BLOK 1 GRAMMATICA KV

• Leren-leren
• Middelbare school
• vmbo k, g, t
• Leerjaar 1

BLOK 1 grammatica 

blz. 21 - 26 

(grammatica herken je aan de rode balk bovenaan de bladzijde van je boek. )

doel van deze les:

Aan het einde van de les kun je:

- uitleggen wat een werkwoord is

- kun je alle werkwoorden in een zin vinden

-kun je goede zinnen schrijven waarin je de werkwoorden op de goede manier gebruikt.

grammatica

zinsontleding

woordsoortbenoeming

zinsontleding

je knipt de zin in stukjes. Die stukjes noem je zinsdelen.

Mijn broer / gaat / iedere dag / van half zeven tot negen uur / voetballen.

woordsoortbenoeming

je leert welke soorten woorden er zijn.

Denk aan werkwoorden / zelfstandige naamwoorden / lidwoorden etc. 

Hoe herken je een werkwoord in een zin?

Je krijgt dadelijk een aantal woorden. Jij moet aangeven of het een werkwoord is of niet. 

huiswerk

is een werkwoord

1. waar
2. niet waar

wandelt

is een werkwoord

1. waar
2. niet waar

handvaardigheid

is een werkwoord

1. waar
2. niet waar

overhoren

is een werkwoord

1. waar
2. niet waar

zwemmen

is een werkwoord

1. waar
2. niet waar

kennismakingsspelletje

is een werkwoord

1. waar
2. niet waar

hebben

is een werkwoord

1. waar
2. niet waar

sommige

is een werkwoord

1. waar
2. niet waar

binnenkort

is een werkwoord

1. waar
2. niet waar

speelt

is een werkwoord

1. waar
2. niet waar

gefietst

is een werkwoord

1. waar
2. niet waar

https:

nakijken opdr 10 t/m 14 

in je schrift

Maak een goede zin met het werkwoord kopen. (koop / koopt / kopen)

learningapps.org

learningapps.org

learningapps.org

learningapps.org

Huiswerk voor vrijdag 2e uur

M opdr. 17, 18 en 19 blz 24 en 25

Hoe kom ik bij de methode Online?

www. antoonschellenscollege.nl --> 

Magister (inloggen) --> 

leermiddelen --> 

Op niveau totaallicentie 1 KGT--> 

Let op: je moet jezelf ook in de klas zetten, daarvoor krijg je een code van de docent.

Lukt het niet? stuur me een bericht via Teams! 

(tot 15.00 uur bereikbaar) 

Mijn mening:

Dadelijk ga je zelfstandig aan het werk.

Maar eerst even de volgende twee vragen: 

Ik kan werkwoorden in een zin vinden.

1. ja
2. met hulp
3. soms
4. snap er niks van

Deze vragen heb ik nog voor de docent :

maken: 

in je schrift

                                        

Opdracht 17, 18, 20 en 21, blz 24 t/m 26