wk 13: hoofdgedachte + wwg + ond +zinsdelen

• Middelbare school

Tekstbegrip

Wat we deze les gaan doen

Lezen:

• We herhalen de theorie over de verwijswoorden
• Je weet wat de hoofdgedachte is en kunt die vinden in een tekst.

Grammatica:

• Je kunt het werkwoordelijk gezegde en het onderwerp in zinnen herkennen.
• Je kunt een zin in zinsdelen verdelen

Verwijswoorden (herhaling)

In de vorige les heb je geleerd wat verwijswoorden zijn en hoe je weet waar ze naar verwijzen. Ben je de leerstof een beetje vergeten? Kijk dan nog een keer op de onderstaande bladzijden:

1hv: blz. 197

1vwo: blz. 207 en 208

Verwijswoorden (verdieping)

Ga naar Drive --> lezen --> blok 4 t/m 6 --> digitale lessen --> verwijswoorden

Beluister het filmpje en kijk of je het begrijpt. Zo niet, steek je vinger op. Je hoeft verder geen aantekeningen van dit filmpje te maken.

De hoofdgedachte

De hoofdgedachte is een zin die de hele tekst samenvat. Je vat dus eigenlijk het onderwerp en de hoofdzaken in 1 zin samen. Vaak staat deze zin letterlijk in het slot van de tekst, maar soms moet je de zin zelf bedenken. Hoe je dat doet, lees je in de volgende dia.

Zelf de hoofdgedachte bepalen

• Bepaal het onderwerp van de tekst.
• Welke hoofdzaken worden genoemd over dit onderwerp?
• Vat de hoofdzaken over het onderwerp samen.
• Formuleer de hoofdgedachte in 1 complete zin.
• De hoofdgedachte is nooit een vraag.

Opdracht maken:

Ga naar Drive --> lezen --> blok 4 t/m 6 --> opdracht hoofdgedachte (kies het juiste niveau!). 

Maak de opdracht en kijk deze vervolgens na in Drive --> lezen --> blok 4 t/m 6 --> antwoorden (kies het juiste niveau!)

Checklist

Checklist--> Het volgende zou nu afgerond moeten zijn:

1 hv:

• je hebt het filmpje bij verwijswoorden verdieping bekeken.
• Je hebt een aantekening gemaakt over de hoofdgedachte (dia 5)
• Je hebt de opdracht in drive gemaakt over de hoofdgedachte (dia 7)

1 vwo:

• je hebt het filmpje bij verwijswoorden verdieping bekeken.
  
• Je hebt een aantekening gemaakt over de hoofdgedachte (dia 5)
  
• Je hebt de opdracht in drive gemaakt over de hoofdgedachte (dia 7)

Herhaling vorige les

In de vorige les heb je onder andere geleerd wat het werkwoordelijk gezegde (wwg) is en hoe je het onderwerp (ond) in een zin kunt vinden. 

wwg: alle werkwoorde in de zin samen vormen het werkwoordelijk gezegde

Ond: Stel de vraag: wie of wat + wwg

Zinsdelen

Een zinsdeel bestaat uit 1 woord of een groepje woorden. Het groepje woorden hoort bij elkaar en geeft samen antwoord op dezelfde vraag. Voorbeeld:

Wie?         Wanneer?          Wat?                                       

Ik / heb / gisteren/ een nieuw boek / gekocht.

Instructie zinsdelen

Ga naar drive --> grammatica --> digitale lessen --> zinsdelen

Beluister het filmpje en maak een aantekening in je schrift. Geef je aantekening de naam 'zinsdelen'. 

Opdrachten maken

Maak nu de volgende opdrachten uit de methode van Blok 2 grammatica:

1hv: (vanaf blz. 65) maken opdrachten: 9 + 11 + 12 + 16

1vwo:  (vanaf blz. 71) maken opdrachten: 2 + 4 (alleen vr 1 t/m 3) + 5 + 9 + 10

Checklist

Checklist--> Het volgende zou nu afgerond moeten zijn:

1 vwo

• de aantekening over zinsdelen staat in je schrift (dia 11 en 12)
• Blok 2 grammatica (vanaf blz. 71) maken opdrachten: 2 + 4 (alleen vr 1 t/m 3) + 5 + 9 + 10

1 hv

• de aantekening over zinsdelen staat in je schrift (dia 11 en 12)
• Blok 2 grammatica (vanaf blz. 65) maken opdrachten: 9 + 11 + 12 + 16