Grammatica zinsdelen

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Grammatica zinsdelen

Lesdoelen

- Je weet hoe je het meewerkend voorwerp met voor kunt herkennen.

- Je weet hoe je een bijwoordelijke bepaling kunt vinden.

Meewerkend voorwerp

In zinnen met een lijdend voorwerp kan ook een meewerkend voorwerp staan.

Het geeft aan voor wie iets bestemd is.

Meewerkend voorwerp

Stel de vraag:
Aan/Voor wie + werkwoordelijk gezegde +
onderwerp + lijdend voorwerp

Ik gaf aan mijn beste vriend een mooi cadeau.
Het meewerkend voorwerp is:

1. Ik
2. aan mijn beste vriend
3. Een mooi cadeau
4. Gaf

Een bos bloemen kocht ik voor mijn moeder met Moederdag.

1. Een bos bloemen
2. kocht
3. ik
4. voor mijn moeder

Maak zelf een zin met een meewerkend voorwerp erin.

Wat is het meewerkend voorwerp (MV) in de zin:

Mag ik u een kopje koffie aanbieden?

learningapps.org

Wat is het meewerkend voorwerp (MV) in de zin:

Het verlegen jongetje gaf ik een schouderklopje.

Bijwoordelijke bepaling

Geeft antwoord op de volgende vragen: waar, wanneer, waarom, waarmee, waardoor, hoe en hoeveel.

Bijwoordelijke bepaling

We noemen de bijwoordelijke bepaling ook wel de ‘prullenbak’. Alles wat je overhoudt na het benoemen, noem je bwb.

Bijwoordelijke bepaling

Je moet eerst de andere stappen doorlopen.
Je mag pas als laatste de bijwoordelijke bepalingen gaan benoemen!

www.cambiumned.nl

Gisteren heeft de directeur een lezing gehouden. Benoem de bwb

1. Gisteren
2. een lezing
3. de directeur
4. heeft gehouden

Wat is de bijwoordelijke bepaling in de volgende zin?
In Den Haag heb ik een nieuwe stropdas gekocht.

Waarom wil mijn oma altijd een zoen hebben? Wat is de bwb?

1. wil hebben
2. een zoen
3. mijn oma
4. altijd