4H 3.1 intro

• Natuurkunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Hoofdstuk 3 Krachten

havo klas 4

Hoofdstuk 3 Krachten

Leerdoelen voor introductie:

-  Verschillende soorten krachten beschrijven

- Symbolen van krachten benoemen

- Resulterende kracht berekenen van krachten in dezelfde lijn

- Rekenen met zwaartekracht

- Rekenen met hefbomen

Introductie H3

krachten

3.1 Krachten in soorten

Leerdoelen:

- Eigenschappen van een kracht kunnen benoemen

- Krachten tekenen

- Aantal krachten kennen

Eigenschappen van krachten

Wat kan een kracht doen?

- Vervormen

Plastische vervorming = blijvend vervormen

Elastische vervorming = tijdelijke vervorming

- Beweging veranderen

- snelheid van grootte veranderen (sneller maar ook langzamer)

Betekenis van de pijl

- Richting van de pijl = richting van de kracht

- Lengte van de pijl = grootte van de kracht

- Plaats waar de pijl begint = aangrijpingspunt van de kracht

(het punt waarop de kracht werkt)

Krachtenschaal

= hoeveel kracht per centimeter, op je getekende pijl

Zwaartekracht

Fz = zwaartekracht in Newton (N)

m = massa in kilogram (kg)

g = valversnelling in meter per seconde kwadraat (m/s/s)

massa = uit hoeveel materie een voorwerp bestaat

In Nederland geldt:                                       (Binas tabel 31)

F​z​​=m⋅g

g=9,81​s​2​​​​m​​

Soorten krachten

- Gewicht G = kracht die een voorwerp op zijn steunvlak uitoefent

- Normaalkracht = kracht die het steunvlak op het voorwerp uitoefent =

- Spankracht = bij een hangend voorwerp, steunkracht = 

- Veerkracht = kracht die een veer op een voorwerp uitoefent

F​N​​

F​S​​

Wrijvingskrachten

- Schuifwrijvingskracht/ schuifweerstand = 2 oppervlakken over elkaar (proberen) te bewegen

- Luchtwrijvingskracht / luchtwrijving= kracht die lucht uitoefent op een voorwerp

- Rolweerstandskracht/ rolweerstand = weerstand die een rond voorwerp ondervindt als het rolt

Krachten meten

- Newtonmeter

- 

- C = veerconstante (N/m)

- F = kracht (N)

- u = uitrekking (m)

C=​u​​F​​

phet.colorado.edu

FW,r en FW,l

Fw,r = rolweerstandskracht = N

Fw,l =luchtweerstandskracht =N

Weekplanner

par 3.1 opdr 1, 2, 4, 5, 6, 7, 9, 10, 11, 12, 13, 14

(extra 15 en 16)