Rekenen met grote getallen

Rekenen
Jaar 3
1 / 25
next
Slide 1: Slide
RekenenMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 3

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Rekenen
Jaar 3

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat heb je nodig dit jaar tijdens de rekenlessen?
  • Eigen rekenschrift (en die bewaar je zelf)
  • Pen, potlood, geodriehoek
  • Rekenmachine (Casio fx-82NL)
  • Laptop (voor Smart Rekenen)

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Daltonplanners
Daltonplanners zijn in Magister zichtbaar. Bekijk goed welke daltonplanner je bekijkt; 2A of 2F.

Volgende les (hopelijk) de instaptoets om het juiste niveau te bepalen.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Rekenen met grote getallen en afronden

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je cijferend optellen en aftrekken met getallen tot 10000, vermenigvuldigen met getallen tot 1000, delen met behulp van de 'hapmethode' en grote getallen afronden.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al over delen met de hapmethode?

Slide 6 - Mind map

This item has no instructions

Cijferend optellen
Bij cijferend optellen begin je met de eenheden en werk je naar links toe.



Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Cijferend aftrekken
Bij cijferend aftrekken begin je met de eenheden en werk je naar links toe. Denk goed om het lenen.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Vermenigvuldigen
Bij vermenigvuldigen vermenigvuldig je elk cijfer van het getal met het vermenigvuldigingsgetal en tel je de resultaten op.
Je kunt het op verschillende manieren noteren. Maar, NOTEER wat je doet! 
                                                            14 x 27 =

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Deelsommen met de 'hapmethode'
Bij deelsommen met de 'hapmethode' verdeel je het getal in hapjes van het deler en tel je hoeveel hapjes er zijn.
Soms komt een deling niet mooi uit. Ook dan kun je deze manier gebruiken.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Afronden op een tiental
Bij afronden op een tiental kijk je naar het laatste cijfer en rond je af naar beneden of naar boven. Afronden op een tiental betekent het tiental zoeken dat het dichtste bij ligt. Precies er tussenin? Dan naar boven afronden. 

35 wordt dus afgerond op ...?

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Afronden op een honderdtal
Bij afronden op een honderdtal kijk je naar de laatste twee cijfers en rond je af naar beneden of naar boven. Afronden op een honderdtal betekent het honderdtal zoeken dat het dichtste bij ligt.

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Afronden op een duizendtal
Bij afronden op een duizendtal kijk je naar de laatste drie cijfers en rond je af naar beneden of naar boven.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Oefening: Cijferend optellen
Los de volgende sommen op: 
5423 + 3985
8976 + 1003

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Oefening: Cijferend aftrekken
Los de volgende sommen op: 
9472 - 3258
1122 - 321

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Oefening: Vermenigvuldigen
Los de volgende sommen op: 
89 x 7
26 x 14

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Oefening: Deelsommen met de 'hapmethode'
Los de volgende sommen op: 
832 ÷ 16
554 ÷ 15

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Oefening: Afronden op een tiental
Rond het volgende getal af op een tiental: 
83
749

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Oefening: Afronden op een honderdtal
Rond het volgende getal af op een honderdtal: 
764
9187

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Oefening: Afronden op een duizendtal
Rond het volgende getal af op een duizendtal: 
3254
56789

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Oefening: Rekenraadsel
Los het volgende rekenraadsel op: Wat is de uitkomst van (500 x 4) + (1000 ÷ 2)?

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Samenvatting
Cijferend optellen, cijferend aftrekken, vermenigvuldigen, delen met de 'hapmethode' en grote getallen afronden zijn belangrijke rekenvaardigheden.

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 23 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 24 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.
Afsluiting
Volgende week hopelijk de digitale instaptoets. Hier hoef je niet voor te leren. Neem wel je opgeladen laptop mee!

Slide 25 - Slide

This item has no instructions