This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slide.
Lesson duration is: 20 min
Items in this lesson
Herhaling thema 5
Slide 1 - Slide
Zenuwstelsel
Hersenen
Ruggenmerg
Centrale zenuwstelsel
Zenuwstelsel
Slide 2 - Drag question
bundel uitlopers van zenuwcellen omgeven door een beschermende laag
onderdeel van een zenuwcel dat impulsen van en naar het cellichaam geleidt
het centrale zenuwstelsel en de zenuwen
cellen die in hun geheel in het centrale zenuwstelsel liggen en impulsen van de ene naar de andere zenuw doorgeven
Uitloper
zenuwstelsel
schakelcellen
zenuw
Slide 3 - Drag question
Juist
Onjuist
De korte uitloper van een zenuwcel heeft een isolerend laagje.
Een zenuw is een bundel van lange uitlopers van zenuwcellen.
Slide 4 - Drag question
slakkenhuis
zenuw
oorschelp
trommelvlies
Slide 5 - Drag question
De buis van Eustachius verbindt de trommelholte met de keelholte.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 6 - Quiz
Zet in de juiste volgorde.
1.
2.
3.
4.
Een impuls gaat naar de hersenen.
Een lage temperatuur bereikt de koudezintuigen.
Het meisje neemt waar dat het water koud is.
Koudezintuigen zetten prikkels om in impulsen
Slide 7 - Drag question
In het spookhuis voelen ze plotseling een ijskoude draad over hun lijf gaan. De meiden gillen van angst. Met welke twee zintuigen nemen ze de ijskoude draad waar?
Slide 8 - Open question
Als je vanuit een kelder naar buiten in de zon stapt, wat gebeurt er dan met de pupil?
A
Hij wordt groter, zodat er meer licht op je netvlies valt.
B
Hij wordt groter, zodat er minder licht op je netvlies valt.
C
Hij wordt kleiner, zodat er meer licht op je netvlies valt.
D
Hij wordt kleiner, zodat er minder licht op je netvlies valt.
Slide 9 - Quiz
Welk deel van het oog zorgt ervoor dat er impulsen naar de hersenen worden gestuurd, zodat je kunt zien?
A
Het hoornvlies
B
De iris
C
Het netvlies
D
Het vaatvlies
Slide 10 - Quiz
Henk neemt een tatoeage. In welke laag van de huid moet de tatoeage aangebracht worden om te blijven zitten?
A
In de hoornlaag
B
In de kiemlaag
C
In de lederhuid
D
In het onderhuidse bindweefsel
Slide 11 - Quiz
In de afbeelding is een doorsnede van de huid en van het onderhuidse bindweefsel schematisch getekend. Met welk nummer is een zweetklier aangegeven?