2.1 Hoe geef jij je geld uit?

Verwachtingen vandaag!
  • Mijn boek ligt open op paragraaf: 2.1 blz. 42 
  • Ik heb alleen de benodigde spullen op tafel: Boek, etui en rekenmachine.
  • Als ik wat wil zeggen steek ik mijn hand op
  • Als de docent praat ben ik stil
  • Ik respecteer een ander en zijn eigendommen
1 / 11
next
Slide 1: Slide
EconomieVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

This lesson contains 11 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Verwachtingen vandaag!
  • Mijn boek ligt open op paragraaf: 2.1 blz. 42 
  • Ik heb alleen de benodigde spullen op tafel: Boek, etui en rekenmachine.
  • Als ik wat wil zeggen steek ik mijn hand op
  • Als de docent praat ben ik stil
  • Ik respecteer een ander en zijn eigendommen

Slide 1 - Slide

H2 Geld genoeg?
Paragraaf 2.1 Hoe geef jij je geld uit?

Slide 2 - Slide

Leerdoelen 2.1
  • Je kunt verschillende soorten uitgaven beschrijven.
  • Je kunt een budgetplan opstellen.
  • Je kunt een reservering berekenen.
  • Je kunt gevolgen noemen die jouw bestedingen voor anderen kunnen hebben.

Slide 3 - Slide

Soorten uitgaven
Het Nibud geeft voorlichting over hoe je je inkomsten en uitgaven het best op elkaar kunt afstemmen.
Zij adviseren om een indeling te maken in soorten uitgaven:
  • Dagelijkse uitgaven (huishoudelijke uitgaven)
  • Vaste lasten
  • Incidentele uitgave

Slide 4 - Slide

Budgetteren
  • Om te overzien of je wel genoeg geld hebt ga je budgetteren
  • Je maakt een overzicht van alle verwachte inkomsten en uitgaven. 
  • Dit noem je een budgetplan of begroting.
  • Je kunt je uitgaven en inkomsten het beste met elkaar vergelijken als je ze naar een zelfde periode omrekent.

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Je verdient €110 per week. Hoeveel is dit per maand?

Slide 7 - Open question

Reserveren
Als je over een tijdje een grote uitgave wilt doen, bijvoorbeeld voor een vakantie, kun je het beste elke maand wat geld Reserveren. Door te reserveren spaar je om een grote incidentele uitgave te kunnen betalen.

Slide 8 - Slide

Bewustwording
  • Als je geld uitgeeft, is er ook iemand die dat geld ontvangt.
  • Het is goed om je af te vragen of jouw geld goed terechtkomt.
  • Houdt de ontvanger rekening met mens en milieu?
  • Ook sparen heeft gevolgen
  • Wat doet de bank met jouw spaargeld?
  • Investeren zij in duurzame projecten?

Slide 9 - Slide

Aan het werk!
Maken opdrachten 2.1: 2, 4, 5, 8, 11 en 12 
Maken Rekenopdrachten: 2 en 5
Klaar?
Laten checken bij docent, bij goedkeuring nakijken.
Klaar?  Werk laten zien aan docent.
Veel fout? -> Maken herhalingsopdrachten 1.1
Veel goed? -> Maken plusopdrachten 1.1 

 

timer
25:00

Slide 10 - Slide

Leerdoelen herhalen
  • Je kunt verschillende soorten uitgaven beschrijven.
  • Je kunt een budgetplan opstellen.
  • Je kunt een reservering berekenen.
  • Je kunt gevolgen noemen die jouw bestedingen voor anderen kunnen hebben.

Slide 11 - Slide