Keuzedeel wandtegels lijmen

Keuzedeel wandtegels lijmen
1 / 22
next
Slide 1: Slide
MetselenMBOStudiejaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Keuzedeel wandtegels lijmen

Slide 1 - Slide

Wandtegels zetten.
Deze quizvragen zijn ontwikkeld om je voor te bereiden op het examen van Wandtegels zetten.
Soortgelijke vragen kan je ook op je examen verwachten.

Slide 2 - Slide

Waarom is het noodzakelijk dat vloertegels harder zijn dan wandtegels?
A
Omdat vloertegels een vochtige ondergrond hebben.
B
Omdat vloeren een groter oppervlak hebben.
C
Omdat vloertegels zwaarder belast worden.
D
Omdat vloeren soms afschot hebben.

Slide 3 - Quiz

Je gaat grote tegels aanbrengen op een zuigende wand. Welke soort lijm kies je en waarom?
A
Poederlijm, omdat je deze niet hoeft te mixen.
B
Pastalijm, omdat je deze niet hoeft te mixen met water.
C
Poederlijm, om een goede hechting te krijgen.
D
Pastalijm, om een goede hechting te krijgen.

Slide 4 - Quiz

Hoe zie je of er tijdens de opslag vocht bij de poederlijm is gekomen?
A
Dan zitten er harde stukken in de poeder.
B
Dan is de poederlijm vloeibaar.
C
Dan is de poederlijm verkleurd.
D
Dan zitten er donkere plekken in de poeder.

Slide 5 - Quiz

Je lijmt 5 m² vloertegels per uur. Je gebruikt 4 kg/m². De verwerkingstijd is 60 minuten.
Hoeveel kg lijm maak je per keer aan?
A
22,5 kg.
B
20 kg.
C
10 kg.
D
15 kg.

Slide 6 - Quiz

Wat is het voordeel van kant en klare pastalijm ten opzichte van poederlijm?
A
Het is heel geschikt voor vloeren.
B
Het heeft een langere open tijd.
C
Je hebt geen stof omdat je het niet hoeft te mengen.
D
Het is minder zwaar om te tillen naar de werkplek.

Slide 7 - Quiz

Waarom moet je als tegelzetter altijd het advies van de lijmfabrikant opvolgen?
A
In verband met de garantie en aansprakelijkheid.
B
Als tegelzetter ben je dan nooit aansprakelijk voor eventuele schade.
C
De lijmfabrikant is dan niet aansprakelijk voor eventuele schade.
D
Als tegelzetter hoef je niet te weten hoe je de lijm moet verwerken.

Slide 8 - Quiz

Waarom is het belangrijk dat je voorstrijkmiddel gebruikt?
A
Het voorkomt dat de tegels bevriezen bij kou in de wand.
B
Het zorgt ervoor dat de lijm sneller droogt.
C
Het voorkomt dat de tegels uitdrogen.
D
Het zorgt voor een goede hechting van de lijm.

Slide 9 - Quiz

Wat doe je als de ondergrond niet vlak genoeg is om een tegelvloer over te lijmen?
A
Vloer uithakken en opnieuw leggen.
B
Ondergrond schuren.
C
Egaline aanbrengen.
D
Vloertegels in een dunne laag specie leggen.

Slide 10 - Quiz

Je behandelt een ondergrond van stucwerk met een universele primer. Hoe lang moet dit voorstrijkmiddel drogen?
A
Maximaal een half uur.
B
Ongeveer 1 uur.
C
Twee tot vier uur.
D
Niet, je moet er meteen de lijm op aanbrengen.

Slide 11 - Quiz

Je brengt wandtegels met tegellijm aan op een betonnen wand. Eerste meet je de vochtigheid met een vochtmeter.
Hoe vochtig moet de wand zijn om goed te kunnen tegelen?
A
Minder dan 2% vocht.
B
Tussen 10 en 15% vocht.
C
Tussen de 5 en 10% vocht.
D
Tussen de 2 en 5% vocht.

Slide 12 - Quiz

Bij de controle van de ondergrond blijkt de wand op sommige plekken oneffenheden te hebben.

Waarom is het belangrijk dat je dit meldt aan je leidinggevende?
A
Omdat je leidinggevende de oneffenheden moet wegwerken voordat jij mag gaan tegelen.
B
Omdat je leidinggevende contact heeft met de klant.
C
Omdat je leidinggevende het na moet meten.
D
Omdat je leidinggevende bepaalt of jij de ondergrond mag herstellen of dat er een andere oplossing moet komen.

Slide 13 - Quiz

Waarom is het belangrijk dat de ondergrond voor tegelwerk droog en uitgehard is?
A
Omdat een vochtige ondergrond uitzet.
B
Omdat bij een vochtige ondergrond de voeg kan verkleuren.
C
Omdat tegels vocht afgeven aan de ondergrond.
D
Omdat een vochtige ondergrond vocht onttrekt aan de tegels.

Slide 14 - Quiz

In een wand waarop wandtegels worden gelijmd, zitten hele kleine gaatjes.
Waarmee worden deze kleine oneffenheden weggewerkt?
A
Reparatiemortel.
B
Tegellijm.
C
Stucmortel.
D
Egalisatiemortel.

Slide 15 - Quiz

Je maakt zelf een complexe tegelverdeling voor een badkamer zonder te overleggen met je leidinggevende of de opdrachtgever.
Wat gebeurt er als de tegelverdeling niet volgens de opdracht is
A
Het tegelwerk moet opnieuw uitgevoerd worden als de opdrachtgever dat wil.
B
Niks, de opdrachtgever moet gewoon betalen.
C
De opdrachtgever kan geen garantie krijgen.
D
De opdracht wordt aangepast zodat die klopt met het uitgevoerde werk.

Slide 16 - Quiz

Wanneer maak je dilatatievoegen?
A
Bij dikke wanden en grote tegelvlakken.
B
Bij hoeken en lange wanden.
C
Bij grote tegelvlakken en dilatatievoegen in de ondergrond.
D
Bij kleine wanden en boven een raam.

Slide 17 - Quiz

Wat is open tijd?
A
De tijd die de lijm nodig heeft om te rijpen tussen twee keer mengen.
B
De tijd tussen het aanmaken van de lijm en het aanbrengen van de tegel.
C
De tijd tussen het aanbrengen van de lijm en het aanbrengen van de tegel.
D
De tijd waarin de lijm verhardt, na het aanbrengen van de tegel.

Slide 18 - Quiz

Aan welke eisen moet de ruimte waarin de tegelzetter werkt, voldoen om veilig en gezond te kunnen werken?
A
De ruimte moet droog, vrij van obstakels en verwarmd zijn.
B
De ruimte moet droog, schoon, tochtdicht en verwarmd zijn.
C
De ruimte moet goed verwarmd, vrij van obstakels, verwarmd en tochtvrij zijn.
D
De ruimte moet droog, waterdicht, vorstvrij, geventileerd en tochtvrij zijn.

Slide 19 - Quiz

Je hebt buiten tegelwerk aangebracht en afgevoegd. Aan het eind van de dag begint het te regenen.
Welke maatregelen neem je om het tegelwerk te beschermen?
A
Je zet een vochtvreter neer.
B
Je dekt het tegelwerk af met plastic.
C
Je brengt een coating aan.
D
Je maakt het tegelwerk vochtig.

Slide 20 - Quiz

Vind je deze quiz leerzaam?

Slide 21 - Open question

Vind je dat er voor elke module die je moet maken een quiz gemaakt moet worden met uitleg?

Slide 22 - Open question