thema 1 week 1 les 2 bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord

Lesdoel:
Je leert bijvoeglijk naamwoorden te herkennen die zijn afgeleid van voltooid deelwoorden.
= het bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord
1 / 31
next
Slide 1: Slide
TaalBasisschoolGroep 8

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Lesdoel:
Je leert bijvoeglijk naamwoorden te herkennen die zijn afgeleid van voltooid deelwoorden.
= het bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord

Slide 1 - Slide

Criteria
- Ik weet wat een zelfstandig naamwoord is.
- Ik weet wat een bijvoeglijk naamwoord is.
- Ik kan het voltooid deelwoord herkennen.
- Ik kan het voltooid deelwoord van een werkwoord schrijven.

Slide 2 - Slide

Deze zelfstandige naamwoorden 
kan ik aanraken.

Bijvoorbeeld: 
Saar, het kind, de koe, het huis. 

Deze zelfstandige naamwoorden kan ik niet aanraken (abstract)

Bijvoorbeeld:
de lucht, de droom, de rijm, het gevoel, de kindertijd

Slide 3 - Slide

werkwoorden
Zelfstandig naamwoord
Lidwoorden
de 
storm
paard 
het
een
juf
gooien
gymen
Anton
rekenen
wandelen

Slide 4 - Drag question

Het bijvoeglijk naamwoord
Het bijvoeglijk naamwoord zegt iets over het zelfstandig naamwoord. 

Het stoffelijk bijvoeglijk naamwoord vertelt iets over waar het van gemaakt is.
De plastic bal.
De gouden ring.


Slide 5 - Slide

Bijvoeglijk naamwoord
Stoffenlijk bijvoeglijk naamwoord

  gele

mooie

metalen

 glazen

  ijzeren

rechte

Slide 6 - Drag question

Het gezegde:
Alle werkwoorden in een zin.
= persoonsvorm
= voltooid deelwoord
= infinitief

Slide 7 - Slide

Ik kan het gezegde in de zin vinden:
Mijn fiets is gister gestolen.

Slide 8 - Open question

Ik kan het gezegde in een zin vinden:
De gestolen fiets is daar gevallen.

Slide 9 - Open question

Ik kan het gezegde in een zin vinden:
Het geverfde hek mag niet aangeraakt worden.

Slide 10 - Open question

Ik kan het gezegde in een zin vinden:
De buurman heeft het hek geverfd.

Slide 11 - Open question

voltooid deelwoord

Slide 12 - Slide

Bijvoeglijk voltooid deelwoord
Het voltooid deelwoord kan als bijvoeglijk naamwoord worden gebruikt. 

Het voltooid deelwoord staat dan voor een zelfstandig naamwoord. 
Het zegt dus iets meer van een zelfstandig naamwoord (mensen, dieren, dingen of planten).

Voorbeeld:
De kat is gevoerd (gevoerd is het voltooid deelwoord).
De gevoerde kat. Gevoerde is het bijvoeglijk voltooid deelwoord.

Slide 13 - Slide

Quiz!

Slide 14 - Slide

Ik heb het hek geverfd.

geverfd
A
bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord.
B
voltooid deelwoord

Slide 15 - Quiz

De gebraden kip is heerlijk.

gebraden
A
bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord.
B
voltooid deelwoord

Slide 16 - Quiz

Het geverfde hek staat er mooi bij.
A
bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord.
B
voltooid deelwoord

Slide 17 - Quiz

Dat kind is uit het bos verdwenen.

verdwenen
A
bijvoeglijk gebruikt voltooid deelwoord.
B
voltooid deelwoord

Slide 18 - Quiz

Slide 19 - Slide

Schrijf het voltooid deelwoord van:
verhuizen

Slide 20 - Open question

Schrijf het voltooid deelwoord van:
opruimen

Slide 21 - Open question

Schrijf het voltooid deelwoord van:
maken

Slide 22 - Open question

Schrijf het voltooid deelwoord van:
verliezen

Slide 23 - Open question

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

de ................. familie
verhuizen

Slide 27 - Open question

Het ..... huis
opruimen

Slide 28 - Open question

de ....... toets
maken

Slide 29 - Open question

de ..... sleutels
verliezen

Slide 30 - Open question

Aan de slag!
Maak opgave 2 van les 2.
4 of meer foutjes? 
Maak dan opgave 3.

Maak 20 opgaven in de + van les 2.

Slide 31 - Slide