This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 30 min
Introduction
Iedereen heeft vooroordelen. Dat is normaal. Maar waar komen vooroordelen eigenlijk vandaan? Hoe ga je er mee om? Aan de hand van een geanimeerde video krijgen leerlingen en/of studenten uitleg hierover en leren leerlingen en/of studenten die vragen te beantwoorden.
Ook zijn er twee extra video's van jongeren die met elkaar praten over wat vooroordelen met je doen en hoe je ermee om gaat.
Instructions
Tip: Bekijk van tevoren eerst zelf de video en bepaal of het nodig is om de video tijdens de les te pauzeren en toe te lichten.
Als opwarmer zou je met de leerling de afbeelding kunnen analyseren. Wat zou de afbeelding met vooroordelen te maken kunnen hebben?
Bij de nabespreking kun je stilstaan bij de volgende kernwoorden: hokjes denken, snelle oordeel, in- en out groep, wij/zij denken, indelen in groepen, etc.
Wat weet je over vooroordelen?
Slide 2 - Mind map
Deze interactieve opdracht laat leerlingen individueel nadenken over wat ze al weten over vooroordelen. Op deze manier wordt de voorkennis geactiveerd.
Bespreek kort de woorden. Vraag de leerlingen om woorden uit te leggen en kort toe te lichten.
Heeft iedereen vooroordelen?
Ja
Nee
Slide 3 - Poll
Vraag een aantal leerlingen om hun antwoord toe te lichten.
Let op! Er is geen goed of fout.
Wie is de crimineel?
Slide 4 - Slide
This item has no instructions
Wie is de crimineel?
Burgemeester
van Haarlem
1 van de rijksten
van de wereld
Directeur
MyTalent
Crimineel
Slide 5 - Slide
This item has no instructions
Vooroordelen
Wanneer je een mening of idee over iemand hebt, zonder te weten of het eigenlijk klopt.
Dit gebeurt zowel bewust als onbewust.
Je hebt het dus soms niet eens door als je het doet!
Slide 6 - Slide
This item has no instructions
Slide 7 - Video
This item has no instructions
Wat gebeurde er in de video?
Wat vind je hiervan?
Slide 8 - Slide
Deze slide bevat de introductie van het thema.
Als opwarmer zou je met de leerling de afbeelding kunnen analyseren. Wat zou de afbeelding met vooroordelen te maken kunnen hebben?
Bij de nabespreking kun je stilstaan bij de volgende kernwoorden: hokjes denken, snelle oordeel, in- en out groep, wij/zij denken, indelen in groepen, etc.
En jij?
1A: Heeft iemand wel eens een vooroordeel over jou gehad?
1B: Hoe voelde dat?
of
2A: Heb jij zelf wel eens een vooroordeel gehad over iets of iemand?
2B: Hoe kwam je erachter dat dit vooroordeel niet/wel klopte?
Slide 9 - Slide
This item has no instructions
Vooroordelen voorkomen
Wat kun je doen om vooroordelen te voorkomen?
Slide 10 - Slide
This item has no instructions
Wat is een stereotype?
Slide 11 - Slide
Deze slide bevat een korte lesbeschrijving voor de leerling.
Als opwarmer zou je met de leerling de afbeelding kunnen analyseren. Wat zou de afbeelding met vooroordelen te maken kunnen hebben?
Bij de nabespreking kun je stilstaan bij de volgende kernwoorden: hokjes denken, snelle oordeel, in- en out groep, wij/zij denken, indelen in groepen, etc.
Wat is een stereotype?
accountants
stoere gasten
social media meisjes (influencers)
Slide 12 - Slide
Deze slide bevat een korte lesbeschrijving voor de leerling.
Als opwarmer zou je met de leerling de afbeelding kunnen analyseren. Wat zou de afbeelding met vooroordelen te maken kunnen hebben?
Bij de nabespreking kun je stilstaan bij de volgende kernwoorden: hokjes denken, snelle oordeel, in- en out groep, wij/zij denken, indelen in groepen, etc.
Wat is een stereotype?
Een stereotype is een overdreven beeld van een groep mensen. Dat beeld komt vaak niet (helemaal) overeen met de werkelijkheid.
Het is vaak een vooroordeel of negatief denkbeeld. Als mensen dit beeld voor waar aannemen, is er kans op discriminatie.
Slide 13 - Slide
Deze slide bevat een korte lesbeschrijving voor de leerling.
Als opwarmer zou je met de leerling de afbeelding kunnen analyseren. Wat zou de afbeelding met vooroordelen te maken kunnen hebben?
Bij de nabespreking kun je stilstaan bij de volgende kernwoorden: hokjes denken, snelle oordeel, in- en out groep, wij/zij denken, indelen in groepen, etc.
Een stereotype is bijvoorbeeld:
Mannen kunnen beter autorijden dan vrouwen.
Gothics zijn allemaal eenzaam en depressief, daarom hebben ze altijd zwarte kleren aan.
Vrouwen die meer dan 20 uur per week werken, zijn geen goede moeders.
Deze slide bevat een korte lesbeschrijving voor de leerling.
Als opwarmer zou je met de leerling de afbeelding kunnen analyseren. Wat zou de afbeelding met vooroordelen te maken kunnen hebben?
Bij de nabespreking kun je stilstaan bij de volgende kernwoorden: hokjes denken, snelle oordeel, in- en out groep, wij/zij denken, indelen in groepen, etc.