De verzuiling van België verwijst naar de periode in de Belgische geschiedenis waarin de maatschappij verdeeld was in verschillende zuilen op basis van religie, politieke overtuiging en sociale klasse. Deze verzuiling had een grote invloed op de politiek, de media, het onderwijs en het sociale leven in België gedurende de 19e en 20e eeuw.
De verzuiling begon in de 19e eeuw, toen België een onafhankelijke staat werd. De katholieke kerk en de liberale beweging waren de twee belangrijkste politieke en maatschappelijke krachten in het land. Deze twee groepen vormden de basis voor de verzuiling, waarbij ze hun eigen politieke partijen, vakbonden, scholen, ziekenhuizen en media oprichtten. Hierdoor ontstonden er gescheiden sociale en politieke structuren voor katholieken en liberalen.
De verzuiling werd versterkt door de komst van nieuwe politieke stromingen, zoals de socialisten en later de communisten. Ook zij richtten hun eigen organisaties op, waardoor de maatschappij verder verdeeld raakte. Deze verdeling had invloed op alle aspecten van het leven in België, van de manier waarop mensen stemden bij verkiezingen tot de scholen waar hun kinderen naartoe gingen.
De verzuiling had zowel positieve als negatieve gevolgen. Aan de ene kant zorgde het ervoor dat mensen zich verbonden voelden met hun eigen gemeenschap en dat ze steun konden vinden binnen hun eigen zuil. Aan de andere kant zorgde het ook voor verdeeldheid en polarisatie binnen de samenleving, wat soms tot conflicten leidde.
Na de Tweede Wereldoorlog begon de verzuiling langzaam af te brokkelen. Er ontstond een groeiende roep om meer eenheid en samenwerking tussen de verschillende zuilen. Dit leidde tot de ontzuiling, waarbij de scheidslijnen tussen de verschillende groepen in de maatschappij begonnen te vervagen.
Tegenwoordig is de verzuiling in België grotendeels verdwenen, maar de erfenis ervan is nog steeds zichtbaar in de politiek, het onderwijs en de maatschappij als geheel. Het heeft een blijvende invloed gehad op de manier waarop Belgen zichzelf zien en op de politieke en sociale structuren van het land.