pv gezegde zinsdelen onderwerp lv

Planning
  • Lesdoelen
  • Uitleg (pv, gezegde, zinsdelen, ow en lv)
  • Checken!
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 13 slides, with text slides.

Items in this lesson

Planning
  • Lesdoelen
  • Uitleg (pv, gezegde, zinsdelen, ow en lv)
  • Checken!

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
Aan het eind van de les:
- kun je de persoonsvorm, het gezegde, zinsdelen, het onderwerp en het lijdend voorwerp vinden.

Slide 2 - Slide

Persoonsvorm (pv)
  • Zin in een andere tijd zetten

  • Hij eet een appel.
  • Hij at een appel.

Slide 3 - Slide

Zinsdelen (zinsd.)
  • Elk woord of groepje woorden dat je voor de persoonsvorm kunt zetten, is een zinsdeel.

  • Hij / eet / een appel.

Slide 4 - Slide

Gezegde (gez)
  • Persoonsvorm + alle andere werkwoorden in de (hoofd)zin

  • Hij heeft een appel gegeten.

Slide 5 - Slide

Onderwerp (ow)
  • Wie/Wat + gezegde?

  • Hij heeft een appel gegeten.
  • Wie heeft gegeten?
  • Hij


Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Even samen oefenen
1. Hij is naar zijn favoriete band in de Ziggo Dome geweest.


2. Het meisje geeft de kippen voer.

Slide 8 - Slide

1.
Pv: is
Zinsdelen: Hij / is / naar zijn favoriete band / in de Ziggo Dome / geweest.
Gezegde: is geweest
Onderwerp: hij

Slide 9 - Slide

2.
pv: geeft
zinsdelen: Het meisje / geeft / de kippen / voer
gezegde: geeft
onderwerp: het meisje
lijdend voorwerp: voer

Slide 10 - Slide

Checken
Katy Perry schrijft ook voor artiesten weleens nummers.

Slide 11 - Slide

pv: schrijft (schreef)
Zinsdelen: Katy Perry / schrijft / ook / voor artiesten / weleens / nummers.
Gezegde: schrijft
Onderwerp: Katy Perry
Lv: nummers

Slide 12 - Slide

Lesdoelen
Aan het eind van de les:
- kun je de persoonsvorm, het gezegde, zinsdelen en het onderwerp vinden.

Slide 13 - Slide