What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Les 4: begrijpend lezen toetsweek - verwijswoorden
Les 4: verwijswoorden
1 / 27
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
This lesson contains
27 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
30 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Les 4: verwijswoorden
Slide 1 - Slide
Verwijswoorden
* Maken een tekst minder saai of ingewikkeld door minder herhalingen.
* Een verwijswoord kan naar
een woord, een woordgroep of een zin
verwijzen.
*
Citeer
het antwoord precies. (aanhalingstekens + regel)
Slide 2 - Slide
Aan de slag
Geef bij de volgende verwijswoorden het antecedent.
Denk aan het
citeren
van de antwoorden!
Slide 3 - Slide
1. Ze hebben me bij het huis van mijn oom afgezet. DAT had ik al eens eerder gezien.
DAT verwijst naar:
Slide 4 - Open question
2. Voor dat nieuwe gebouw achter ons huis ligt een gracht. HET ligt dus aan het water.
HET verwijst naar:
Slide 5 - Open question
3. Gerard en ik hebben dat als eerste gedaan. Ik weet niet of dat ONZE plicht was.
ONZE verwijst naar:
Slide 6 - Open question
4. Had ons dat maar eerder verteld! WIJ wisten er niets vanaf!
WIJ verwijst naar:
Slide 7 - Open question
5. Het lezen van dat moeilijke boek kostte hem veel moeite. Hij is DAARBIJ dan ook in slaap gevallen.
DAARBIJ verwijst naar:
Slide 8 - Open question
6. HET is ons opgevallen, dat zij vaak te laat komt.
HET verwijst naar:
Slide 9 - Open question
7. Gelukkig kunnen we nog even oefenen met deze verwijswoorden, want dan maken we DAARBIJ vast minder fouten.
DAARBIJ verwijst naar:
Slide 10 - Open question
8. Eigenlijk zijn verwijzingen helemaal niet moeilijk, want je kunt ZE met een vraagwoord vaak zo vinden.
ZE verwijst naar:
Slide 11 - Open question
9. De leerlingen hebben verwijswoorden en antecedenten zo onder de knie, omdat ze HIERMEE veel oefenen.
Slide 12 - Open question
10. Mocht deze oefening nog problemen opleveren, dan kun je me via TeleTOP een vraag EROVER stellen.
EROVER verwijst naar:
Slide 13 - Open question
Nu even bij teksten oefenen
Slide 14 - Slide
Zie vragen op volgende 3 slides
Slide 15 - Slide
Waar verwijst het woord HET naar?
A
Ravelijn
B
verhuizen
C
stad
D
griezelig bos
Slide 16 - Quiz
Naar wie verwijst het woord HIJ?
A
Joost
B
Zijn jongste broertje Joost
C
Thomas
D
Joost mag het weten
Slide 17 - Quiz
Waar verwijst het woord ER naar?
A
griezelig bos
B
middeleeuwse poort
C
een middeleeuwse poort
D
Joost
Slide 18 - Quiz
Zie vragen op de volgende 2 slides
Slide 19 - Slide
Waar verwijst het woord het naar?
A
snot
B
Het boek Lekker vies
C
het
D
dit boek
Slide 20 - Quiz
Waar verwijzen de woorden DIE INFORMATIE naar?
A
Ga je... mag hebben
B
tips om zelf vies te doen
C
héél veel.... mag hebben).
D
in China maken ze ruzie om een drol
Slide 21 - Quiz
Zie de vragen op de volgende 4 slides
Slide 22 - Slide
Waar verwijst het woord DAARIN naar?
A
een klein huisje
B
het bejaardentehuis
C
de tuin
D
het boek Oma ontsnapt
Slide 23 - Quiz
Waar verwijst het woord DIE naar?
A
geit
B
hun geit
C
oma Babs
D
'hun geit' r.4
Slide 24 - Quiz
Waar verwijst het woord DAAR naar?
A
in de trein
B
het tehuis
C
naar het tehuis
D
Tibbels huis
Slide 25 - Quiz
Naar wie verwijst het woord ZE?
A
oma en Tibbel
B
oma
C
Tibbel
D
allerlei aardige mensen
Slide 26 - Quiz
Einde les verwijswoorden
Lees lekker verder in je leesboek.
Slide 27 - Slide
More lessons like this
wk 51: les 2+3
December 2020
- Lesson with
31 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Begrijpend lezen H1- les 4
January 2024
- Lesson with
21 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
7.3 Verwijswoorden
April 2024
- Lesson with
10 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
wk 51: les 3
December 2020
- Lesson with
16 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
Verwijswoorden
November 2024
- Lesson with
10 slides
Nederlands
Middelbare school
mavo
Leerjaar 3
h5 Formuleren 5 Verwijzen
November 2023
- Lesson with
23 slides
Les 9: leesvaardigheid V1d
December 2020
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1
2022 3H grammatica H3 verwijzen
March 2024
- Lesson with
17 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3