GHZ Week 2 introductie

• Verpleging en verzorging
• MBO
• Studiejaar 2

Zou jij willen werken/stage lopen in de VGZ?

1. Ja
2. Nee

Welk IQ past bij de term 'zwakbegaafd'?

1. 55-70
2. 75-95
3. 35-55
4. 70-90

Welke eigenschappen heb je nodig als je werkt in de VGZ?

Wat zijn uiterlijke kenmerken van het syndroom van down?

1. Veel haar
2. Ondergewicht
3. Lange vingers en tenen
4. Een grote tong

Diep/ zeer ernstig verstandelijk beperkt (IQ tot 20)

• Slechts 1%
  
• Maximale bereikbare verstandelijke leeftijd 2 jaar
  
• Nauwelijks contact
  
• Agressie komt vrij vaak voor ⇨ automutilatie
  
• Lichamelijk zeer kwetsbaar
• Continue afhankelijk van verzorging
  

Ernstige verstandelijk beperkt (IQ 20-34) 

• 7%
• Maximale bereikbare verstandelijke leeftijd 4 jr
• Spraak is soms mogelijk
• Zwakke motorische ontwikkeling
• Tijdsbesef is heel slecht
• Behoefte aan constant supervisie

Matig verstandelijk beperkt (IQ 35-49) 

• 18 %
  
• Maximaal te bereiken verstandelijke leeftijd is 7 jr
  
• Leren praten en communiceren is mogelijk
  
• Zelfverzorging onder toezicht
  
• Eenvoudig werk onder toezicht is soms mogelijk
  
• Betere motorische ontwikkeling

Licht verstandelijk beperkt (IQ 50-69)

• 70 %
  
• 6 tot 12 jaar
  
• De ontdekking laat (moeilijk herkenbaar)
  
• Tekortkomingen in het abstract denken en het leggen van verbanden.
  
• Makkelijk beïnvloedbaar
  
• Vaak mogelijk om later een beroep uit te oefenen
  

Welke niveaus van ontwikkeling in VGZ zijn er ?

1. Diep, Ernstig, Matig, Licht
2. Laag, Ernstig, Matig, Licht
3. Geen
4. Diep, Ernstig, Matig, hoog

Opdracht

• Bedenk in tweetallen een casus m.b.t. de VGZ
• In de casus  moeten minimaal 4 CanMEDS-rollen worden ingezet
• Beschrijf de casus en markeer in de casus de ingezette CanMEDS-rollen
• Lever de opdracht in via Teams 

Opdracht 2

Beschrijf jouw visie op de GHZ en gebruik daarin onderstaande termen. Beschrijf jouw voorkeur voor één van beide termen. 

Ziek of afwijkend?

Isoleren of integreren?

Accepteren of normaliseren?

Behandelen of verzorgen?

Begeleiden of verplegen?

Opvoeden of ontwikkelen?