Attention: Soms heb je onregelmatige vormen! Ook dan bestaat de passé composé uit 3 stappen, alleen je moet deze voltooid deelwoorden apart uit je hoofd leren:
Stap 1 : Wat is mijn onderwerp ?
Stap 2: Vervoeg op basis van je onderwerp, het hulpww. avoir
Stap 3: Vorm je voltooid deelwoord :
hebben = avoir --> gehad = eu
être = zijn --> geweest = été --> Let op: het hulpwerkwoord is hier nog steeds 'avoir'! In tegenstelling tot het NL, zie Vb.2
doen, maken = faire --> gedaan, gemaakt = fait
Vb. Ik heb gehad = J' (1) ai (2) eu (3)
Vb. Sophie is geweest = Sophie (1) a (2) été (3)
Vb. Jullie hebben gedaan, gemaakt = Vous (1) avez (2) fait (3)