4H grammatica - lessonup (met opdrachten)

4H grammatica - lessonup (met opdrachten)
1 / 18
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 18 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

4H grammatica - lessonup (met opdrachten)

Slide 1 - Slide

Perfecto/indefinido/imperfecto
Verleden tijden

Perfecto/indefinido/imperfecto

Slide 2 - Slide

Verleden tijden
- De perfecto / indefinido / imperfecto zijn allemaal verleden tijden

- Zie voor de vervoegingen het uitgedeelde stencil

- De volgende dia's gaan over het gebruik van de verschillende tijden. Want wanneer moet je nu welke tijd gaan gebruiken?

Slide 3 - Slide

Manier 1 (+ 2)
Manier 1 Signaalwoord
deze week                   (het tijdvak is nog bezig/je zit er nog in)                = PERFECTO                                                     
gisteren                        (het tijdvak is afgesloten/ duidelijk begin en eind) = INDEFINIDO
toen ik klein was        (onduidelijk wanneer precies / géén duidelijk begin en eind)     = IMPERFECTO                                                


ÓF



Manier 2 Vraag stellen (bij kiezen tussen indefinido/imperfecto)
Was het er al?                = IMPERFECTO
Gebeurde het?               = INDEFINIDO



Dit komt pas in periode 3

Slide 4 - Slide

Signaalwoorden (manier 1)

Slide 5 - Slide

Perfecto (signaalwoorden)
Perfecto
Hoy
Este verano/año/mes/semana
Estas vacaciones
Este fin de semana, etc.

onderstaande moet je gewoon leren
Nunca
Todavía (no)
Alguna vez, muchas veces
Una vez, dos veces
Leer de vertaling van de signaalwoorden!
Het tijdvak is nog niet afgelopen.

Slide 6 - Slide

Indefinido (signaalwoorden)
Indefinido
ayer, anteayer, anoche
la semana pasada
el año/mes/verano pasado
el otro día, el lunes, el martes
hace 1,2,3 día(s) /semana(s)
en 1946
el 14 de febrero
en marzo, abril, mayo

Leer de vertaling van de signaalwoorden!
Het tijdvak (waarin dit zich afspeelt) is afgesloten. (kalender*)

Slide 7 - Slide

Imperfecto (signaalwoorden)
Imperfecto
antes
entonces
de pequeño/niño/joven
en esa epóca
siempre
a menudo
todos los días/martes/años
cada día/semana/miércoles
mientras...
normalmente
...porque...
(cuando)

Leer de vertaling van de signaalwoorden!
1. Het is onduidelijk wanneer dit precies was (geen duidelijk begin of eind)
2. gewoonte
3. herhaling
4. de reden van iets`
5. gelijktijdigheid in het verleden

Slide 8 - Slide

  • Ga naar classroom P2. Daar vind je deze website. Je ziet hier een overzicht van alle onregelmatige ww, net als op het stencil. 
  • Maak actividad 1 & 2 zelfstandig

  • Klaar? Speel nu in twee- of drietallen actividad 3. Kies een 'ficha' aan de linkerkant en rol met de dobbelsteen. Verplaats je 'ficha' naar het juiste vakje. Vervoeg het ww. zonder opzoeken. Antwoord goed? Dan mag je nog een keer. Fout? Dan is de volgende aan de beurt. De antwoorden worden gecontroleerd door je spelgenoten. 
Indefinido onregelmatig

Slide 9 - Slide


Ejercicio 5: Kiezen perfecto/imperfecto/indefinido
         Let op: 
         5 = imper
         8: heeft geen tijdsaanduiding. Het is een omschrijving dus imper
         9: finde = fin de semana


Oefenen!

Slide 10 - Slide

Futuro Próximo

Slide 11 - Slide

FUTURO PRÓXIMO

- gebruik

als je wil aangeven dat je iets GAAT DOEN


- met werkwoorden

vervoeging werkwoord IR + A + HELE WW

vb. ik ga slapen -> VOY A DORMIR


- met wederkerende ww

Levantarse -> ME VOY A LEVANTAR 

of

Levantarse -> VOY A LEVANTARME

Slide 12 - Slide

Futuro próximo
Haz los ejercicios del futuro próximo de este link (Maak bijgaande oefeningen):

Slide 13 - Slide

  • Wat betekent 'futuro'?
  • Precies! 'toekomst'
  • Welke 'futuro' kennen jullie al?
  • De 'futuro próximo'
  • Hoe maak je deze 'futuro próximo' ook al weer?
  • Juist! Met ir + a + hele werkwoord
  • Hoe vertaal je deze tijd naar het NL?
  • Ik ga slapen/eten/werken 
Futuro próximo + futuro simple

Slide 14 - Slide

'próximo' = 'nabij'
'futuro próximo' = nabije toekomst
Futuro próximo 


Let op: gebruik hoofdletters!

Slide 15 - Slide

Futuro simple = verdere toekomst (zal / zullen)
Voorbeeld: Wij zullen boodschappen doen.
NIEUW: Futuro simple

                   Regelmatig
- hele werkwoord + uitgang
- uitgangen -ar/-er/-ir zijn allemaal hetzelfde 

Slide 16 - Slide

Futuro simple

                  Onregelmatig
- stam is onregelmatig
- uitgangen zijn allemaal hetzelfde

Slide 17 - Slide

Futuro simple

                  Onregelmatig
       Regelmatig + onregelmatig
Oefen online!

Slide 18 - Slide