Herhalen 3.1 t/m 3.4

Herhalen 3.1 t/m 3.4 + 3.5
1 / 17
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Herhalen 3.1 t/m 3.4 + 3.5

Slide 1 - Slide

Welk klimaat heeft Nederland
A
Gematigd zeeklimaat
B
Tropisch regenwoudklimaat
C
Steppeklimaat
D
Landklimaat

Slide 2 - Quiz

Wat betekent permafrost
A
Periode in het jaar waarin de zon voor een langere periode niet ondergaat
B
Deel van de bodem dat nooit ontdooit
C
Gebied in Afrika
D
De luchtlaag rond de aarde

Slide 3 - Quiz

Wat is het verschil tussen weer en klimaat

Slide 4 - Open question

Leg uit wat kortgolvige straling is

Slide 5 - Open question

Gematigde Breedte
Lage breedte

Hoge breedte 

Slide 6 - Drag question

Waar of niet waar: Zonnestralen met een grotere invalshoek zijn sterk
A
Niet waar
B
Waar

Slide 7 - Quiz

Waar of niet waar: als het zomer is in Nederland, dan is het winter in Australië
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quiz

Wat is een poolnacht

Slide 9 - Open question

Denkbeeldige lijn die dwars door de aarde van de Noord- naar Zuidpool. De aarde draait in 24 uur om zijn as.
A
Aardgas
B
Atmosfeer
C
Aardas
D
Evenaar

Slide 10 - Quiz

Leg uit hoe stuwingsregen ontstaat?

Slide 11 - Open question

Een verzameling waterdeeltjes die uit een wolk of groep wolken valt
A
Regen
B
Neerslag
C
Hagel
D
Sneeuw

Slide 12 - Quiz

Waar of niet waar: in Nederland komt alleen frontale regen voor
A
Niet waar
B
Waar

Slide 13 - Quiz

Wat warmt er sneller op?
A
Land
B
Zee

Slide 14 - Quiz

Aanlandige wind is
A
Koel en nat in de zomer
B
Zacht en nat in de winter
C
Droog en heet in de zomer
D
Droog en (zeer) koud in de winter

Slide 15 - Quiz

Leg uit hoe het komt dat het in Amsterdam en Berlijn verschillende temperatuur ontstaat

Slide 16 - Open question

Tropische wind
Continentale wind
Polaire wind

Maritieme wind

Slide 17 - Drag question