Les 8 ijs - water - waterdamp VWO

3.1 IJs, water en waterdamp
1 / 32
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 80 min

Items in this lesson

3.1 IJs, water en waterdamp

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Water

Slide 2 - Mind map

This item has no instructions

Leerdoelen
  • Je kunt de drie fasen van water herkennen in de praktijk.
  • Je kunt de drie fasen waarin water kan voorkomen beschrijven met het deeltjesmodel.
  • Je kunt uitleggen wat cohesie en adhesie zijn.
  • Je kunt met het deeltjesmodel verklaren waarom ijs en veel andere vaste stoffen een kenmerkende kristalstructuur hebben.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Water
  • Als water bevriest, is het vast.  ==> ijs
  • Water wat uit de kraan komt is vloeibaar.
  • Water kan verdampen, dan wordt het waterdamp en dat is een gas.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

3 Fasen
  • Vast
  • Vloeibaar
  • Gas

De moleculen blijven altijd 
hetzelfde, welke fase 
dan ook!!

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

IJs - vaste vorm van water

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Slide 7 - Slide

Model om je voor te stellen hoe moleculen zich gedragen

Echt kijken naar moleculen is ontzettend lastig, ze zijn veel te klein: nanometer schaal: 0,15 nm (water)

Vaste stoffen
  • trillen rond een evenwichtsstand.
  • deeltjes hebben een vaste positie ten opzichte van elkaar
  • Dus:
  • Vast volume
  • Vaste vorm

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Vaste stoffen

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Kristallen
Sneeuw bestaat uit ijskristallen die allemaal mooie vormen hebben. Maar in al die verschillende vormen kun je steeds dezelfde zeshoekige structuur herkennen.
Deze kristalstructuur is kenmerkend voor ijs.

Veel vaste stoffen hebben een eigen kenmerkende kristalstructuur.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Water - Vloeibare vorm van Water

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Vloeistoffen
  • Deeltjes bewegen langs elkaar heen
  • deeltjes zitten zo dicht mogelijk bij elkaar
  • Dus:
  • Vast volume
  • Geen vaste vorm

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Vloeistoffen

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Waterdamp - gas vorm van water

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Gassen
  • deeltjes bewegen los van elkaar op grote afstand
  • Dus:
  • Geen vaste vorm
  • Geen vast volume

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Gassen

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

 wolken en neerslag

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Verschillende soorten neerslag
          Dauw                         Rijp                           IJzel

Slide 18 - Slide

DAUW - Hele kleine waterdruppeltjes, zitten vaak sochtends op grassprieten als het erg vochtig is buiten. 

Rijp - Bestaat uit kleine ijskristallen, die bomen en planten heel mooi wit kunnen maken.

Ijzel - Zeer koude regen bevriest als het de grond raakt of een bevroren boom. Hierdoor kan het vaak heel glad zijn als het regent en heel koud is. 
Welke soorten
neerslag ken je?

Slide 19 - Mind map

This item has no instructions

Welke soort van neerslag is dit?
A
Dauw
B
Rijp
C
Ijzel

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Welk soort neerslag
zie je hier?
A
Dauw
B
Rijp
C
IJzel
D
Sneeuw

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Welk soort neerslag
zie je hier?
A
Hagel
B
Rijp
C
IJzel
D
Sneeuw

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Welk soort neerslag
zie je hier?
A
Dauw
B
Rijp
C
IJzel
D
Regen

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Welk soort neerslag
zie je hier?
A
Dauw
B
Rijp
C
IJzel
D
Sneeuw

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Kristallen
Sneeuw heeft allerlei regelmatige vormen. Dit noemen wij kristallen.

Vaste stoffen zijn vaak opgebouwd uit kristallen. Deze kunnen groot en klein zijn
Kristallijne stoffen

Slide 25 - Slide

Veel vaste stoffen bestaan uit kristallen: Kristallijne stoffen

Kristallijne stoffen

Slide 26 - Slide

This item has no instructions

IJs en Water
De dichtheid van water is 1 gram/ cm3
Dat betekend dat 1 cm3 van de stof water een massa van 1 gram heeft
Dus 10 cm3 water heeft een massa van 10 x 1 = 10 gram

De dichtheid van ijs is 0,9 gram / cm3 
Dat betekend dat 1 cmvan de stof ijs een massa heeft van 0,9 gram
IJs is dus 'lichter' dan water    Daarom drijft ijs in water

Slide 27 - Slide

This item has no instructions

Adhesie en cohesie

Cohesie = aantrekkingskracht tussen dezelfde soort moleculen
Adhesie = aantrekkingskracht tussen verschillende soorten moleculen

Slide 28 - Slide

Cohesie komt uit het Latijn “samenhang”
Adhesie komt uit het Latijn “aanhechten”

Slide 29 - Video

This item has no instructions

Aan de slag
Opdrachten paragraaf 3.1
pagina 89

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Huiswerk
  • Herhaal hoofdstuk 2 Stoffen

Slide 31 - Slide

This item has no instructions

Afsluiting
  • Je kunt de drie fasen van water herkennen in de praktijk.
  • Je kunt de drie fasen waarin water kan voorkomen beschrijven met het deeltjesmodel.
  • Je kunt uitleggen wat cohesie en adhesie zijn.
  • Je kunt met het deeltjesmodel verklaren waarom ijs en veel andere vaste stoffen een kenmerkende kristalstructuur hebben.

Slide 32 - Slide

This item has no instructions