H5: Het Strafrecht

Vandaag: 
1. Check-in: hoe zit je erbij? Welke            successen?  1 min
2. De lesdoelen van deze les 1 min
3. Klassikale instructie:                                   Eindexamenopgaven + H5.1 Het              Strafrecht 20  min
4. Samenwerken 2min

5. Check-out: hoe zit je erbij?  1 min

1 / 45
next
Slide 1: Slide
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 45 slides, with text slides and 4 videos.

Items in this lesson

Vandaag: 
1. Check-in: hoe zit je erbij? Welke            successen?  1 min
2. De lesdoelen van deze les 1 min
3. Klassikale instructie:                                   Eindexamenopgaven + H5.1 Het              Strafrecht 20  min
4. Samenwerken 2min

5. Check-out: hoe zit je erbij?  1 min

Slide 1 - Slide

Samenvatten: Cornell-methode
Samen-vatting: 

Cornell-methode

Slide 2 - Slide

Leerdoel

- Uitleggen welke 5 uitgangspunten er in het Strafrecht zijn.

- Uitleggen hoe het Jeugdstrafrecht werkt. 






Slide 3 - Slide

Criminaliteit
Hoofdstuk 5

Het Strafrecht

Samen lezen: 5.1 blz. 52/53

Slide 4 - Slide

geen wet dan...
je kunt alleen straf krijgen voor iets wat volgens de wet strafbaar is.


Slide 5 - Slide

de verdachte

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Uitgangspunten van het strafrecht

Uitgangspunten: waar houdt de rechter rekening mee?

Slide 9 - Slide

Uitgangspunten (1/5)
- Je kunt alleen gestraft worden voor iets wat volgens de wet strafbaar is.

De wet bepaalt ook de maximumstraf

Slide 10 - Slide

Uitgangspunten (2/5)
Er wordt rekening gehouden met de ernst van het delict

Met drank op achter het stuur wordt door een andere rechter behandeld dan moord en er staat een veel zwaardere straf op moord

Slide 11 - Slide

Uitgangspunten (3/5)
Er wordt gekeken naar de situatie waarin het delict plaatsvond.

Overmacht
Noodweer
Wanneer er sprake is van zelfverdediging
De situatie dwingt je tot iets strafbaars. Bijvoorbeeld: hoogzwangere vrouw naar ziekenhuis brengen

Slide 12 - Slide

Uitgangspunten (4/5)
Er wordt rekening gehouden met de achtergrond en persoonlijke eigenschappen van de dader

Ontoerekeningsvatbaar
de dader weet niet wat hij doet, hij kan er zelf niets aan doen en moet psychiatrische hulp krijgen. (geldt dus niet voor drank of drugs)

Slide 13 - Slide

Uitgangspunten (5/5)
Er wordt rekening houden met de leeftijd van de dader

zie jeugdstrafrecht

Slide 14 - Slide

Jeugdstrafrecht
Voor jongeren van 12 tot 18 jaar
Bij de kinderrechter; de rechtszaak is NIET openbaar.
Maximale straf voor 12 tot en met 15 is 1 jaar jeugddetentie.
Maximale straf voor 16 en 17 jarigen is 2 jaar jeugddetentie.
16 en 17 jarigen kunnen ook volgens het volwassenrecht worden berecht.

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

0

Slide 17 - Video

De begrippen: 
  1. Uitleggen welke 5 uitgangspunten er in het Strafrecht zijn.

  2. Uitleggen hoe het Jeugdstrafrecht werkt. 



Heb je ze allemaal genoteerd? 

Slide 18 - Slide

Samenwerken
WAT:
Lees: H5.1 nog eens door. 

Maken: Vragen 5.1 blz. 52 
Thuis: Vragen af! 
Hoe:
Alleen of in je groepje
Tijd: 20 min 
Klaar: Verder met begrippen en samenvatting (heb je alles af?? Dan nakijken! )
timer
30:00
stoplicht op rood dan ben je stil
stoplicht op oranje: zachtjes overleggen
stoplicht op groen stil werken 

Slide 19 - Slide

8 stappen in een rechtszaak
1:  Opening                                                  6: Pleidooi
2: Tenlastelegging                                 
3: Getuigen ondervragen                     7: Laatste woord verdachte
4: Verdachte verhoor
5: Requisitoir                                              8: Vonnis

De rechter opent de zaak. Controleert de persoonsgegevens van de verdachte en wijst hem op zijn rechten
Een opsomming van het delict, tijd, plaats, wettelijke voorschrift, omstandigheden
De rechter mag vragen stellen aan de getuigen en experts. Daarna mag ook de OvJ vragen stellen En als laatste de eigen advocaat
Hierin somt de OvJ alle relevante bewezen feiten op en wordt afgesloten met een strafeis. Dit is het verzoek aan de rechter om de verdachte een bepaalde straf te geven.
De advocaat komt op voor de belangen van de verdachte. Hij probeert in het pleidooi de rechter te overtuigen van de onschuld van de verdachte
De verdachte heeft het laatste woord. Hier mag hij gebruik van maken om bijvoorbeeld excuses te maken of zijn onschuld nogmaals duidelijk te maken
De uitspraak van de rechter noemen we het vonnis. Dit kan bijvoorbeeld zijn 8 jaar tijdelijke vrijheidsstraf waarvan 5 jaar onvoorwaardelijk.
De rechter mag vragen stellen aan de verdachte. Daarna mag ook de OvJ vragen stellen aan de verdachte. En als laatste de eigen advocaat

Slide 20 - Slide

Hoge Raad
Nog steeds niet eens? Dan rest alleen nog in cassatie gaan bij de Hoge Raad. De rechter kijkt hier alleen of de lagere rechters de rechtsregels goed hebben toegepast en of de motivatie van het vonnis voldoende is geweest
Gerechtshof
Als een van de twee partijen het niet eens is met het vonnis van de rechter kan er in hoger beroep gegaan worden bij 1 van de 4 gerechtshoven
Rechtbank
In eerste aanleg komt de zaak bij 1 van de 11 rechtbanken in Nederland
In cassatie
Hoger beroep

Slide 21 - Slide

Het vonnis
Om tot een vonnis te komen beantwoord de rechter de volgende vier vragen
1. Is er voldoende bewijs?
2. Gaat het wel om een strafbaar feit?
3. Is de dader strafbaar?
4. Welke straf of maatregel wordt er opgelegd?
voorbeeld

Slide 22 - Slide

Rechtbanken

  • Civiele sector (burgers)
  • Bestuursrecht (burgers/overheid)
  • Strafrecht
  1. politierechter (overtredingen, lichte misdrijven)
  2. meervoudige kamer (zwaar misdrijf)
  • Kantonrecht (lichte overtredingen)

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

0

Slide 31 - Video

0

Slide 32 - Video

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

0

Slide 36 - Video

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide

Slide 42 - Slide

Slide 43 - Slide

Slide 44 - Slide

Slide 45 - Slide