Grammatica De Brug les 4 - 2M1

vr. 19 mrt. - 2m1 - 3e uur
  • Bespreken opdr. 7 en 8 De Brug NN online (evt. blz. 224-225 in je boek)
  • Oefenen met ontleden in zinsdelen
  • Voorlezen Free run Annemarie Bon
1 / 17
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

vr. 19 mrt. - 2m1 - 3e uur
  • Bespreken opdr. 7 en 8 De Brug NN online (evt. blz. 224-225 in je boek)
  • Oefenen met ontleden in zinsdelen
  • Voorlezen Free run Annemarie Bon

Slide 1 - Slide

Doel van de les
Oefenen met ontleden van zinnen in zinsdelen en het benoemen van woordsoorten.

Slide 2 - Slide

Bespreken opdracht 7 en 8
Grammatica zinsdelen De Brug
NN Online

Slide 3 - Slide

Wat is de persoonsvorm (pv) in deze zin?

Enthousiast hebben mijn vriendinnen mij deze film aangeraden.
A
Deze film
B
hebben
C
mijn vriendinnen
D
mij

Slide 4 - Quiz

Wat is het onderwerp (ow) in deze zin?

Enthousiast hebben mijn vriendinnen mij deze film aangeraden.
A
Deze film
B
hebben
C
mijn vriendinnen
D
mij

Slide 5 - Quiz

Wat is het werkwoordelijk gezegde (wg) in deze zin?


Enthousiast hebben mijn vriendinnen mij deze film aangeraden.
A
Deze film
B
hebben enthousiast
C
hebben mij aangeraden
D
hebben aangeraden

Slide 6 - Quiz

Wat is het lijdend voorwerp (lv) in deze zin?


Enthousiast hebben mijn vriendinnen mij deze film aangeraden.
A
Deze film
B
enthousiast hebben
C
mijn vriendinnen
D
mij

Slide 7 - Quiz

Wat is het meewerkend voorwerp (mv) in deze zin?


Enthousiast hebben mijn vriendinnen mij deze film aangeraden.
A
deze film
B
enthousiast
C
mijn vriendinnen
D
mij

Slide 8 - Quiz

Wat is de bijwoordelijke bepaling (bwb) in deze zin?


Enthousiast hebben mijn vriendinnen mij deze film aangeraden.
A
deze film
B
enthousiast
C
mijn vriendinnen
D
mij

Slide 9 - Quiz

Wat is de persoonsvorm (pv) in deze zin?

Deze bloemen geven we mama voor haar verjaardag.
A
Deze bloemen
B
geven
C
we
D
mama

Slide 10 - Quiz

Wat is het onderwerp (ow) in deze zin?

Deze bloemen geven we mama voor haar verjaardag.
A
Deze bloemen
B
geven
C
we
D
mama

Slide 11 - Quiz

Wat is het werkwoordelijk gezegde (wg) in deze zin?

Deze bloemen geven we mama voor haar verjaardag.
A
Deze bloemen
B
geven
C
we
D
geven voor haar verjaardag

Slide 12 - Quiz

Wat is het lijdend voorwerp (lv) in deze zin?

Deze bloemen geven we mama voor haar verjaardag.
A
Deze bloemen
B
mama
C
we
D
voor haar verjaardag

Slide 13 - Quiz

Wat is het meewerkend voorwerp (mv) in deze zin?

Deze bloemen geven we mama voor haar verjaardag.
A
Deze bloemen
B
mama
C
we
D
voor haar verjaardag

Slide 14 - Quiz

Wat is de bijwoordelijke bepaling (bwb) in deze zin?

Deze bloemen geven we mama voor haar verjaardag.
A
Deze bloemen
B
mama
C
we
D
voor haar verjaardag

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Slide

Voorlezen
Free run
~
Annemarie Bon

Slide 17 - Slide