Robotica les 3

• Dienstverlening en Producten
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 3,4

Robotica

Leerdoelen lesbrief 3

1️⃣ Je weet wat een servicerobot is.

2️⃣ Je kent de vijf onderdelen van een robot.

3️⃣ Je kent de drie soorten robots.

4️⃣ Je begrijpt hoe de fysieke structuur van een robot werkt.

5️⃣ Je kunt de belangrijkste sensoren herkennen en uitleggen.

6️⃣ Je weet wat een program flow model is.

🤖 SERVICEROBOTS 

Een robot die mensen helpt met een taak. Voorbeelden:

🏭 Industriële service: robotarmen, slijtagetesten

🏠 Huishoudelijke service: stofzuigerrobot

🔬 Wetenschap: robots die experimenten uitvoeren

Belangrijke vragen bij ontwerp:

📍 Waar ga je de robot gebruiken?

🧩 Wat moet de robot precies doen? Let op:

Robots zijn gespecialiseerd → één robot = één taak

Een robot moet:

🧭 kunnen oriënteren 🔁 reageren op de omgeving (botsing = omkeren)

🦾 ONDERDELEN VAN EEN ROBOT 

Elke robot bestaat uit 5 onderdelen:

1️⃣ 🔧 Actuator -> Maakt beweging of geluid (motor, lamp, speaker)

2️⃣ 🦿 Skelet / Drivetrain -> Het lichaam: wielen, armen, benen, onderstel

3️⃣ 👁️ Sensoren -> Zintuigen: zien, voelen, horen, meten

4️⃣ 🔋 Krachtbron -> Energie: batterij, accu, zonnecel

5️⃣ 🧠 Regelaar -> Het brein: processor + programma (stuurt alles aan)

🤖 SOORTEN ROBOTS

🚗 1. Mobiele robots -> Robots die rijden of lopen

➡️ aandrijving is belangrijk (wielen, rupsbanden, benen)

🏭 2. Immobiele robots -> Robots die op één plek staan

➡️ vooral robotarmen (met draaipunten en motoren)

🧠 3. Autonome robots -> Robots die zelf reageren op hun omgeving

➡️ gebruiken sensoren + instructies

➡️ voorbeelden: grasmaairobots, stofzuigers

⚙️ FYSIEKE STRUCTUUR – HOE EEN ROBOT IS GEBOUWD

De “bouw” van een robot (mechanisch ontwerp):

🧱 Romp → motor & batterij

🚗 Drivetrain → wielen, rupsbanden of benen

🤲 Actie-onderdelen → arm, grijper, schuiver

Bij het ontwerpen denk je aan:

🔄 Hoe stuurt hij? (links/rechts draaien)

⚙️ Hoe drijft hij aan? (assen, tandwielen, motoren)

🧭 Hoe navigeert hij? (sensoren + software)

🔧 Hoe beïnvloedt hij de omgeving? (armen, grijpers)

👁️ SENSOREN – DE ZINTUIGEN VAN JE ROBOT

Robots hebben geen zenuwen → maar draden .Sensoren meten iets → sturen info naar het brein. BELANGRIJKE SENSOR TYPES: 

👉 Tastsensor – voelt botsing

📏 Afstandssensor – meet hoe ver iets is

💡 Lichtsensor – meet licht / kleur

🧪 Gassensor – meet soorten gas

🌙 Infraroodsensor – ziet in het donker

🧭 Kompassensor – bepaalt richting

🔁 Reflectiesensor – ziet kleuren / lijnen

🔊 Ultrasone sensor – “hoort” afstand via geluid

👉 Sensoren = informatie

👉 Regelaar = denkt

👉 Actuator = doet

📊 PROGRAM FLOW MODEL 

Een robot kan niet zelf nadenken → jij moet alle stappen bedenken.

Program flow = stroomdiagram

Geeft overzicht van:

 wat de robot doet

wanneer hij iets doet

 hoe hij reageert op sensoren

Voorbeeld:

Start- Lees sensor- Botsing?- Ja → draai weg- Nee → rij verder

Dit model helpt om fouten te voorkomen in je code.

Opdrachten KV Lesbrief 3

Taak	Zelfstandig - samenwerken klassikaal - expert Robotica	Zelfstandig - samenwerken - klassikaal - expert Milieu Hergebruik en Duurzaamheid
Taak 1	2-3-4	2,3,4
Taak 2	2-4-5-6	2,3,4,5,6,7
Taak 3	2-3-4-5-6
Taak 4	2-3-4-5-6-8