4.1 Stroomkringen

4.1 Stroomkringen
  • Je kunt het begrip gesloten stroomkring uitleggen.
  • Je kunt het verschil benoemen tussen geleiders en isolatoren.
  • Je kunt een aantal spanningsbronnen benoemen
  • Je kunt de weerstand van een lampje berekenen.
  • Je kunt de wet van Ohm uitleggen.

1 / 22
next
Slide 1: Slide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 4

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

4.1 Stroomkringen
  • Je kunt het begrip gesloten stroomkring uitleggen.
  • Je kunt het verschil benoemen tussen geleiders en isolatoren.
  • Je kunt een aantal spanningsbronnen benoemen
  • Je kunt de weerstand van een lampje berekenen.
  • Je kunt de wet van Ohm uitleggen.

Slide 1 - Slide

Elektrische spanning

Slide 2 - Slide

Gelijk- en wisselspanning

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Stroomsterkte

Slide 5 - Slide

De stroomkring

Slide 6 - Slide

Serieschakeling

Slide 7 - Slide

Parallelschakeling

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Elektrische weerstand

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Video

Slide 12 - Video

In het figuur is een practicum met twee weerstanden.
Hoe zijn de weerstanden geschakeld?
A
serie
B
parallel
C
zowel serie als parallel
D
kan geen uitspraak over gedaan worden

Slide 13 - Quiz

De formule voor weerstand is:
A
R = U / I
B
Weerstand = R + R
C
R = U x I
D
Weerstand is geen formule voor

Slide 14 - Quiz

De weerstand heeft een grootte van....
A
4420 kΩ ± 1%
B
4424 Ω ± 1%
C
4420 kΩ ± 2%
D
4424 Ω ± 2%

Slide 15 - Quiz

Weerstand
A
U
B
I
C
R
D
G

Slide 16 - Quiz


Bereken in de schakeling de weerstand van de speaker.
A
0,14 Ω
B
3,5 Ω
C
7,1 Ω

Slide 17 - Quiz

Een weerstand heeft een waarde van 42000 ohm. Wat is de kleurencode van deze weerstand?
A
Rood-oranje-geel
B
Geel-zwart-oranje
C
Geel-rood-zwart
D
Geel-rood- oranje

Slide 18 - Quiz

U = 6V en I = 2 A.
Bereken de weerstand in
Ω
A
0,33
B
12
C
3
D
4

Slide 19 - Quiz

Hoeveel Ohm weerstand heeft deze weerstand?
Wit, zwart, oranje?
A
90.000 Ohm
B
90K Ohm
C
9K Ohm
D
9.000 Ohm

Slide 20 - Quiz

Bereken de weerstand van een TV. De stroomsterkte is 4,6 A
A
5 ohm
B
50 ohm
C
1058 ohm
D
10,58 ohm

Slide 21 - Quiz

Weerstand
A
ampere
B
watt
C
ohm
D
siemens

Slide 22 - Quiz