Les 3 - Baby en peuter

1 / 24
next
Slide 1: Slide
WelzijnMBOStudiejaar 4

This lesson contains 24 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Programma 
  • Lesdoelen 
  • Terugblik (opdracht) 
  • Factoren die ontwikkeling bepalen (+video)
  • Voorwaarden voor ontwikkeling (theorie)
  • Voorwaarden voor ontwikkeling (opdracht) 
  • Ontwikkeling baby  
  • Ontwikkeling peuter 

En natuurlijk ook nog pauze :) 

Slide 2 - Slide

Lesdoelen 
  • Je kunt de begrippen die je tot nu toe hebt geleerd uitleggen 
  • Je kunt de voorwaarden voor ontwikkeling benoemen 
  • Je kunt uitleggen hoe de ontwikkeling van een baby verloopt 
  • Je kunt uitleggen hoe de ontwikkeling van een peuter verloopt 

Slide 3 - Slide

Terugblik: 30 seconds 
  • Verdeel de klas in twee teams 
  • Je krijgt een kaartje met een woord erop. Je legt het woord
      uit, zonder het woord te noemen. Jouw team heeft 30
      seconden om te raden. 
  • Wie kent de meeste begrippen?! :) 

Slide 4 - Slide

Factoren die de ontwikkeling bepalen 
  1. Interne factoren (aanleg) 
  2. Externe factoren (directe  omgeving) 
  3. Zelfbepaling  (eigen keuzes maken) 


Iedere ontwikkeling is uniek door deze factoren. 

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Link

Voorwaarden voor ontwikkeling 
Als een kind geboren wordt, beschikt hij over het vermogen om zich te ontwikkelen. Of een kind de kans krijgt om zich te ontwikkelen hangt deels af van zijn omgeving. 
  • Omgeving kan ontwikkeling stimuleren of belemmeren 
  • Voorwaarden nodig om te kunnen ontwikkelen 


Paragraaf 3.5 t/m 3.7 


Slide 7 - Slide

Voorwaarden 
  1. Veiligheid (vertrouwen opvoeder)
  2. Verbaal en non-verbaal contact
  3. Stimulerende omgeving
  4. Onderzoeken & spelen (exploreren)
  5. Bewegingsvrijheid
  6. Veiligheid en grenzen

Paragraaf 3.5 t/m 3.7 


Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Opdracht 
Je gaat op huisbezoek bij de moeder van Christel. De moeder vraagt aan jou of ze wel voldoende kan bieden aan Christel zodat ze zich goed ontwikkelt.
  • Schrijf een advies van minimaal 1/2 A4 voor de moeder waarin je de voorwaarden voor ontwikkeling uitlegt met voorbeelden. 
  • Gebruik voorbeelden uit de verschillende ontwikkelingsgebieden. 
Ontwikkelingsgebieden
Lichamelijke ontwikkeling
Cognitieve ontwikkeling
Sociale ontwikkeling
Persoonlijkheidsontwikkeling
Emotionele ontwikkeling
Seksuele ontwikkeling 

Slide 10 - Slide

Prenatale fase 
  • 24 weken (horen, zien, proeven)
  • leren (bijv. favoriete muziek - rustig) 
  • stress (moeder, ouders ruzie) 
  • gemiddeld bij geboorte 50 cm, 3,5 kilo 

Slide 11 - Slide

Baby 
  • Geen doelgerichte
      bewegingen 

Reflex = automatische beweging. (heet - hand terugtrekken) 

Slide 12 - Slide

Zintuigelijke ontwikkeling
  • Onscherp zicht 
  • Gericht kijken (na 2mnd) 
  • Geluiden niet herkennen 
  • Stemherkenning (moeder)
  • Tastzin (smaak)

Slide 13 - Slide

Lichamelijk
  • Reflexen verdwijnen
  • Stabiliseren van hoofd, lichaam, armen.  Beheersing van de spieren. Grove motoriek.  
  • Oog-hand coördinatie nog in
      ontwikkeling (na 3 maanden). 
  • 5 mnd (rollen) 
  • 7 mnd (zitten) 

Slide 14 - Slide

Cognitief 
  • 6 maanden doelgericht handelen   (bedenken om iets te doen)  
  • Taalontwikkeling (geluidjes) 
  • 8 maanden (objectpermanentie
  • Start van abstract denken 




Slide 15 - Slide

Sociaal en persoonlijk 
  • Temperament 
  • 'Echt' lachen (6wkn)
  • Eenkennigheid (7 mnd -
      scheidingsangst) 
  • Ontbreken ik-gevoel
      (zelfbewustzijn) 

Slide 16 - Slide

Peuters 
  • Exploratiedrang  

Door het ontdekken van de wereld leert een kind ook steeds meer woorden. 1 jaar woordjes, 2 jaar 2/3 woordzinnen. Drie jaar, kunnen zij al redelijk praten. 

Veiligheid is een voorwaarde om te exploreren. 

Slide 17 - Slide

Cognitief 
  • Concreet denken (hier en nu) 
  • Magisch denken (fantasie -
      werkelijkheid, zelf verklaringen)
  • Animistisch denken (pop)
  • Geen oorzaak - gevolg (stoute
      beker)


Slide 18 - Slide

Cognitief 
Aanleren van vaardigheden: 
  • Herhalend leren
  • Imiterend leren
  • Ervarend leren 

Gevoelig voor reacties van anderen. 

Slide 19 - Slide

Spelen 
Een peuter kan nog niet echt goed samenspelen: hij is nog niet in staat om zich in anderen te verplaatsen. 


Parallel spel is een manier van spelen bij een peuter waarbij hij niet met, maar naast de ander speelt.



Slide 20 - Slide

  • Bewegingsspel is een spelsoort waarbij de motorische activiteit op de voorgrond staat.
  • Imitatiespel is de spelvorm waarin het nabootsen van gedrag centraal staat.
  • Constructiespel is een spelsoort waarbij het bouwen of maken van iets centraal staat.

Slide 21 - Slide

Emotionele ontwikkeling
  • Egocentrisme 
  • Koppigheidsfase 
  • Peuterpuberteit 

Slide 22 - Slide

Opdracht 
  • Poster / woordweb /
      samenvatting  
  • Ontwikkeling van baby en peuter




(handig voor later! - volgende les) 

Slide 23 - Slide

Thieme 
  • Opdracht 2 t/m 7 (baby's en
      peuters)  

- Opdracht 0 t/m 6
   (ontwikkelingspsychologie) 

-  3A, 3B, 3C, 4A, 4B (methodiek) 

Groepscode: F68WQBBK

Slide 24 - Slide