Unit 3 oefentoetsje

Lesson 3 
Vocab, stones and grammar
1 / 25
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Lesson 3 
Vocab, stones and grammar

Slide 1 - Slide

Ik heb al geleerd voor de toets van Unit 3.
A
yes
B
mwa
C
kinda
D
nope

Slide 2 - Quiz

You can't be lazy during exam week:
translate: lazy

Slide 3 - Open question

I used a ruler to draw a straight line
translate: ruler

Slide 4 - Open question

vertaal:
Heb je ooit soortgelijke klachten gehad?

Slide 5 - Open question

om aan te geven dat iemand anders vindt dat iets moet.
advies of een suggestie geven. 
verplichtend!

should

must

have to

Slide 6 - Drag question

translate:
Ik denk dat je een buikvirus hebt.

Slide 7 - Open question

translate:
Ik zal een bloedtest doen om het zeker te weten.

Slide 8 - Open question

grammar
to be going to gebruik je om
A
Een voorspelling te doen waar je bewijs voor hebt
B
Een voorspelling doen zonder bewijs
C
te praten over een afspraak die al vaststaat
D
een voorstel te doen

Slide 9 - Quiz

Grammar

Look at those clouds! It ........! (to rain)
A
will rain
B
shall rain
C
is not going to rain
D
is going to rain

Slide 10 - Quiz

Please can't you make an exception this time?
vertaal: exception

Slide 11 - Open question

Ik word heel vaak gestoken door muggen.

Slide 12 - Open question

The professor was giving a lecture on World War II
Vertaal: lecture

Slide 13 - Open question

I've had insufficient time to study for my test
Translate: insufficient
A
voldoende
B
onvoldoende
C
ruim genoeg
D
net te weinig

Slide 14 - Quiz

Sitting in the grass gave me a rash on my legs.
translate: rash
A
pleister
B
rat
C
uitslag
D
blauwe plek

Slide 15 - Quiz

Translate: Je kunt insectenspray op je blote huid gebruiken.

Slide 16 - Open question

A monk dedicates his life to his religion.
A
monster
B
Non
C
Priester
D
Monnik

Slide 17 - Quiz

Translate: Ik vind het belangrijk om anderen te accepteren zoals ze zijn.

Slide 18 - Open question

Waar vraag je naar?
plaatsen
dingen
personen
tijd
reden
keuze
manier
what
who
where
when
why
which
how

Slide 19 - Drag question

Translate: Ik drink bijna nooit meer dan twee glazen water per dag.

Slide 20 - Open question

More and more shops sell products without any packaging. Translate: packaging
A
Verpakking
B
dozen
C
pakbon
D
retourbon

Slide 21 - Quiz

The minimum wage is different in every country
A
wagen
B
gewicht
C
gewoontes
D
loon

Slide 22 - Quiz

Translate: to worship

Slide 23 - Open question

Translate: exchange

Slide 24 - Open question

we've got this down!
😒🙁😐🙂😃

Slide 25 - Poll