Bs. 1 Introductie erfelijkheid en evolutie

• Biologie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Bs. 1 Genotype en fenotype

Thema 5 Erfelijkheid en evolutie

Deze les

Leerdoelen

Bs. 1 Genotype en Fenotype

Zelf aan de slag

Afsluiting

Leerdoelen

Je kunt omschrijven wat het genotype en het fenotype zijn

Je kunt uitleggen dat cellen alleen de erfelijke informatie gebruiken die ze nodig hebben

Erfelijke informatie

Zet de begrippen van groot naar klein:
DNA, celkern, chromosoom, cel, gen

Cel

Celkern

Chromosoom

DNA 

Gen

Uit welke 2 cellen zijn wij ontstaan?

Erfelijke informatie

Lichaamscel: 46 chromosomen

--> DNA

Alle lichaamscellen ontstaan uit 1 bevruchte eicel

helft vader + helft moeder = jij

Genotype

Gen: Stukjes DNA die samen informatie bevatten voor een eigenschap

Genotype: Complete genetische informatie

- Ontstaat op moment van bevruchting

Actief en nonactief

Elke celkern in je lichaam bevat precies dezelfde genen

Niet alle genen zijn actief

Genen kunnen 'aan' of 'uit' staan, hangt af van de plaats in het lichaam

Genexpressie: Tot uiting komen van een gen

Zacht of hard aan staan

Bevat een huidcel dezelfde genen als een levercel?

1. Ja
2. Nee

Fenotype

Alle waarneembare eigenschappen van een organisme samen

Voorbeelden fenotype

Fenotype

Zichtbare eigenschappen: oogkleur, huidskleur, lengte

Onzichtbare eigenschappen: bloeddruk, bouw spiercellen

Wordt bepaald door: je genotype, je leefstijl en je omgeving

Wat is hier veranderd?

1. Alleen het genotype
2. Fenotype en genotype
3. Alleen fenotype

Wat is hier veranderd?

1. Alleen het fenotype
2. Fenotype en genotype
3. Alleen genotype

Zelf aan de slag

Thema 5 bs. 1  Opdrachten 1 t/m 9

Wat is het genotype?

Wat is het fenotype?

Een cel gebruikt alleen de genen die hij nodig heeft. Andere genen zijn niet actief. Waar hangt het van af welke genen actief en non-actief zijn?