zwakkezurenzwakkebases20.2-4

Zwakke zuren
Een zwak zuur wordt in een oplossing met water niet volledig gesplitst in ionen (geprotolyseerd). In plaats daarvan zal zich een evenwicht instellen volgens:

HB+H2OH3O++B
1 / 11
next
Slide 1: Slide
labrekenenMBOStudiejaar 2

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Zwakke zuren
Een zwak zuur wordt in een oplossing met water niet volledig gesplitst in ionen (geprotolyseerd). In plaats daarvan zal zich een evenwicht instellen volgens:

HB+H2OH3O++B

Slide 1 - Slide

Kijken  naar de reactie



 en  als cz de concentratie opgelost zuur is dan is na het           instellen van het evenwicht:


HB+H2OH3O++B
[H3O+]=[B]
[HB]=cz[H3O+]

Slide 2 - Slide

Formules om mee te rekenen
Uitrekenen concentratie

   
Uitrekenen
                                                       en  


[H3O+]
[H3O+]=Kzcz
pH
pH=log[H3O+]
[H3O+]=10pH
pH+pOH=14

Slide 3 - Slide

Vraag 10d
Voor waterstofflouride is de zuurconstante (blz391)
A
7,2E-4
B
3,14
C
1,4E-11
D
10,86

Slide 4 - Quiz

Wat is de concentratie
Geef je antwoord in 2 significante cijfers bv 1,2E-3 voor
[H3O+]
1,2103

Slide 5 - Open question

Wat is de concentratie
Geef je antwoord in 2 significante cijfers bv 1,2E-3 voor
[HF]
1,2103

Slide 6 - Open question

Zwakke basen
Een zwakke base wordt in een oplossing met water niet volledig gesplitst in ionen . In plaats daarvan zal zich een evenwicht instellen volgens:

B+H2OOH+HB

Slide 7 - Slide

Kijken  naar de reactie



 en  als cb de concentratie opgelost zuur is dan is na het           instellen van het evenwicht:


[OH]=[HB]
[B]=cb[OH]
B+H2OOH+HB

Slide 8 - Slide

Formules om mee te rekenen
Uitrekenen concentratie

   
Uitrekenen
                                                       en  


[OH]
[OH]=Kbcb
pOH
pOH=log[OH]
[OH]=10pOH
pH+pOH=14

Slide 9 - Slide

Verband Kz , Kb en Kw
KzKb=Kw
KzKb=1014
pKz+pKb=pKw=14

Slide 10 - Slide

Van de stof is de zuurconstante 3,4E-8
Wat is de baseconstante? Geef je antwoord in 2 significante cijfers bv 1,2E-3 voor
[HAh]
1,2103

Slide 11 - Open question