3Hd Present perfect vs present perfect continuous

Planning:
  • Explain present perfect vs present perfect continuous
  • Practice: par. 1.2 
1 / 26
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Planning:
  • Explain present perfect vs present perfect continuous
  • Practice: par. 1.2 

Slide 1 - Slide

Present perfect vs Present perfect continuous 
Goals:
  1. You are able to create the present perfect and present perfect continuous
  2. You are able to recognise the difference between these tenses and how to use them. 

Slide 2 - Slide

Present Perfect: Vorm
Have/has + voltooid deelwoord
Voltooid deelwoord?
Optie A: Regelmatige werkwoorden --> ww + -ed
Optie B: Onregelmatige werkwoorden --> 3e rijtje 

Slide 3 - Slide

Present Perfect: Gebruik
  1. om te zeggen dat iets in het verleden is begonnen en nog voorduren.
    Lee has lived in New York since the summer of 2006.
  2. om te zeggen dat iets in het verleden is gebeurd en dat je daar nu het resultaat van merkt.
    Dad is happy, because he has found a new job.
  3. te praten over ervaringen (in iemands leven) tot nu toe.
    I have never been on a sailboat in my life. 
  4. Voor dingen die in het verleden zijn gebeurd maar het is niet duidelijk of belangrijk wanneer precies.
    I've lost my keys
  5. of voor dingen die zojuist of kortgeleden zijn gebeurd
    Our teacher has just left the room.

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Signaalwoorden  -FYNE JAS!
F = for - ( nu) al 
Y = yet - al (vraagzinnen)
N = never (nog) nooit
E = ever - ooit
J = just - net 
A = already - al: always - altijd
S = since sinds; so far - tot dus ver 

Slide 6 - Slide

Wanneer gebruiken we de present perfect?
A
nu-toekomst
B
vroeger-nu
C
nu
D
toekomst

Slide 7 - Quiz

Hoe maak je de present perfect?
A
ww + - ed
B
het derde rijtje van de irregular verbs
C
ww + s bij he/she/it
D
has / have + voltooid deelwoord

Slide 8 - Quiz

Welke zin staat in de Present Perfect?
A
My cat finally caught the mouse.
B
His cat hasn't caught a mouse since last year.
C
My dog never catches anything.
D
Did you get caught?

Slide 9 - Quiz

Make the Present Perfect:
I / be / to the library today

Slide 10 - Open question

Present Perfect Continuous: vorm
have/has been + ww + -ing
Example:
Our cat has been getting into all kinds of trouble.
We have been working on this melody for hours. 

Slide 11 - Slide

Present Perfect Continuous: vorm
Positive
Negative
Questions
I have been waiting
I haven't been waiting
Have I been waiting?
She has been waiting
He hasn't been waiting
Has it been waiting?
You have been waiting
You haven't been waiting
Have you been waiting?
We have been waiting
We haven't been waiting
Have we been waiting?
They have been waiting
They haven't been waiting
Have they been waiting?

Slide 12 - Slide

Present Perfect Continuous: gebruik
  1. alléén voor dingen die een poosje hebben geduurd, meerdere keren zijn voorgekomen of een gewoonte zijn.
  2. als je iets (te) lang vindt duren.
    I've been waiting for ages now!
  3. als je aan wilt geven dat iets in het heden het gevolg is van iets wat in het verleden een tijd heeft geduurd.
    We've been playing tennis so we're a bit thirsty. 

Slide 13 - Slide

Signaalwoorden:
  1. te lang duren
    lately, for hours, all day, for ages, for a long time, etc.
  2. gevolg van iets
    because, so.

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

I'm really tired. I .................. too hard these past few weeks.
A
have worked
B
worked
C
have been working
D
am working

Slide 16 - Quiz

The teacher is annoyed because we...............
A
have been paying attention
B
haven't been paying attention
C
didn't pay attention
D
are paying attention

Slide 17 - Quiz

It smells lovely here, .....................
A
Haven't you been baking cookies?
B
Did you bake cookies?
C
Do you bake cookies?
D
Have you been baking cookies?

Slide 18 - Quiz

The teacher is in a foul mood, she ............. at us all through the lesson
A
has yelled
B
yells
C
yelled
D
has been yelling

Slide 19 - Quiz

Why are your brothers so filthy?
A
They have played in the mud all day
B
They have been playing in the mud all day
C
They play in the mud all day
D
They had been playing in the mud all day.

Slide 20 - Quiz

Let's have a look at the differences
Present Perfect vs Present Perfect Continuous

Slide 21 - Slide

Present Perfect
Present Perfect Continuous
Iets gebeurd in het verleden, je weet niet wanneer of hoe vaak, je weet alleen dat het ooit is gebeurd. Het resultaat is nog merkbaar
Alleen met FOR/SINCE
Iets is in het verleden begonnen en loopt door tot nu: het is nog bezig, of pas kort geleden afgelopen
ALTIJD:
iets is in het verleden begonnen en loopt door tot nu: het is nog bezig of heel kort geleden afgelopen.

Slide 22 - Slide

Dus:
Als je wilt aangeven dat iets in het verleden begonnen is en nog steeds bezig is, gebruik je de present perfect continuous. For / since hoeven er niet per se bij maar het mag wel.

Dit kan alleen NIET bij de zogenaamde State Verbs: dingen die je niet aan het doen kan zijn.
Understand, believe, hate etc.



Slide 23 - Slide

En...

Als je wilt aangeven dat iets in het verleden begonnen is en nog steeds waar is of bezig is, gebruik je de present perfect simple. Dan MOET for / since erbij!

I haven't believed in Santa since I was seven.
I haven't been paying attention at all.



Slide 24 - Slide

Bij dingen die je maakt/bakt/kookt/etc.
  • Present perfect simple zonder for/since: het is al af
    I've written two books.
  • Present perfect simple met for / since: een algemene situatie die al langere tijd duurt.
    I've loved cooking since I was little.
  • Present perfect continuous: je bent er nog steeds mee bezig, het is nog niet af.
    I've been writing a book about my life; it's almost finished (the book, not your life) 


Slide 25 - Slide

Goals check:
I can create the present perfect and present perfect continuous
I can recognise the difference between these tenses and how to use them.
Yes I understand
I understand it but need some practice
HELP! I do not understand any of it

Slide 26 - Poll