Getallen 1

1 / 44
next
Slide 1: Slide
RekenenMBOStudiejaar 1

This lesson contains 44 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

545 ... 676

Slide 6 - Open question

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

5,60 ... 5,06

Slide 10 - Open question

3,141 ... 3,09999

Slide 11 - Open question

4,1 ... 4,1000

Slide 12 - Open question

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

-4 ... -2

Slide 18 - Open question

-54,5 ... -54

Slide 19 - Open question

Sleep het goede antwoord naar de som
21
16
81
35
3x7=
4x4=
9x9=
7x5=

Slide 20 - Drag question

Vermenigvuldigen
Bij een vermenigvuldiging mag je de volgorde van de getallen verwisselen.

Je kunt op verschillende manieren vermenigvuldigen

1. Uit het hoofd
2. Kolomsgewijs 
3. Traditioneel.

Slide 21 - Slide

Verwisselen
Bij een vermenigvuldiging mag je de volgorde van de getallen verwisselen.
4 × 5 = 5 × 4

Slide 22 - Slide

2 manieren

Slide 23 - Slide

Ik doe de som eerst voor
4 x 15 = 60
want 4 x 10 = 40 en 4 x 5 = 20
40 + 20 = 60
Hoeveel is dan 4 x 150 = ?
Ik weet dat 4 x 15 = 60
150 = 10 x 15, dus moet het antwoord ook keer 10 (60 x 10)
Het antwoord is 600

Slide 24 - Slide

7 x 8 =
A
56
B
65
C
76
D
67

Slide 25 - Quiz

13 x 9 =
A
107
B
117
C
121
D
127

Slide 26 - Quiz

24 x 35 =
A
780
B
820
C
800
D
840

Slide 27 - Quiz

Delen
Bij delen mag je de volgorde van de getallen niet verwisselen.

Je kunt op verschillende manieren delen:

1. U
it het hoofd
2. Kolomsgewijs delen (herhaald aftrekken) 
3. Staartdelen.

Slide 28 - Slide

Delen
Bij delen mag je de volgorde van de getallen niet verwisselen.

Je kunt op verschillende manieren delen:

1. U
it het hoofd
2. Kolomsgewijs delen (herhaald aftrekken) 
3. Staartdelen.

Slide 29 - Slide

Verwisselen
Bij delen mag je de volgorde van de getallen niet verwisselen.

12 : 3 is niet gelijk aan 3 : 12.

Slide 30 - Slide

Staartdelen

Slide 31 - Slide

Kolomsgewijs delen

Slide 32 - Slide

42 : 6 =
A
6
B
7
C
8
D
9

Slide 33 - Quiz

96 : 8 =
A
10
B
11
C
12
D
13

Slide 34 - Quiz

385 : 7 =
A
45
B
50
C
55
D
60

Slide 35 - Quiz

Decimale getallen vermenigvuldigen
1. Maak de schatting
2. Reken het uit zonder komma
3. Plaats de komma terug in de buurt van de schatting

Slide 36 - Slide

Decimale getallen vermenigvuldigen
1. Maak de schatting
2. Reken het uit zonder komma
3. Plaats de komma terug in de buurt van de schatting

4,4 x 1,8 =

Slide 37 - Slide

Decimale getallen vermenigvuldigen
1. Maak de schatting
2. Reken het uit zonder komma
3. Plaats de komma terug in de buurt van de schatting

4,4 x 1,8 =                            Schatting: 4 x 2 = 8

Slide 38 - Slide

Decimale getallen vermenigvuldigen
1. Maak de schatting
2. Reken het uit zonder komma
3. Plaats de komma terug in de buurt van de schatting

4,4 x 1,8 =                            Schatting: 4 x 2 = 8
44 x 18 = 792

Slide 39 - Slide

Decimale getallen vermenigvuldigen
1. Maak de schatting
2. Reken het uit zonder komma
3. Plaats de komma terug in de buurt van de schatting

4,4 x 1,8 = 7,92                       Schatting: 4 x 2 = 8
44 x 18 = 7,92

Slide 40 - Slide

Wat is de schatting van:
2,135 x 12,9321
A
20
B
26
C
34
D
36

Slide 41 - Quiz

0,8 x 6,4 =
A
5,12
B
6,12
C
5,38
D
5,48

Slide 42 - Quiz

0,6 x 1,2 =
A
0,55
B
0,72
C
1,12
D
1,35

Slide 43 - Quiz

7,8 x 4,3 =
A
33,54
B
3276
C
32,76
D
3354

Slide 44 - Quiz