Woordenschat - Overdrijving en understatement

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

Overdrijving

Leerdoelen

Je leert een overdrijving  herkennen en begrijpen.

Overdrijving

Bij een overdrijving wordt iets op een overdreven manier uitgedrukt.

Een overdrijving wordt ook wel een hyperbool genoemd.

Je zegt: 'Hij heeft dat al 10.000 keer gezegd';

Je bedoelt dat hij dat al meerdere malen heeft gezegd.

Overdrijving

Ik word doodmoe van dat gezeur van jou.

1. geen overdrijving
2. overdrijving

Wat heb je in je tas gestopt? Hij weegt tonnen!

1. Understatement
2. Overdrijving

Paul heeft een nieuwe Bugatti gekocht, het kostte een paar centen.

1. geen overdrijving
2. overdrijving

Is hier sprake van ironie of overdrijving?
'Wat een goede hulp ben jij!’, zei de moeder, toen haar zoontje de emmer met sop omgooide.

1. Ironie
2. Overdrijving

De ANWB meldde dat de gipsvluchten weer een paar gewonden naar huis hebben gevlogen.

1. geen overdrijving
2. overdrijving

Kunnen we snel eten? Ik sterf van de honger.

1. geen overdrijving
2. overdrijving

Kies uit: een overdrijving of geen overdrijving
De regen valt met bakken uit de lucht.

1. overdrijving
2. geen overdrijving

Overdrijving of geen overdrijving:
Een bezoekje aan de tandarts vind ik niet zo leuk.

1. Overdrijving
2. geen overdrijving

Overdrijving of geen overdrijving?
Hij heeft een glaasje teveel op.

1. Overdrijving
2. geen overdrijving

In welke zin zit een overdrijving?

1. Je hebt een tien, geweldig!
2. Toen Jan een schrammetje op zijn vinger had, zei zijn broer: "Nou nou, als je maar niet doodbloedt!"
3. Toen Lara een 1 had voor haar proefwerk, zei de leraar: "Het kon beter."

Overdrijving of geen overdrijving?
Ik heb je nu al voor de honderdste keer gewaarschuwd.

1. Overdrijving
2. geen overdrijving