Future tense: will, shall, to be going to

Will, shall & to be going to
1 / 23
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

Will, shall & to be going to

Slide 1 - Slide

leerdoelen
Aan het einde van de les...
  • weet ik het verschil tussen "will", "shall" & "to be going to"
  • weet ik hoe ik "will" gebruik
  • weet ik hoe ik "shall" gebruik
  • weet ik hoe ik "to be going to" gebruik

Slide 2 - Slide

Op welke manieren kan je over de toekomst praten?
Dit kan op een aantal manieren, namelijk door gebruik te maken van:
- will + hele werkwoord
- shall + hele werkwoord
- to be going to + hele werkwoord

Slide 3 - Slide

Will + hele ww
Wanneer gebruik je will?
  • een besluit wat je nu neemt
    yes, I will have a cup of tea!

  • als je zeker weet dat iets wel of niet gaat gebeuren
    The sun will rise tomorrow.
    They won't be back before noon.

Slide 4 - Slide

Will + hele ww
Wanneer gebruik je will?
  • bij een wens, aanbod, verzoek, veronderstelling, belofte of voorspelling
    I hope you will feel better soon
    I will help you clean your room.
    Will you be home on time?

Slide 5 - Slide

Will + hele ww
Hoe maak je een zin?
persoon + will + hele ww                               
Bevestigend

He will start
Ontkennend

He will NOT start
of
He won't start

Slide 6 - Slide

Will + hele ww
hoe maak je een zin?
will + persoon + hele ww
Vragend

will he start?


Slide 7 - Slide

He .... us next week.
A
will
B
will visit
C
will visits
D
visits

Slide 8 - Quiz

I don't like Stefan. I .... him with his homework.
A
will help
B
will not help
C
won't help
D
help

Slide 9 - Quiz

I have football practise tonight. We ... a movie tonight.
A
will watch
B
will watches
C
won't watches
D
won't watch

Slide 10 - Quiz

Shall + hele ww
Wanneer gebruik je shall?
Alleen bij vragen met I of we
  • als je voorstelt om iets te doen
    Shall we go to the beach?
  • als je vraagt om een mening
    Shall I buy these trousers?
  • als je iets aanbied
    Shall I clean your room?

Slide 11 - Slide

shall + hele ww
hoe maak je een zin?
shall + I/we + hele ww
Vragend
Shall I start?

will he start?

 Shall we start?


Slide 12 - Slide

She ___________ turn sixteen next June.
Future + will / shall: we / shall + hele werkwoord
will
shall

Slide 13 - Drag question

He ___________ tell you what to do.
Future + will / shall: we / shall + hele werkwoord
will
shall

Slide 14 - Drag question


    The weather ________ be sunny and dry tomorrow.

    Marc ________ join us for dinner, he's not hungry.

   _______ we meet at eight on Friday?

     Maybe they _______ give you you money back if you ask nicely.
will
won't
shall
will

Slide 15 - Drag question

to be going to + hele ww
Wanneer gebruik je to be going to?
  • plannen die al gemaakt zijn voor het moment van spreken, wat ben je van plan
    They are going to visit the zoo tomorrow.

  • bij een voorspelling waar bewijs voor is, wat gaat zeker gebeuren
    It's 8:15. I am going to be late for school.


Slide 16 - Slide

to be going to + hele ww
hoe maak je een zin?
persoon + (to be) am/are/is + going to + hele werkwoord 

bevestigend
I am going to Spain this year.

Slide 17 - Slide

to be going to + hele ww
hoe maak je een zin?
persoon + (to be) am/are/is + not + going to + hele werkwoord 

ontkennend 
He is not going to Spain this year.

Slide 18 - Slide

to be going to + hele ww
hoe maak je een zin?
(to be) am/are/is + persoon + going to + hele werkwoord 

vragend
Am I going to Spain this year?

Slide 19 - Slide

It ... be rainy tomorrow.
A
will
B
is going to

Slide 20 - Quiz

Look, it ... rain!
A
will
B
is going to

Slide 21 - Quiz

You ... probably ... first prize.
A
will - win
B
are - going to win

Slide 22 - Quiz

Slide 23 - Link