Weer, klimaat en klimaatzones groep 8 lessenserie

Weer & Klimaatzones



 “Van poolijs tot woestijn; klimaatverandering overal!”
1 / 81
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeBasisschoolGroep 8

This lesson contains 81 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Weer & Klimaatzones



 “Van poolijs tot woestijn; klimaatverandering overal!”

Slide 1 - Slide

leerdoelen in deze lessen serie: 
- leren we het verschil tussen weer en klimaat
-maken we kennis met de verschillende klimaatzones op de wereld
- leren we wat toekomstige klimaatverandering van invloed heeft op de klimaatzones 
- maken we een toekomstig weer verslag

Slide 2 - Slide

Lesdoelen les 1
- kan je het verschil tussen de begrippen weer en klimaat uitleggen.
- kan je uitleggen wat een klimaatzone is.
- weet je welke factoren van invloed zijn op het weer en klimaat. 

Slide 3 - Slide

Wat is volgens jou de beste omschrijving van het begrip "het weer"?

Slide 4 - Mind map

wat is volgens jou de beste omschrijving van het begrip "het klimaat"?

Slide 5 - Mind map

Slide 6 - Video

Wat is het verschil tussen....?
De klimaatzone:
De klimaatzone is een (groot) gebied met ongeveer hetzelfde klimaat.
Het klimaat:
Het klimaat is het gemiddelde van het weer in een groot gebied over een periode van tenminste 30 jaar
Het weer:

Het weer is de temperatuur, wind en neerslag op een bepaald moment. 
Dit kan elk uur weer een beetje anders zijn.

Slide 7 - Slide

factoren die van invloed zijn op het weer en het klimaat (temperatuur)


Een aantal factoren bepaalt samen het type klimaat dat ergens heerst:


- de breedteligging 
- hoogteligging (aanwezigheid van bergen)
- de afstand tot zee 
-de aanvoer van zee- en luchtstromen. 

Slide 8 - Slide

De zon en het klimaat
de breedteligging = afstand van een plaats tot de evenaar
Evenaar: zonnestralen loodrecht
Noord-Europa: schuin op het aardoppervlak
-> dezelfde hoeveelheid zonnestralen 
verwarmt een groter oppervlak
-> evenaar warmer

benodigdheden:
- wereldbol
- zaklamp

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Hoogteligging 
  • hoe hoger hoe kouder
  • per 1000m -6 °C kouder
  • De hoogteligging bepaalt de plantengroei in de bergen: zie kaartje in hotspot!

De vegetatiezones op een berg zijn afhankelijk van de hoogteligging. De boomgrens (punt waarop het te koud wordt voor bomen) ligt in de Alpen ongeveer op 1800 meter.

Onthouden: naaldbomen kunnen beter tegen de kou, je vindt de zone met naaldbomen daarom op grotere hoogte dan de zone met loofbomen.

Slide 11 - Slide

Aanwezigheid van bergen

  • Ze vormen een scheiding tussen warme en koude lucht
  • Wind kan tegengehouden worden door een gebergte
Wanneer de wind tegen een berg aankomt, moet de lucht als het ware omhoog de berg op. Tijdens die klim wordt de lucht steeds kouder. Koude lucht kan minder water vasthouden dan warme lucht, dus de wolken laten een groot deel van hun regen vallen aan de kant van de berg waar de wind vandaan komt. Dit heet de loefzijde.
Aan de andere kant van de berg, de lijzijde, komt die lucht dan aan zonder zoveel water. Daardoor is het vaak droger aan die kant van de berg, want de regen is al aan de andere kant gevallen.



loefzijde: natter 
lijzijde: droger

 

Slide 12 - Slide

afstand tot zee
De afstand tot zee heeft ook invloed op de wind: boven zee zijn er, anders dan boven land, geen obstakels die de wind afzwakken. In kustlanden waait het vaak meer (en harder), waardoor het daar wat zachter is. Richting binnenland wordt wind daarom vaak wat afgezwakt.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Link




zomer:
land/zand-> warmt snel op
zee: koel, dus wind boven zee ook koel. 
In de zomer is het dus aan de kust koeler en landinwaarts warmer.





winter: 
land/zand-> koud
zee: warm, zee koelt langzaam af. Wind boven zee ook warmer. 
In de winter is het dus aan de kust warmer en landinwaarts koeler
Invloed van de afstand van de zee

Slide 15 - Slide

Maken werkblad 
Je gaat in tweetallen het werkblad maken. 
Je maakt een tweetal binnen je tafelgroepje. 
Je werkt in de klas en in fluisterstem. 

Slide 16 - Slide

Antwoorden Werkblad
Opdracht 1:
Weer-gerelateerd: A, B, E en G
Klimaatgerelateerd: C, D, F, H en I

Slide 17 - Slide

Antwoorden Werkblad
Opdracht 2: 



Slide 18 - Slide

Antwoorden Werkblad
Opdracht 3: 
1. A, B en D zijn goed
2. B is juist 



Slide 19 - Slide

Controle leerdoelen
- kan je het verschil tussen de begrippen weer en klimaat uitleggen.
- kan je uitleggen wat een klimaatzone is.
- weet je welke factoren van invloed zijn op het weer en klimaat. 

Slide 20 - Slide

Wat is 'het klimaat'?
A
De gemiddelde temperatuur in een bepaald gebied in 30 jaar
B
De stijging van de zeespiegel in 30 jaar
C
De opwarming van de aarde in 30 jaar
D
Het gemiddelde weer in een bepaald gebied in 30 jaar

Slide 21 - Quiz

Wat is het 'weer'?
A
Gemiddelde temperatuur over een langere tijd
B
momentopname van temperatuur en wind
C
Momentopame van neerslag, temperatuur en wind
D
Momentopname van wind en neerslag

Slide 22 - Quiz

Hoe noem je een gebied op aarde met gemiddeld dezelfde temperatuur en neerslag?
A
een klimaat
B
een klimaatgrafiek
C
een klimaatzone

Slide 23 - Quiz

Einde les 1 

Slide 24 - Slide

Terugblik les 1
wat was het verschil tussen het 'weer' en het 'klimaat'? 
welke factoren waren van invloed op het klimaat? 

Slide 25 - Slide

Wat is het verschil tussen....?
De klimaatzone:
De klimaatzone is een (groot) gebied met ongeveer hetzelfde klimaat.
Het klimaat:
Het klimaat is het gemiddelde van het weer in een groot gebied over een periode van tenminste 30 jaar
Het weer:

Het weer is de temperatuur, wind en neerslag op een bepaald moment. 
Dit kan elk uur weer een beetje anders zijn.

Slide 26 - Slide

Les 2: 
In deze les: 
- Leer je welke verschillende klimaatzones er zijn
- Welke dieren, planten en welk weer het in die verschillende klimaatzones is

Slide 27 - Slide

Wat zijn de klimaten?
- Poolklimaat                         
- Woestijn klimaat
- Landklimaat                        
- Zeeklimaat 
- Tropisch (regenwoud) klimaat                

Slide 28 - Slide

Wat zie je?

Slide 29 - Slide

Klimaatdozen
Welk klimaat hoort bij welke doos? wat zie je? 
- Poolklimaat
- Woestijn klimaat
- Landklimaat
- Zeeklimaat
- Tropisch (regenwoud) klimaat     
wat zie je? 

Slide 30 - Slide

Welke kleur hoort bij welke zone?
Poolklimaat          Woestijn klimaat
Zeeklimaat            Tropisch klimaat
Landklimaat
Zoek in de atlas een kaart die je kan helpen met het ontcijferen!

Slide 31 - Slide

Tropisch klimaat
Woestijn klimaat
Zeeklimaat
Landklimaat
Poolklimaat

Slide 32 - Slide

De gematigde klimaten
Landklimaat - relatief warme zomers en koude winters

Zeeklimaat - relatief koele zomers en zachte winters

Slide 33 - Slide

De warme klimaten | nat
Tropisch (regenwoud) klimaat - warm en heel veel neerslag, veel soorten planten, bomen, struiken en dieren

Slide 34 - Slide

De warme klimaten | droog
Woestijnklimaat - heel droog en warm, bijna geen planten


Slide 35 - Slide

Opdracht: 
- in groepjes van 4/5 leerlingen
- 3 kwartetsets maken
Kwartet set 1 -> dieren
Kwartet set 2-> planten
Kwartet set 3-> het weer
- Aan het einde van de les: presenteren voor de klas!

Wat mag je gebruiken: 
- chromebook
- junior bosatlas
- stiften
- potloden

Slide 36 - Slide

Regels: 
- werk goed samen binnen je groepje
- praat op 'normaal' volume binnen je groepje
- werk in de klas
- houd je bezig met de opdracht, het moet vandaag af!

Slide 37 - Slide

Voorbeeld kwartetkaart
- kies 4 dieren
- maak een tekening

Slide 38 - Slide

Poolklimaat
Neghar 
Mirrin
Nolan
Aleks


Woestijnklimaat
Juul 
Kosta
Silver
Tias
Slemano 
Zeeklimaat
Mawada
Yves
Freya
Ivy-Rosa
Niek
Landklimaat
Chayenna
Aboubakr
Tijs
Roshin


Tropisch klimaat
Levon
Hafsa
Linde
Narek
Groepsindeling: 

Slide 39 - Slide

Presenteren!

Slide 40 - Slide

Les 3 
Terugblik les 2, wat hebben we gedaan? 
Lesdoelen les 3: 
- Leer je wat klimaatverandering is 
- Weet je wat oorzaken en de gevolgen van klimaatverandering op klimaatzones zijn

Slide 41 - Slide

Slide 42 - Slide

Slide 43 - Slide

Slide 44 - Slide

Slide 45 - Slide

Slide 46 - Video

Slide 47 - Slide

Hoe stoten mensen broeikasgassen uit? 
steek je vinger op

Slide 48 - Slide

Slide 49 - Slide

Slide 50 - Slide

Slide 51 - Slide

Slide 52 - Slide

Slide 53 - Slide

Slide 54 - Slide

Slide 55 - Slide

Slide 56 - Slide

Extreme weersomstandigheden-> zijn vaak intens, langdurig en verwoestend. Enkele voorbeelden: 
1. Hogere temperaturen-> hittegolven
2. Droogte->  watertekorten kan ontstaan en landbouwgrond uitdroogt.
3. Zwaardere regenval en overstromingen
Rivieren kunnen buiten hun oevers treden, steden kunnen onder water lopen en modderstromen komen vaker voor.
4. Orkanen en stormen
5. Extreem koude omstandigheden
6. Bosbranden
Hevige hitte en droogte maken bosgebieden gevoeliger voor branden, die sneller en intenser verspreiden.

Slide 57 - Slide

in klimaatzones

Slide 58 - Slide

Wat zie je? 

Slide 59 - Slide

Slide 60 - Slide

 
Ontbossing Amazone

 Waarom vindt er veel ontbossing plaats in de Amazone?

Bosbranden
 
Mijnbouw

 
Veeteelt


 
Houthandel  


 
Landbouw



veel goud in de bodem
vee voor de productie van vee en zuivel
productie van papier
verbouwen van cacao en palmolie
Menselijke oorzaken

Slide 61 - Slide

Waarom is ontbossing slecht?

Gevolgen: 
  • Verkleinen van het leefgebied van planten en dieren
  • Inheemse bevolking wordt verjaagt.
  • De aarde warmt verder op. 
  • Droogte 

Slide 62 - Slide

Gevolg klimaatverandering poolklimaat

Slide 63 - Slide

Gevolg klimaatverandering woestijnklimaat 
Stijgende temperaturen en langere droogteperiodes maken meer gebieden dor en ongeschikt voor landbouw.

Slide 64 - Slide

Gevolg klimaatverandering landklimaat en zeeklimaat 
- Het wordt warmer
- Er is vaker extreem weer

Slide 65 - Slide

Einde les 3
- je hebt geleerd over CO2 uitstoot 
- gevolgen van temperatuurstijging 
- gevolgen van klimaatverandering op klimaatzones
- ontbossing 

Slide 66 - Slide

Les 4 
Lesdoel: 
Aan het eind van de les-> 
- Presenteren de leerlingen in groepjes hun toekomstige weerverslag van een bepaalt land in een klimaatzone. Ze houden hierbij rekening met de gevolgen van klimaatverandering uit les 3  

Slide 67 - Slide

Opdracht: Maak een Weersverwachting voor het Jaar 2075 🌦️🌍

Stel je voor dat jullie meteorologen zijn in het jaar 2075. Hoe ziet het weer eruit in de toekomst? Denk aan klimaatveranderingen, technologie, en hoe mensen met het weer omgaan. Jullie gaan een creatief en informatief weerverslag maken en presenteren!

Slide 68 - Slide

Regels: 
- werk goed samen binnen je groepje
- praat op 'normaal' volume binnen je groepje
- werk in de klas
- houd je bezig met de opdracht, het moet vandaag af!

Slide 69 - Slide

Groepsindeling
Ivy-Rosa, Niek, Mawada, Nolan
Tijs, Silver, Slemano, Freya
Roshin, Aleks, Narek, Neghar

Levon, Hafsa, Linde, Juul, Kosta
Yves, Mirrin, Aboubakr, Tias, Chayenna

Slide 70 - Slide

Hoe ga je te werk: 
Stap 1) kies een land 
Stap 2) bedenk in welke klimaatzone het land zich bevind
Stap 3) bedenk hoe het weer zal zijn in het jaar 2075
Denk na over:
Temperaturen: Hoe warm of koud is het?
Neerslag: Regen, sneeuw, of misschien heel iets anders?
Extreme situaties: Komt er vaak een hittegolf, storm, of ander bijzonder weer?
Oorzaken: Wat heeft het klimaat veranderd? (bijvoorbeeld technologie of milieuvervuiling).
Stap 4) Maak jullie verslag
Jullie kunnen kiezen hoe jullie het presenteren:
• Een weerkaart met symbolen en uitleg.
• Een live nieuwsuitzending waarin jullie live het weer presenteren.
• Een poster met uitleg over het weer en de technologie van de toekomst.

stap 5) presenteer aan de klas
- Maak het duidelijk en creatief.
- Leg uit waarom jullie denken dat het weer in 2075 zo is.

Slide 71 - Slide

Extreme weersomstandigheden-> zijn vaak intens, langdurig en verwoestend. Enkele voorbeelden: 
1. Hogere temperaturen-> hittegolven
2. Droogte->  watertekorten kan ontstaan en landbouwgrond uitdroogt.
3. Zwaardere regenval en overstromingen
Rivieren kunnen buiten hun oevers treden, steden kunnen onder water lopen en modderstromen komen vaker voor.
4. Orkanen en stormen
5. Extreem koude omstandigheden
6. Bosbranden
Hevige hitte en droogte maken bosgebieden gevoeliger voor branden, die sneller en intenser verspreiden.

Slide 72 - Slide

Voorbeeld van juf 
Weerkaart met symbolen en uitleg. 

Land: Groenland
Klimaat: Poolklimaat

Slide 73 - Slide

2024 vs 2075
2075: Het wordt warmer
Temperatuur

Slide 74 - Slide

Steeds minder ijs en sneeuw
Neerslag

Slide 75 - Slide

Extreme situaties-> 

Langdurige warmte
gevolg->  zeespiegelstijging
Oorzaak: 

Door de uitstoot van C02 is de aarde meer opgewarmd en is het warmer geworden. Dit wordt mede mogelijk gemaakt door de mens: 
- vliegtuigreizen
- autorijden

Slide 76 - Slide

Tijd om te presenteren! 
Het weer is 2075 in het land ...?... = 

Slide 77 - Slide

Slide 78 - Slide

Slide 79 - Slide

Opdracht: poster
Je maakt individueel een poster van het weer en het klimaat in een zelfgekozen land. Op je poster komen tekst en plaatjes die de volgende vragen uitleggen. 

Waar ligt het land? In welke klimaatzone? En hoe is het weer er deze week?
Vergelijk het weer en het klimaat in jouw land - klopt dat bij elkaar?
Is het weer in jouw land de laatste jaren veranderd? komt dat door klimaatverandering?

Slide 80 - Slide

bronnen: 

https://npokennis.nl/longread/7689/waar-komt-ons-wisselvallige-weer-vandaan

Slide 81 - Slide