestraft vanwege overlijden
Bloempot valt van balkon op iemand zijn hoofd en heeft letsel
  • Schuld in enge zin: je kan verwachten dat een bloempot kan vallen van balkon.
Iemand struikelt op de stoep en valt tegen een ander aan die zijn been breekt.
  • Sprake van een ongeluk


Slide 9 - Slide

Theorie
Bij overtredingen maakt de wet geen onderscheid tussen opzet of schuld. De gepleegde overtreding behoeft geen verder bewijs voor opzet of schuld.

Of iemand bewust op verboden grond bevindt of dat hij vergeten is op de bordjes te kijken maakt voor de strafbaarheid niks uit. Je bent op dat moment strafbaar. Hetzelfde geldt voor andere overtredingen.


Slide 10 - Slide

Opdracht
Pak een stapel flitskaarten en haal uit de begrippenlijst de begrippen die nu behandeld zijn en maak daar flitskaarten van. 

Slide 11 - Slide

Afsluiting les
Huiswerk: maak de opdracht in het boek (blz. 42) en maak in de digitale omgeving 'test je kennis' over dit onderwerp

Volgende les: Poging

Feedback les/docent?

Slide 12 - Slide